René Grispen Infovergadering Plan-MER Oosterweelverbinding 26 juni 2013 Doorrekeningen Plan-MER OWV 1
Agenda 1. Opdracht VC 2. Modelinstrumentarium 3. Doorrekeningen Fase 3 Plan-MER OWV 4. Conclusies Fase 3 Plan-MER OWV 2
1. Opdracht VC Coördinatie ontwikkeling strategische verkeersmodellen Coördinatie doorrekeningen •Streefbeeldstudies •Strategische studies •MER’s Studies of projecten waarbij diensten van de Vlaamse overheid betrokken zijn 3
Agenda 1. Opdracht VC 2. Modelinstrumentarium 3. Doorrekeningen Fase 3 Plan-MER OWV 4. Conclusies Fase 3 Plan-MER OWV 4
2. Modelinstrumentarium Wat is een verkeersmodel ? •Computermodel om verkeersstromen te berekenen •Dit gebeurt voor basisjaar (2009) en prognosejaar (2020) •Het verklaart “gemiddeld” mobiliteitsgedrag •Het vertrekt van inputgegevens: •Waar wonen de mensen? •En van gedragsparameters: •Hoe gedragen de mensen zich? 5
2. Modelinstrumentarium Versie versus Versie : •Basisjaar 2009 •6 modelperiodes (7u-8u, 8u-9u, 12u-13u, 15u-16u, 16u-17u, 17u-18u) •Kleine aanpassingen Opbouw verkeersmodel gedocumenteerd Basisresultaten grondig gevalideerd Validatie bewees dat versie geschikt is voor strategische beleidsevaluaties, bevestigd door MER-deskundige 6
Agenda 1. Opdracht VC 2. Modelinstrumentarium 3. Doorrekeningen Fase 3 Plan-MER OWV 4. Conclusies Fase 3 Plan-MER OWV 7
3. Doorrekeningen Fase 3 Alternatief gekoppeld aan ontwikkelingsscenario Alternatieven: •REF0: Referentiescenario Masterplan2020 (zonder OWV) •REF1: Oosterweelverbinding •REF2: Meccanoverbinding •REF3: Oosterweel-noord verbinding •REF4: Tunnel t.h.v. Kennedytunnel •REF5: Centrale tunnel 8
3. Doorrekeningen Fase 3 Alternatief gekoppeld aan ontwikkelingsscenario Ontwikkelingsscenario: •Op zich •A102 •A102 + R11Bis •DRW/SRW •Kallo-Haasdonk verbinding •Kallo-Haasdonk verbinding + A102 9
3. Doorrekeningen Fase 3 10
3. Doorrekeningen Fase 3 Randvoorwaarden: •Geen exploitatievoorwaarden Dus: •Geen vrachtwagenverbod in Kennedytunnel •Geen tol in Liefkenshoektunnel of andere tunnel •Geen trajectheffing •Geen (slimme) kilometerheffing •Geen ambitieuze Modal Split uit Masterplan 2020 Detailresultaten niet vergelijkbaar met deze van vorige doorrekeningen 11
3. Doorrekeningen Fase 3 Rapportage VC: •Toegespitst op een aantal prestatie-indicatoren •Vergelijking resultaten t.o.v. referentiescenario MP2020 of t.o.v. alternatief op zich Vervolgens: •Geëvalueerd door MER-deskundige voor opmaak aanvullende en bijzondere richtlijnen 12
3. Doorrekeningen Fase 3 13
3. Doorrekeningen Fase 3 Prestatie-indicatoren: •Vastgelegd in overleg met MER-deskundige (selectie) •Beoordelen het globale functioneren binnen het primair studiegebied •Gaan na of de doelstellingen van het MER gehaald worden •In het bijzonder I/C verhouding op autosnelwegen in het primair studiegebied en (gepresteerde) snelheid op R1 14
Primair studiegebied 15
Agenda 1. Opdracht VC 2. Modelinstrumentarium 3. Doorrekeningen Fase 3 Plan-MER OWV a) Referentiescenario MP Conclusies Fase 3 Plan-MER OWV 16
a) Referentiescenario MP
18 a) Referentiescenario MP2020
3. Doorrekeningen Fase 3 Referentiescenario MP2020: •De algemene groei van het verkeer en een tolvrije Liefkenshoektunnel zorgt voor een stijging van het gebruik van de LHT, maar dit volstaat niet voor een gevoelige verbetering. •Een nieuwe Scheldekruising is noodzakelijk. 19
Agenda 1. Opdracht VC 2. Modelinstrumentarium 3. Doorrekeningen Fase 3 Plan-MER OWV b) Alternatief Oosterweelverbinding 4. Conclusies Fase 3 Plan-MER OWV 20
21 b) Oosterweelverbinding
22 b) Oosterweelverbinding
3. Doorrekeningen Fase 3 Oosterweelverbinding: •Een nieuwe Scheldekruising is noodzakelijk. Andere maatregelen zullen voor een bijkomende verbetering zorgen. •Het scenario REF1.2.0 zorgt als enige scenario voor een verbetering van de gepresteerde snelheid op de R1 tijdens de avondspits (t.o.v. Bestaande Toestand 2009). 23
Agenda 1. Opdracht VC 2. Modelinstrumentarium 3. Doorrekeningen Fase 3 Plan-MER OWV c) Alternatief Meccanoverbinding 4. Conclusies Fase 3 Plan-MER OWV 24
c) Meccanoverbinding 25
26 c) Meccanoverbinding
3. Doorrekeningen Fase 3 Meccanoverbinding: •Een nieuwe Scheldekruising is noodzakelijk. Andere maatregelen zullen voor een bijkomende verbetering zorgen. •Bepaalde prestatie-indicatoren halen – zonder exploitatievoorwaarden – niet altijd dezelfde score als bij Oosterweelverbinding. 27
Agenda 1. Opdracht VC 2. Modelinstrumentarium 3. Doorrekeningen Fase 3 Plan-MER OWV d) Alternatief Oosterweel-noord verbinding 4. Conclusies Fase 3 Plan-MER OWV 28
d) Oosterweel-noord verbinding 29
30 d) Oosterweel-noord verbinding
3. Doorrekeningen Fase 3 Oosterweel-noord verbinding: •Een nieuwe Scheldekruising is noodzakelijk. Andere maatregelen zullen voor een bijkomende verbetering zorgen. •Bepaalde prestatie-indicatoren halen – zonder exploitatievoorwaarden – niet altijd dezelfde score als bij Oosterweelverbinding. •Gelijkaardige resultaten als Meccanoverbinding, maar iets beter voor de avondspits. 31
Agenda 1. Opdracht VC 2. Modelinstrumentarium 3. Doorrekeningen Fase 3 Plan-MER OWV e) Alternatief Tunnel t.h.v. Kennedytunnel 4. Conclusies Fase 3 Plan-MER OWV 32
e) Tunnel t.h.v. Kennedytunnel 33
34 e) Tunnel t.h.v. Kennedytunnel
3. Doorrekeningen Fase 3 Tunnel t.h.v. Kennedytunnel: •De voorgestelde extra Scheldekruising zorgt niet voor dezelfde verbetering als de andere alternatieven. •Letterlijk volgen van het voorstel leidt tot een reductie van de capaciteit t.o.v. Bestaande Toestand
Agenda 1. Opdracht VC 2. Modelinstrumentarium 3. Doorrekeningen Fase 3 Plan-MER OWV f) Alternatief Centrale Tunnel 4. Conclusies Fase 3 Plan-MER OWV 36
f) Centrale Tunnel 37
38 f) Centrale Tunnel
3. Doorrekeningen Fase 3 Centrale tunnel: •Deze Scheldekruising op zich vangt slechts een deel van het oost-westverkeer op (relatie E313 – E34/E17). •Bepaalde prestatie-indicatoren halen – zonder exploitatievoorwaarden – niet altijd dezelfde score als bij Oosterweelverbinding. 39
Agenda 1. Opdracht VC 2. Modelinstrumentarium 3. Doorrekeningen Fase 3 Plan-MER OWV 4. Conclusies Fase 3 Plan-MER OWV 40
4. Tussentijdse conclusies Fase 3 Voortvloeiend uit een analyse van de aanwezige tendensen: •De algemene groei van het verkeer en een tolvrije Liefkenshoektunnel zorgt voor een stijging van het gebruik van de LHT, maar dit volstaat niet voor een gevoelige verbetering. •Een nieuwe Scheldekruising is noodzakelijk. Andere maatregelen zullen voor een bijkomende verbetering zorgen. •De realisatie van de A102, al dan niet in combinatie met de R11Bis, zorgt voor een bijkomende verbetering. •Het scenario REF1.2.0 zorgt als enige scenario voor een verbetering van de gepresteerde snelheid op de R1 tijdens de avondspits (t.o.v. Bestaande Toestand 2009). •De verbinding Kallo-Haasdonk heeft geen invloed op de verkeersdruk op de R1. 41