Oorlogsdreiging in het Noorden

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
De economie in de gouden eeuw
Advertisements

De Republiek in een tijd van vorsten Een Gouden Eeuw voor de Republiek § 3.3.
Het buitenlands beleid leerdoelen • Weten tegen welke achtergrond de Amerikaanse regering de Monroedoctrine afkondigde; • Kunnen aangeven waaom.
Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland
Hoofdstuk 2: 1555 – 1588 De Nederlandse Opstand
De Republiek in een tijd van vorsten De Republiek verliest haar voorsprong § 4.3.
6.1 & 6.2, Op weg naar de Grote Confrontatie
De Republiek in een tijd van vorsten Een Gouden Eeuw voor de Republiek § 4.2.
Eerste Wereldoorlog 6.3, De Groote Oorlog.
WO I.
Interbellum en Vrede van Versailles.
Paragraaf 6.2 Vorige les: Nederlanders en de wereldeconomie
4. PERIODE De Republiek ontstaat als internationaal erkende staat
3. Periode De vestiging van de Republiek
4.4 Het einde van de Gouden Eeuw
3.1 Burgeroorlog in Engeland, godsdienstvrede in Frankrijk.
De Republiek in een tijd van vorstenH4.3 Stadhouder-koning Willem III Karel II was familie van Lodewijk XIV en wilde ook een absolute koning worden Hij.
H3 De Republiek in de Gouden Eeuw
De Republiek in een tijd van vorsten Een Gouden Eeuw voor de Republiek § 4.3.
De Republiek in een tijd van vorsten Een Gouden Eeuw voor de Republiek § 3.3.
De Republiek in een tijd van vorsten
6, Oorlog en Vrede , Vietnam en Frankrijk.
De Republiek in Europa Les 21: Concurrenten op zee
De Republiek in Europa Les 23: Bestuur & macht in Europa
Van Hunebed tot heden Kenmerk 22: Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat Les 46: De Opstand.
INTERNATIONALE POLITIEK VAN DE REPUBLIEK Woord & Beeld bij 3.2.
De Republiek in Europa.
Politieke bloei.
Lodewijks oorlogen.
Hoofdstuk 1 Reformatie en Opstand
Hoofdstuk 2 W.O II.
Vrijheidsrechten en politieke rechten in Nederland
Les 1 De wereld staat in brand
Hoofdstuk 1 Koude Oorlog en dekolonisatie in Indochina
3.2 Internationale politiek;Spanje
OORLOG IN VIETNAM. ACHTERGROND Het midden van de 20e eeuw stond in het teken van de opkomst van grote mogendheden: de Verenigde Staten en de Sovjet Unie.
De economie in de Zilveren Eeuw
De Republiek in de Gouden eeuw
De tweede helft van de 17e eeuw
De tijd van regenten en vorsten
Kenmerk 40 Twee Wereldoorlogen Les 1 – Oorzaken WO I
Hoofdstuk 1: De Eerste Wereldoorlog
Paragraaf 3.2 Nederland en Europa.
Schoolexamen dinsdag 13 januari
De economie in de Gouden eeuw
Leg uit welk schilderij hoort bij de Republiek en waarom je dat denkt.
Hoofdstuk 3: Regenten en Vorsten
Dankzij de welvaart van de Republiek konden de Gewesten ook steeds meer een vuist maken tegen Spanje. Ook zat het mee dat de Spanjaard op meerdere fronten.
Hoofdstuk 3: Regenten en Vorsten
Hoofdstuk 4 De Nederlanden
Hoofdstuk 1: de 15e en 16e eeuw
Zweedse fase een godsdienstoorlog? 1 Achtergrond  Unie van Kalmar  Onderdrukking Christiaan II  Succesvolle opstand door Gustaaf Vasa koning.
Rond 1500 was Europa een standenmaatschappij
VredesverdragenVredesverdragen Genoemd naar een buitenwijk van Parijs net als Sèvres (Turkije) en St. Germain (Oostenrijk-Hongarije) Frankrijk, Engeland.
Van gewesten naar eenheidsstaat
Context 1 De Republiek der Zeven Verenigde Nederland
De Tweede Wereldoorlog
De Koude Oorlog
1 1588: de Staten-Generaal besluiten om zonder vorst verder te gaan, daardoor ontstaat republiek 1648: Bij de Vrede van Münster wordt de Republiek door.
Historische overzicht Bataafse Revolutie
De Wereld- oorlogen H12.3 DE TWEEDE WERELDOORLOG (DEZE BESPREKEN WE VOOR 12.2)
23 Het streven van vorsten naar absolute macht 27 Rationeel optimisme en een ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving:
De Twee wereldoorlogen Tijd voor de oorlogen Vijf grote landen uit Europa hebben veel macht over de wereld: Engeland Frankrijk Rusland Duitsland.
Paragraaf 6.3 Internationale handel Kenmerkende aspecten: 1)De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht.
Regenten en vorsten 3.2 Nederland en Europa
De Tweede wereldoorlog Deel II
Tijd van Regenten en Vorsten 1600 – 1700
Vorsten en vazallen in de europese rijken ( )
Vrede? Een valse start van het interbellum
Thema 10 Blok 2: Tweede Wereldoorlog
Transcript van de presentatie:

Oorlogsdreiging in het Noorden De Noordse Oorlog 1655-1660 en de rol van de Republiek door L. de Jonge

Inhoud presentatie: Oostzeehandel Situatie Oostzee in de 17e eeuw Noordse Oorlog 1655 – 1660 Beleid Republiek Nabeschouwing

Oostzeehandel (1) Oostzeehandel is de moedernegotie (Johan de Witt) “ dat de zelve genoechsaem de siele van de gehele negotie waaraen alle andere commercien ende traffiquen dependeren” (1648) Oudste handelscontacten van de Republiek, gekenmerkt door de handel in bulk producten : Graan Hout Erts Gezouten vis

Verschillende goederenstromen Oostzeehandel (2) Verschillende goederenstromen 1. Eigen binnenlandse consumptie: graan // vis Binnenlandse productie: Scheepsbouw, metaalbewerking, bierbrouwen Doorvoer naar andere landen: graan naar Zuid-Europa Vervoer van goederen terug: Wijn, textiel, zout

Bron van rijkdom : Handelaren en producenten Oostzeehandel (3) Belangrijk: Bron van rijkdom : Handelaren en producenten Bron van werkgelegenheid : scheepswerven, scheepsbemanning, bierproductie. Verschaffing van goedkope primaire levensbehoeften Inkomsten voor de overheid en admiraliteiten

Oostzeehandel (4) Transport naar de Oostzee: Fluitschepen Kenmerken: Geringe diepgang Sneller en stabieler : minder bemanning nodig Meer laadvermogen Peervorming : lagere Sonttol Fluitschepen : concurrentie voordeel 1661 – 1664 : 60% van de schepen door Sont uit de Republiek

Oostzeehandel (5)

Oostzeehandel (6)

Oostzeehandel (7) Concentratie Oostzeehandel in Noord-Hollandse steden : Amsterdam, Hoorn en Enkhuizen Scheepsproductie : Zaanse streek Zuid-Hollandse steden : Rotterdam, Dordrecht, Delft niet tot nauwelijks betrokken bij de Oostzeehandel

Oostzeehandel (8) Belang voor Amsterdam : In 1636 was de helft van de geïmporteerde goederen (o.b.v. waarde) afkomstig uit de Oostzee. Waarde van Oostzeehandel was veel groter dan die van de VOC. Grachtengrondel gefinancierd met de winsten vanuit de Oostzeehandel

Situatie in de Oostzee 17e eeuw De grootmachten: Zweden Denemarken Polen-Litouwen

Zweden in de 17e eeuw (1) Zweden is dominante macht in het Oostzee gebied: Bevat het huidige Zweden, Finland, Estland, Letland, Bremen en Meckelenburg Bezit het modernste leger van Europa Rijk aan grondstoffen met name erts en hout

Zweden in de 17e eeuw (2)

Zweden in de 17e eeuw (3) Belangrijkste politiek – militaire ontwikkelingen: Expansieve buitenlandse politiek o.l.v. Gustaaf II Internationale doorbraak: 1630 interventie in de Dertig Jarige oorlog: Zweden bewijst haar militaire macht Alliantie met Frankrijk Verkrijgt gebieden in Noord-Duitsland

Zweden in de 17e eeuw (4) Gustaaf Adolf II 1611 - 1632 Christiana 1632 - 1654

Zweden in de 17e eeuw (5) 1654 : troonsafstand van Christina Opgevolgd door Karel X “De Alexander van het Noorden”

Denemarken in de 17e eeuw (1) Denemarken is een grootmachten op zijn retour. Bevat Denemarken, Noorwegen, Ijsland en delen van Zweden. Controleert volledig de Sont toegang. Belangrijkste inkomsten zijn de Sont tollen Militair zwak : mislukte interventie in Dertig jarige oorlog (1624) en verloren oorlog tegen Zweden-Nederland (1644-45).

Denemarken in de 17e eeuw (2)

Denemarken in de 17e eeuw (3) Belangrijkste politiek – militaire ontwikkelingen: Actieve buitenlandse politiek o.l.v. Christiaan IV Centraal motief : indamming van de Zweedse expansie. Interventie in de Dertig Jarige oorlog mislukt, leidt tot Verdrag van Lübeck (1629) Oorlog met Zweden en de Republiek (Torstenson – oorlog) leidt een grote nederlaag met gebiedsverlies aan Zweden en verlichting van de Sonttollen. Overeenkomst over toltarieven leidt tot bondgenootschap met de Republiek (1645 : traktaat van Christianopel).

Denemarken in de 17e eeuw Christian IV 1588 - 1648 Frederik III 1648 - 1670

Polen – Litouwen in de 17e eeuw (1) Polen – Litouwen: Eenheid sinds de Unie van Lublin (1569) Bloeiperiode : eerste helft 17e eeuw met name vanwege de neutraliteit tijdens de Dertigjarige oorlog. Sterke invloed van de adel (Sjem) op het bestuur: Adelsrepubliek.

Polen – Litouwen in de 17e eeuw (2)

Polen – Litouwen in de 17e eeuw (3) Kenmerken : Zwak centraal bestuur (Poolse landdag) Groot gebied // graanschuur van Europa Belangrijke handelssteden (o.a. Danzig) liggen in dit koninkrijk. Deze bezitten vergaande autonomie. Zwakke militaire macht : sterke bedreiging van buiten af.

Polen – Litouwen in de 17e eeuw (4) Jan II Casimir 1648 - 1668

Noordse Oorlog 1655-60 Noordse oorlog : diverse conflicten in het Oostzeegebied tussen 1655 – 1660. Drie fases: Zweden versus Polen 1655 – 1657 Denemarken versus Zweden 1657 - 1658 Zweden versus Denemarken 1658 - 1660

Eerste fase : Zweden versus Polen (1) Aanleiding : Officieel : Poolse claim op de Zweedse troon Inofficieel : Zweedse expansie in de Oostzee Zomer 1655 : Zweedse aanval op Polen en met steun van Rusland (Moskou) wordt bijna geheel Polen veroverd.

Zweedse bezetting Polen 1655/56

Eerste fase : Zweden versus Polen (2) 1656 : kentering in de oorlog Vrees van andere mogendheden voor dominantie van Zweden in het Oostzee gebied. Vrede tussen Rusland en Polen Oostenrijk steunt Polen tegen Zweden.

Eerste fase : Zweden versus Polen (3) Zweedse blokkade van Danzig leidt tot een militaire reactie van de Republiek Interventie van de Republiek bestaat uit het sturen van een oorlogsvloot van 42 schepen o.l.v. Jacob van Wassenaer Obdam. Gevolg opheffing van de blokkade van Danzig in 1657: Verdrag Elbing

Tweede fase : Denemarken versus Zweden (1) September 1657 : Deense oorlogsverklaring aan Zweden Motieven: Zweden aan de verliezende hand Doorbreken van de dominantie van Zweden Herovering verloren gebieden Ruggendekking door alliantie met de Republiek (misrekening)

Tweede fase : Denemarken versus Zweden (2) Verloop oorlog : Aanvankelijk kleine Deense successen. Zweden verplaatst haar militaire kracht van Polen naar Denemarken: Eind 1657 : volledige bezetting van het Deense vasteland (Jutland). 1657/58 : dichtvriezen van de Kleine en Grote Belt Zweedse troepen steken over naar Funen en Seeland

Tweede fase : Denemarken versus Zweden (3)

Tweede fase : Denemarken versus Zweden (4) 26 Februari 1658 : Vrede van Roskilde Denemarken verliest controle over de Sont Zweden directe toegang tot West-Europa

Derde fase : Zweden versus Denemarken (1) 16 augustus 1658 : Zweden verklaart de oorlog aan Denemarken Motieven: Officieel : niet nakomen van Deense verplichtingen Inofficieel : veroveren van het verzwakte Denemarken.

Derde fase : Zweden versus Denemarken (2) Verloop: 1658 Zweedse invasie van Seeland : Verovering van de vesting Kronborg en begin van de belegering van Kopenhagen Verschijnen van Engelse oorlogsschepen in de Sont Reactie van de Republiek : Militair ingrijpen ten gunste van Denemarken door het sturen van een vloot. Begin actieve militaire betrokkenheid Republiek bij de oorlog.

Derde fase : Zweden versus Denemarken (3) 8 November 1658 : Slag in de Sont

Derde fase : Zweden versus Denemarken (4) Republiek Zweden Opperbevel: Jacob van Wassenaer Obdam Schepen : 41 Kanonnen : 1413 Manschappen : 6000 Opperbevel: Wrangel Schepen : 45 Kanonnen : 1838 Manschappen : 6478

Derde fase : Zweden versus Denemarken (5) Slag in de Sont : Gewonnen door de Staatse vloot. Gevolg: Opheffing blokkade Kopenhagen Bevoorrading Kopenhagen Engelse reactie : stuur aanvullende schepen ter ondersteuning van Zweden

Derde fase : Zweden versus Denemarken (6) Eerste helft 1659 : Impasse Zweden blijft militair sterk in de rest van Denemarken Staatse vloot blijft passief uit angst voor een conflict met Engeland. Obdam klaagt over onduidelijke instructies vanuit de Republiek (de Witt)

Derde fase : Zweden versus Denemarken (7) Twee sporen beleid van de Witt: Een tweede eskader (40 schepen) o.l.v. de Ruyter wordt als extra drukmiddel gestuurd. De Witt zoekt een diplomatieke oplossing voor het conflict i.o.m. Engeland en Frankrijk : Het Haagse Concert.

Derde fase : Zweden versus Denemarken (8) Tweede helft 1659 : kentering September : Engelse vloot wordt teruggetrokken vanwege binnenlandse ontwikkelingen. November : amfibische aanval o.l.v. de Ruyter en herovering van het eiland Funen.

Derde fase : Zweden versus Denemarken (9) 1660 23 Februari : Dood van Karel X van Zweden  ruimte voor Vredesonderhandelingen. Vrede van Oliwa tussen Zweden en Polen Vrede van Kopenhagen tussen Zweden en Denemarken Vrede van Kärde tussen Zweden en Rusland

Beleid van de Republiek (1) Zachte lijn (duiven) Johan de Witt Harde lijn (haviken) Coenraad van Beuningen

Beleid van de Republiek (2) Twee richtingen binnen de Staten van Holland Zachte lijn : Zoeken naar een diplomatieke oplossing Beperking van militaire inzetting Oog voor internationale consequenties Harde lijn : Direct militair ingrijpen Veiligstellen van handelsbelangen Houding van een militaire grootmacht

Beleid van de Republiek (3) Verdeeldheid binnen de Staten van Holland Steden in Zuid-Holland (Leiden, Delft, Rotterdam, Dordrecht): Geen directe handelsbelangen t.a.v. Oostzee gebied Bang voor de consequenties t.a.v. de handel met Frankrijk. Financiële consequenties van de interventie Voorstanders van een zachte koers.

Beleid van de Republiek (4) Steden in Noord-Holland (Amsterdam, Hoorn, Enkhuizen): Grote handelsbelangen t.a.v. Oostzee gebied De gemoderniseerde vloot is niet voor niets. Sterke wantrouwen t.o.v. de Zweedse handelsambities (van Beuningen) Voorstanders van de harde koers.

Beleid van de Republiek (5) Strategie van De Witt: Balanceren tussen beide lijnen. Voorkeur voor de zachte diplomatieke lijn Interventie als laatste middel : 1656 (Danzig), 1658 (Kopenhagen), 1659 (De Ruyter) en onder druk van Amsterdam Voorkomen van een conflict met Engeland en Frankrijk (Zweedse bondgenoten)

Beleid van de Republiek (6) De Witt schrijft: “Deze staat belegt haar zaken nu al enige tijd zonder enige vaste vriendschap of vertrouwde alliantie met een sterke macht en ik ben van gevoelen dat het niet van gevaar is ontbloot wanneer we op deze voet doorgaan” Hij vreest een geïsoleerde positie voor de Republiek t.g.v. het conflict.

Beleid van de Republiek (7) Beleid van de Witt leidt tot een conflict met van Beuningen en andere Amsterdamse regenten. Amsterdam : koers die hoort bij een grootmacht. Amsterdam is zeer ontevreden over de uiteindelijke Vrede.

Nabeschouwing (1) Noordse oorlog : Complex van conflicten in het Oostzee gebied Zweedse streven naar Hegemonie in het Oostzee gebied. Consequenties voor de Republiek: Daling van de inkomsten uit deze handel Verslechtering van de toekomstige handelspositie t.g.v. de Zweedse dominantie

Nabeschouwing (2) Beleid Republiek is gericht op handhaven van de vrijheid van de Oostzee handel en dus voorkomen van een Zweedse controle en mogelijke overname. Militaire interventie wordt slechts als uiterste middel ingezet: 1656 Danzig  vrijheid van de graanhandel 1658 Kopenhagen  verhinderen Zweedse controle van de Sont

Nabeschouwing (3) Binnen de Staten van Holland was wel consensus over het doel maar niet over de manier en kosten van realisatie. Noordse Oorlog bevestigt het particularisme binnen de Republiek waarmee de Witt rekening moest houden. Koers van de Witt leidde uiteindelijk tot het gewenste resultaat zonder dat het conflict zich uitbreidde.

Nabeschouwing (4) De Witt’s succes werd echter mede bepaald door gunstige externe factoren : Dood van Karel X in 1660 Engeland en Frankrijk hadden geen belang bij een conflict. Tijd heeft in het voordeel van de Witt gewerkt en hem uiteindelijk gelijk gegeven.

Bedankt voor uw aandacht. Vragen ?