Pijn- en symptoomcontrole in de palliatieve thuiszorg Johan Coppens Consulent Panal
Pijn- en symptoomcontrole in de palliatieve thuiszorg Visie van de palliatieve zorg Profiel van de palliatieve patiënt thuis Basisprincipes van pijn- en symptoomcontrole Spuitdrijver in de thuiszorg
Visie van de palliatieve zorg Sterven hoort bij het leven Recht van de zieke op actief leven en autonomie Leven aan dagen toevoegen i.p.v. dagen aan het leven Pijn en andere symptomen onder controle houden Aandacht voor de psychische en spirituele noden Ondersteuning van het rouwproces
Wie is de palliatieve patiënt thuis? Registratie gegevens Panal 2003
De palliatieve patiënt thuis Leeftijden van de patiënten registratie 2003, Panal
De palliatieve patiënt thuis registratie 2003, Panal De verhouding mannelijke – vrouwelijke patiënten
De palliatieve patiënt thuis registratie 2003, Panal Gezinssituatie patiënten
De palliatieve patiënt thuis registratie 2003, Panal Oncologische aandoeningen
De palliatieve patiënt thuis registratie 2003, Panal Niet oncologische aandoeningen
De palliatieve patiënt thuis Plaats van overlijden registratie 2003, Panal
De palliatieve patiënt thuis De hulpvraag Psycho-sociale ondersteuning28% Pijn- en symptoomcontrole20% Praktische organisatie/coördinatie hulpverlening20% Vrijwilligersinzet6% Info palliatieve werking & aanmelding26% Meestal gaat het om een combinatie van redenen waarvoor beroep gedaan wordt op Panal. registratie 2003, Panal
De palliatieve patiënt thuis registratie 2003, Panal Reden van tussenkomst
Voorkomen van symptomen in de palliatieve fase (Oxford textbook of oncology) Asthenie 95% Pijn90% Anorexie80% Constipatie65% Dyspneu60% Insomnia60% Zweten 60% Oedemen60% Droge mond50% Nausea50% Braken 40% Angst40% Hoest30% Verwardheid30% Decubitus30% Pleuravocht20% Ascites15% Bloeding15% Depressie 10% Jeuk5%
Pijn- en symptoomcontrole in de palliatieve thuiszorg Algemene principes Klachten en symptomen beluisteren en vaststellen rol van patiënt, arts,verpleegkundige, omgeving Oorzaak trachten op te sporen en te verklaren rol van arts Individuele behandeling wat is mogelijk? Wat is wenselijk? Permanente observatie, evaluatie en bijsturing rol van verpleegkundige en arts
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Classificatie van pijn acute vs chronische pijn Oorzaak van pijn Wijze van voorkomen volgens de aard van getroffen weefsel nociceptieve pijn somatogene pijn viscerale pijn neuropatische pijn psychogene pijn Meestal gemengde pijnen
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Medische benadering van pijn oorzakelijke behandeling is de beste indien mogelijk chemotherapie, radiotherapie, chirurgie…. in thuissituatie meestal uitbehandelde patiënt farmacologische behandeling
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Principes van medicamenteuze pijnbestrijding intensiteit van pijn bepaalt keuze van medicatie (analgetische trapladder) orale en transdermale weg geniet de voorkeur medicatie de klok rond rescuemedicatie voor doorbraakpijn frequente evaluatie van effect en nevenwerkingen gebruik van co-analgetica en adjuvante medicatie
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg TRAP 1: niet-opioïde analgetica TRAP 2: zwakke opioïden TRAP 3: sterke opioïden pijn
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg TRAP 1: aspirine paracetamol Nsaid TRAP 2: codeine tramadol buprenorfine tilidine TRAP 3: morfine hydromorfone fentanyl methadone buprenorfine pijn
Analgetische trap combinaties zijn frequent maar niet altijd logisch gebruik equivalentielatje bij overstap van de ene trap naar de andere neveneffecten van zwakke en sterke opoïden zijn vergelijkbaar start tijdig morfine in juiste en aangepaste dosis
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Morfine: drug of choice oudste, best gedocumenteerd en meeste ervaring wereldwijd beschikbaar in vele vormen en toedieningswijzen kent geen maximale dosis
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Mythes en morfine Morfine is verslavend? Morfinetolerantie : steeds hogere dosissen? Morfine bespoedigt het levenseinde?
Morfineproducten per os snelwerkend MS Direct ® co van 10 of 20 mg onset:20minduur:4u snelwerkendMorfineHCl siroop mag. … mg/ml idem langwerkend MS Contin ® 10,20,30, 60,100, 200mgonset:1uurduur:8-12u Sc,Iv,Spi n snelwerkendMorfineHCl
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Starten met morfine altijd opstarten met snelwerkende morfine optitreren tot aanvaardbare pijncontrole omschakelen naar langwerkende preparaten voorzie bolusdosis voor doorbraakpijn voorkom en behandel steeds de nevenwerkingen bij zwakke bejaarden : start slow en go slow
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Nevenwerkingen van morfine Constipatie: steeds associatie met laxativa Nausea en braken: gepaste anti-emetica Slaperigheid en sedatie :voorbijgaand effect Verwardheid : te hoge startdosis ?
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Nevenwerkingen van morfine Ademhalingsdepressie : te hoge dosis versus pijn? Urineretentie: cave bejaarde met BHP Jeuk: zeldzaam, meestal niet allergisch Verhoogde incidentie vallen bij bejaarde: cave polymedicatie
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Opioïdrotatie: onvoldoende analgetisch effect van opioïd 1 belangrijke neveneffecten met opioïd 1 opioïdgeïnduceerde neurotoxiciteit
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Opioïdrotatie: conversie morfine-morfine volgens toedieningsweg intrathecaal =1 epiduraal = 10 SC/IV/IM = 100 per os = 300
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Opioïdrotatie: conversie morfine naar Fentanylpatch ± 100 mg morfine (po/d) = 25 mcg/uur dosis conversie morfine naar Hydromorfone 10 mg morfine = 1,3 mg Hydromorfone conversie morfine naar Methadone 10 mg morfine(po/d) = ± 2mg Methadone conversie morfine naar Bruprenorfine ± 60 mg morfine (po/d)= 35 mcg/uurdosis
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg Indicaties voor pleister Fentanyl : Durogesic® chronische stabiele kankerpijn steeds in combinatie met morfine voor doorbraakpijn conversie bij hoge dosissen morfine bij intolerantie van morfine cave : magere patiënt versnelde resorptie bij koorts voordelen :gebruiksvriendelijk, minder obstipatie
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg indicatie voor pleister Buprenorfine: Transtec® weinig ervaring sterke binding met µ-opioïdreceptor zelfde neveneffecten als andere opioïden Naloxone geen antidotum partiële agonist-antagonist :plafond-effect ? combinaties met hoge dosissen morfine?
Pijnbeleid in de palliatieve thuiszorg : co-analgetica combinaties trap 1 en 3 neuroleptica en sedativa: emotionele-affectieve componente corticosteroïden calcitonine hypercalciëmie osteoporose anticonvulsiva en antidepressiva : neuropathische pijn
Combinaties trap 1 en trap 3 paracetamol :4 tot 6 gr per dag Nsaid : met maagprotectie bot en spierpijnen centrale hyperthermie
Sedativa en Neuroleptica anxiolytica: Lorazepam (Temesta®) slaapstoornis: Trazodone (Trazolan®) spierkrampen: Clonazepam (Rivotril®) convulsies: Lorazepam hevige onrust: Levopromazine (Nozinan®)
Anti-epileptica en antidepressiva neuropathische pijn branderig: Amitryptiline (Redomex®) :optitreren tot 75mg schietende pijn: Carbamapezine (Tegretol®), Natiumvalproaat (Depakine®) Gabantine (Neurontin®)
Corticosteroïden Methylprednisolone (Medrol®) anti-inflammatoir, anti-oedemateus, anti- emetisch en euforiserend effect gebruik: zenuw en ruggenmergcompressie, hersenoedeem, leverkapselpijn, intestinale obstructie, eetlustbevorderend, hoest, dyspnee, braken resistent aan anti-emetica...
Gebruik van spuitdrijver Geen medicatie per os nog mogelijk Constante toediening over 24 uur Extrabolussen mogelijk Combinaties van medicaties Weinig belastend voor patiënt Veilig te gebruiken in thuissituaties
Medicaties voor symptoomcontrole via spuitdrijver morfine haldol litican buscopan scopolamine corticosteroïeden dormicum sandostatine
Morfine Indicaties Pijn Dyspnee onderdrukt ademhalingscentrum vermindert de angst verlaagt de pulmonaal druk Dosis: 5 tot 20mg/4u bij opoïednaïve patiënt 30 tot 50% boven de pijndosis
Haldol® (haloperidol) Indicaties Anti-emeticum Anti-psychoticum Palliatieve sedatie Hik Vormen Druppels : 2mg/ml=2O druppels Tablet: 0,5/2/5/20 mg Ampullen: 5mg/ml
Haldol® (haloperidol) Voordelen: Goedgekend product Snel en krachtig werkend Nadelen < voordelen Dosage: Anti-emeticum: 3x5 dr Anti-pschychoticum: 3x5mg tot ?
Litican® (alizapride) Indicaties: nausea, braken Vormen: tablet: 50mg & ampul: 50mg/2ml Dosage: tot 300 mg /dag (po,sc,im) Neveneffecten: cave associatie met neuroleptica
Scopolamine® Atropine® Indicatie: Doodsreutel Vormen: Ampul (0,25 en 0,50mg/ml) Dosis: 1,50 mg/d Neveneffecten: Droge mond, slaperigheid Verwardheid
Buscopan® (butylhyoscinebromide) Indicaties: Intestinale krampen, obstructie, (doodsreutel) Vormen: Tablet, suppos(10mg), Ampullen: 20 mg/ml Dosage: 60 tot 120 mg/dag Neveneffecten: Anticholinergisch
Corticosteroiden (aacidexam®) Indicaties: cfr Medrol Vormen: im/sc/iv (5mg/ml) Dosage: 5 tot 20 mg /dag Neveneffecten: Afwegen tegen voordelen
Dormicum® (midazolam) Indicatie: Sedatie, anti-epilepticum Vormen: Ampullen (5mg/5ml-15mg/3ml) sc, iv Dosage: Afhankelijk van gewenst effect Neveneffecten: Ademhalingsdepressie (iv)
Sandostatine: (octreotide) Indicatie: Intestinale obstructie Vormen: 0,1mg /ml en 0,5mg / ml (sc) Dosage: 0,5 tot 1,5 mg / dag Neveneffecten: ?
medicaties voor spuitdrijver Diclofenac -Voltaren® Furosemide -Lasix® Lorazepam -Temesta® Levopromazine-Nozinan® Metoclopramide-Primperan® Ranitidine-Zantac® Tramadol-Contramal® Clonazepam-Rivotril® Natriummetamizol Novalgine®
Besluiten Pijn- en symptoomcontrole kan in de thuissituatie mits ervaring en deskundigheid mits multidisciplinaire benadering met respect voor de palliatieve zorgprincipes