STUDIEHULP VOOR SCHOLIEREN beter leren

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Hoe kun je informatie het beste in het geheugen opslaan?
Advertisements

Autisme en Mindmap Thuis en op School
De neurale basis van structuur in taal Gideon Borensztajn
Leren = Concentreren I II III.
Coachen Maandag 14 juni 2006.
MET DANK AAN COLLEGA’S IN DEN LANDE ! vee 2012
Intensief lezen Lees de tekst grondig door en duid kernwoorden en/of –zinnen aan. Doe dit zo. Hoe doe je dit? Volg de pijl en dan zie je het symbooltje.
OFC28 mediawijsheid les 7 leren door te maken
De dag van het solliciteren Blok 1
Samenvatting Havo 5.
‘NLP Basiscursus Je ongekende vermogens’
De dag vóór het examen Schrijf de data en uren waarop je examen moet doen op een groot vel papier en hang het goed zichtbaar op! Leg alles wat je voor.
Hoe leer je geschiedenis?
Het belang van plannen.
Loopbaan oriëntatie en begeleiding
Tekstverklaring Hoe doe je dat?.
Flip de Proef Hoofdstuk 4 maar dan anders…. Wat is dat? Hoofdstuk 4 gaat over handig tellen. Dat gaan we proberen 's op een andere manier te doen. Ik.
Shake Song Fort van de Verbeelding Bovenbouw Groep 7 en 8 (en soms ook groep 6)
Het belang van voorlezen
Woordjes leren.
Reactievergelijkingen Een kwestie van links en rechts kijken.
Talentgebieden – Interesses –Leervoorkeuren
Leespubliek. Spoorboekje Even opfrissen Oefening leespubliek Bespreken oefening Wat gaan we leren?: Je kunt vertellen wat een leespubliek is en naar welke.
Centraal Examen Nederlands
BETER LEREN LEREN VOOR SCHOLIEREN. BLOK 2 WAT ONS BREIN LASTIG VINDT en waar we allemaal last van hebben.
Het maken van een toets. Inleiding Voordat je aan de toets gaat beginnen doe je er verstandig aan om aan de volgende tips te denken: 1.Goed lezen Goed.
Hoe maak je een presentatie die mensen kan overtuigen van jouw idee.
Schilderijen Hoi! Ik ben Schattebout. Ik ga schilderijen laten zien.
Cursus 1.2 Werken met een Atlas Klas 1 BK Lesweek 5
De vraag is je beste vriend
Waar moet je op letten? Om een goede stageplaats te hebben moet je er zeker van zijn dat het bedrijf waar je naar toe wil ook onze school een beetje kent.
Meest voorkomende vragen bij examenteksten.
Deze les hfdst 1 verbanden gegevens verwerken
Cursus 1.2 Werken met een Atlas Klas 1 KGT Lesweek 5
Meest voorkomende vragen bij examenteksten.
Lezen H1 t/m H3 In deze PowerPoint: Op onderwerp: Op leesstrategie:
Deze les Even herhalen: hoofdrekensommen Grafieken aflezen waar moet je ook alweer op letten? Stapeldiagram sportdag bespreken Voorbeeldexamenvragen Uitleg.
Welkom havo 4..
Havo-4 Les 1 Wie ben ik? Keuzebegeleiding.
VWO 6 Wiskunde C – les 1 Meneer Ypma.
Train your brain.
Onbepaald voornaamwoord
Cursus 1.1 Werken met Kaarten Klas 1 KGT Lesweek 4
Cursus 1.1 Werken met Kaarten Klas 1 BK Lesweek 2
Workshop ‘netwerken, samenwerken, delen en verbinden in de praktijk’
Houd je aandacht erbij! Trainers: Jan de Groot Henk Torreman.
Beste ath 4..
© UNIEK IN DE KLAS.
Thema 4 : wat voor een type ben jij?
NSCCT Instructie groep 4
Gesprekstechnieken 12 mei 2017.
Thema 4: Zo bereik je meer
Studie vaardigheden Thema 2 : Plannen.
Ik heb mijn boek uit… Wat nu?.
NSCCT Instructie groep 5
NSCCT Instructie groep 6
3 vmbo-KGT Samenvatting Hoofdstuk 10
Oorcheck op het mbo 1 Over gehoor en gehoorschade
Stage zoeken bij Entree-opleiding
Waar moet je op letten? Om een goede stageplaats te hebben moet je er zeker van zijn dat het bedrijf waar je naar toe wil ook onze school een beetje kent.
Workshop creativiteit
Hoe leer je geschiedenis?
BLOK 4 Rust en jouw voorbereiding Mijn lijfstijl, mijn keuze.
NSCCT Instructie groep 4
NSCCT Instructie groep 5
NSCCT Instructie groep 6
Examenvoorbereiding – MTA Examen.
Denken in beelden Hoe zit dat nu precies?.
STUDIEHULP VOOR SCHOLIEREN DEEL 1 Beter Leren
Digitale toetsen Quayn.
Transcript van de presentatie:

STUDIEHULP VOOR SCHOLIEREN beter leren Kan voor beide groepen worden gebruikt

HOE JIJ LEERT en de werking van jouw brein

BREINVRIENDELIJK LEREN Alles wat je weet of hebt meegemaakt, ligt opgeslagen in een gigantisch netwerk tussen je hersencellen: het brein. Leren is het versterken en vernieuwen van die netwerken.

10800 mogelijkheden 100 miljard hersencellen elk 50.000 verbindingen Er ontstaat een gigantisch, deels flexibel netwerk tussen de hersencellen

je ziet een bloem werkgeheugen via het gezichtscentrum (het zintuiglijk visueel geheugen) naar het werkgeheugen

je ziet een bloem je hoort “madelief” werkgeheugen via het gezichtscentrum via het gehoorcentrum, naar het werkgeheugen

NIEUWE INFORMATIE madelief Het geluid van het woord madelief wordt gekoppeld aan het plaatje van de bloem. Het netwerkje wordt uitgebreid.

NIEUWE INFORMATIE madelief Het geluid van het woord madelief wordt gekoppeld aan het plaatje van de bloem. Het netwerkje wordt uitgebreid. Nu moet je het even met rust laten.

NIEUWE INFORMATIE madelief Het geluid van het woord madelief wordt gekoppeld aan het plaatje van de bloem. Het netwerkje wordt uitgebreid. Nu moet je het even met rust laten. ?

NIEUWE INFORMATIE madelief Het geluid van het woord madelief wordt gekoppeld aan het plaatje van de bloem. Het netwerkje wordt uitgebreid. Nu moet je het even met rust laten. ? (niet storen met andere namen en plaatjes van bloemen) Dan wordt dit opgeslagen in het korte termijn geheugen.

OPSLAG IN HET GEHEUGEN Als de nieuwe kennis in het korte termijn geheugen wordt herhaald en aangevuld, worden de netwerkjes sterker en uitgebreid.

OPSLAG IN HET GEHEUGEN Als de nieuwe kennis in het korte termijn geheugen wordt herhaald en aangevuld, worden de netwerkjes sterker en uitgebreid. Langzaam groeit deze kennis door naar het lange termijn geheugen. Dat gaat vanzelf.

DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR vooral als je er even niet op let.

DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR. vooral als je er even niet op let DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR vooral als je er even niet op let. Je ziet op straat iemand van vroeger lopen….. Hoe heet ze nou ook alweer……?

DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR. vooral als je er even niet op let DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR vooral als je er even niet op let. Je ziet op straat iemand van vroeger lopen….. Hoe heet ze nou ook alweer……? Na een minuut of tien schiet de naam je te binnen.

DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR. vooral als je er even niet op let DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR vooral als je er even niet op let. Je ziet op straat iemand van vroeger lopen….. Hoe heet ze nou ook alweer……? Na een minuut of tien schiet de naam je te binnen. Vastgelopen in een kruiswoordpuzzel…….?

DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR. vooral als je er even niet op let DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR vooral als je er even niet op let. Je ziet op straat iemand van vroeger lopen….. Hoe heet ze nou ook alweer……? Na een minuut of tien schiet de naam je te binnen. Vastgelopen in een kruiswoordpuzzel…….? Na een uur kun je ineens vanzelf weer verder.

DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR. vooral als je er even niet op let DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR vooral als je er even niet op let. Je ziet op straat iemand van vroeger lopen….. Hoe heet ze nou ook alweer……? Na een minuut of tien schiet de naam je te binnen. Vastgelopen in een kruiswoordpuzzel…….? Na een uur kun je ineens vanzelf weer verder. Je kunt niet verder met een moeilijke som.…?

DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR. vooral als je er even niet op let DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR vooral als je er even niet op let. Je ziet op straat iemand van vroeger lopen….. Hoe heet ze nou ook alweer……? Na een minuut of tien schiet de naam je te binnen. Vastgelopen in een kruiswoordpuzzel…….? Na een uur kun je ineens vanzelf weer verder. Je kunt niet verder met een moeilijke som.…? De volgende morgen zie je opeens de oplossing.

DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR. vooral als je er even niet op let DE HERSENEN WERKEN ZELFSTANDIG DOOR vooral als je er even niet op let. Je ziet op straat iemand van vroeger lopen….. Hoe heet ze nou ook alweer……? Na een minuut of tien schiet de naam je te binnen. Vastgelopen in een kruiswoordpuzzel…….? Na een uur kun je ineens vanzelf weer verder. Je kunt niet verder met een moeilijke som.…? De volgende morgen zie je opeens de oplossing. Ook te gebruiken bij het maken van toetsen.

zien, horen, ruiken, voelen en proeven KORTE TERMIJN GEHEUGEN WERKGEHEUGEN ▼▼▼▼▼▼▼ KORTE TERMIJN GEHEUGEN

zien, horen, ruiken, voelen en proeven KORTE TERMIJN GEHEUGEN WERKGEHEUGEN ▼▼▼▼▼▼▼ 7 ingangen KORTE TERMIJN GEHEUGEN

zien, horen, ruiken, voelen en proeven KORTE TERMIJN GEHEUGEN WERKGEHEUGEN ▼▼▼▼▼▼▼ 7 ingangen 30 seconden KORTE TERMIJN GEHEUGEN weg

zien, horen, ruiken, voelen en proeven LANGE TERMIJN GEHEUGEN WERKGEHEUGEN ▼▼▼▼▼▼▼ 30 seconden KORTE TERMIJN GEHEUGEN weg

zien, horen, ruiken, voelen en proeven LANGE TERMIJN GEHEUGEN WERKGEHEUGEN ▼▼▼▼▼▼▼ 30 seconden KORTE TERMIJN GEHEUGEN weg

zien, horen, ruiken, voelen en proeven LANGE TERMIJN GEHEUGEN WERKGEHEUGEN ▼▼▼▼▼▼▼ geleidelijk, vanzelf 30 seconden KORTE TERMIJN GEHEUGEN weg

KENNISMAKING EN INTEGRATIE Stel je maakt op een feestje kennis met een meisje. Je praat enkele minuten met haar. Dan onthou je maar heel weinig van haar gezicht.

aangroeiend kennisnetwerk kennismaking

KENNISMAKING EN INTEGRATIE Stel je maakt op een feestje kennis met een meisje. Je praat enkele minuten met haar. Dan onthou je maar heel weinig van haar gezicht. Net genoeg om haar te herkennen, wanneer je haar weer tegenkomt. Dat is het eerste netwerkje van haar in je brein.

aangroeiend kennisnetwerk kennismaking 2de ontmoeting

KENNISMAKING EN INTEGRATIE Stel je maakt op een feestje kennis met een meisje. Je praat enkele minuten met haar. Dan onthou je maar heel weinig van haar gezicht. Net genoeg om haar te herkennen, wanneer je haar weer tegenkomt. Dat is het eerste netwerkje van haar in je brein. Tijdens de tweede ontmoeting groeit dat netwerkje aan.

aangroeiend kennisnetwerk kennismaking 2de ontmoeting 3de ontmoeting

KENNISMAKING EN INTEGRATIE Stel je maakt op een feestje kennis met een meisje. Je praat enkele minuten met haar. Dan onthou je maar heel weinig van haar gezicht. Net genoeg om haar te herkennen, wanneer je haar weer tegenkomt. Dat is het eerste netwerkje van haar in je brein. Tijdens de tweede ontmoeting groeit dat netwerkje aan. Pas na de derde ontmoeting heb je een duidelijk beeld van haar in je kortetermijngeheugen. Zo groeit het neuronet van deze ontmoeting. Dat is leren. Dat is integratie.

WAT JE ONTHOUDT ALS JE NIET HERHAALT % 100 80 60 40 20 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ de vergeetcurve je komt uit op ongeveer 20% 70% 40% 20% 20%

WAT JE ONTHOUDT ALS JE HERHAALT NA % 100 80 60 40 20 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ 40% 20% en als je zou herhalen na 1 uur….,

WAT JE ONTHOUDT ALS JE HERHAALT NA % 100 80 60 40 20 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ 40% 20% waar kom je dan op uit?

WAT JE ONTHOUDT ALS JE HERHAALT NA % 100 80 60 40 20 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ 40% 20% ook op 20% ?

WAT JE ONTHOUDT ALS JE HERHAALT NA 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ 40% 20% gelukkig niet !

WAT JE ONTHOUDT ALS JE HERHAALT NA % 100 80 60 40 20 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ 40% 20% maar duidelijk hoger !

WAT JE ONTHOUDT ALS JE HERHAALT NA % 100 80 60 40 20 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ 70% 40% 20% en na een dag

WAT JE ONTHOUDT ALS JE HERHAALT NA % 100 80 60 40 20 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ 90% 70% 40% 20% na een week

WAT JE ONTHOUDT ALS JE HERHAALT NA % 100 80 60 40 20 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ 90% 70% 40% 20% en als er na 4 weken een toets is

WAT JE ONTHOUDT ALS JE HERHAALT NA % 100 80 60 40 20 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ 90% 70% 40% 20% dit noem ik verder onthoudcurves.

DE KUNST VAN HET LEREN IN LAAGJES 1. HET SUPER HERHAALPLAN voor wie gewend is om dagelijks te studeren 2. HET MAXIMALE HUISWERKPLAN voor wie regelmatig, maar niet elke dag studeert 3. HET MINIMALE HUISWERKPLAN voor wie onregelmatig, eigenlijk te weinig, studeert

STUDEREN ZONDER HERHAALPLAN % 100 80 60 40 20 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ toets? 40% 20% je herhaalt pas vlak voor de toets

MET EEN GOED HERHAALPLAN % 100 80 60 40 20 [ SUPERHERHAALPLAN of MAXIMALE HUISWERKPLAN ] 1 UUR 1 DAG 1 WEEK 4 WEKEN ▼ ▼ ▼ ▼ 95% 80% 60% 40% 20%

LEERTECHNIEKEN de kracht van de vraag

DE KUNST VAN HET ECHTE LEREN UIT HET HOOFD LEREN en BEGRIJPEND LEREN Je kunt niet begrijpend leren, als je niet de namen, begrippen, termen, symbolen, afkortingen en wetten van dat vak uit je hoofd kent. Zonder kennis van het jargon (de vaktaal) en van de eenvoudige feiten kun je niet denken in dat vak. Begin dus tijdig met het “UIT HET HOOFD LEREN".

DE VALKUIL VAN HET HERKENNEN ■ BIJ HET OVERLEZEN van een tekst die je al eerder hebt gelezen, lijkt het alsof je het kent…….. MAAR DAT IS NIET ZO ■ BIJ HET LUISTEREN EN KIJKEN naar iets dat je al eens hebt gehoord of gezien, lijkt het alsof je het al weet…... MAAR DAT IS NIET ZO JE HERKENT HET…., MAAR JE KENT HET NOG NIET Gebruik bij het leren vooral de kracht van de vraag.

ALGEMENE LEERTECHNIEKEN ■ grondig lezen ■ berekeningen en ander maakwerk ■ een samenvatting maken ■ schema’s maken (sla ik over) ■ een vragenlijst maken* ■ woorden leren ■ een mindmap maken * mijn favoriet

DE LEESBAARHEID VAN STUDIEBOEKEN ► De informatiedichtheid verschilt sterk per vak: Boeken van de exacte vakken kunnen soms heel moeilijk leesbaar zijn: veel figuren, formules, berekeningen. Andere boeken zijn heel verhalend, zoals soms bij de maatschappij vakken. ► De informatiedichtheid varieert ook per hoofdstuk: Voorin het boek staan veel meer nieuwe begrippen, termen, namen, afkortingen, formules en symbolen, dan achterin. Dus voorin een boek studeer je langzamer dan achterin. Het ligt niet altijd aan jou, dat je een boek moeilijk vindt !

SOMMEN EN ANDER MAAKWERK Lees eerst de hele opgave goed door, zodat je weet waar het over gaat. Begin dan vooraan en vraag je af: “Wat heb ik aan gegevens?” “Wat wordt er precies gevraagd?” “Hoe doen we dit soort sommen altijd?” “Waar begin ik en hoe pak ik dit aan?” “Klopt de uitkomst met wat ik mag verwachten?” [Je kunt jouw eigen vragen bedenken.]

EEN SAMENVATTING MAKEN ► Lees eerst het geheel oriënterend door. ► Verdeel de tekst in stukken van 10 tot 15 zinnen. ► Vraag je per onderdeel af: “Wat staat er nou precies?” “Waar gaat het hier nou om?” “Wat kan ik hier weglaten?” ► Schrijf dit onderdeel in een paar zinnen op. ► Als je alle stukken kort hebt opgeschreven, is de samenvatting klaar. DAARNA WEGDOEN……! BIJ HERHALING DOE JE ALLES OPNIEUW

EEN SAMENVATTING MAKEN Van leerstof waar een verhaal in zit, kun je de samenvatting wel gebruiken bij het herhalen. Als je die leest, komt het hele verhaal weer naar boven. Bij het overlezen van andere samenvattingen, zie je eigenlijk alleen maar een ‘skelet’ …. Dat is onbruikbaar voor de herhalingen. Nu volgt de beste leertechniek voor de meeste vakken: MAAR DAT HOU IK NOG EVEN GEHEIM…..

EEN MINDMAP MAKEN Dit is brainstormen in je eentje. Het maken van een mindmap is zeer leerzaam. Het helpt je om de stof beter te begrijpen en te onthouden. Een mindmap maken is waarschijnlijk de beste oefening, voor als je de stof al bijna kent. Het is een techniek, die je vooral gebruikt bij grote hoeveelheden informatie. En in de laatste dagen voor een toets.

HET MAKEN VAN EEN TOETS Lees eerst alle vragen aandachtig door. Als je ergens iets tegenkomt dat je niet meer weet, stel jezelf dan een vraag daarover. Ga dan eerst alle opgaven maken die je wel kunt. Terwijl je werkt, gaat een deel van je hersenen op zoek naar vergeten kennis. Tenslotte ga je werken aan de lastige opgaven. Dan heb je alle kans, dat jouw hersenen nog iets vinden, dat je was vergeten. Je werkt dan onder veel minder stress.

STUDIEHULP VOOR SCHOLIEREN beter leren EINDE DEMO Kan voor beide groepen worden gebruikt