God! Doe er eens wat aan! Psalm 94
God van vergelding En zij riepen met luide stem: Tot hoelang, heilige en waarachtige Heerser, oordeelt en wreekt U ons bloed niet aan hen die op de aarde wonen? (Openb.6:10)
God van vergelding Het is immers rechtvaardig van God verdrukking te vergelden aan hen die u verdrukken, en aan u die verdrukt wordt, samen met ons verlichting te geven bij de openbaring van de Heere Jezus vanuit de hemel met de engelen van Zijn kracht, wanneer Hij met vlammend vuur wraak oefent over hen die God niet kennen, en over hen die het Evangelie van onze Heere Jezus Christus niet gehoorzaam zijn. (2 Thess.1:6-8)
Wraak? of Vergelding?
Waarom de schreeuw om vergelding?
Wat is Gods reactie in deze psalm?
Wat betekent dit voor ons? U mag geen wraak nemen of een wrok koesteren tegen uw volksgenoten, maar u moet uw naaste liefhebben als u zelf. (Lev.19:18)
Wat betekent dit voor ons? Neem geen wraak, geliefde broeders en zusters, maar laat God uw wreker zijn, want er staat geschreven dat de Heer zegt: ‘Het is aan Mij om wraak te nemen, Ik zal het vergelden.’ Maar, als uw vijand honger heeft, geeft hem dan te eten, als hij dorst heeft, geef hem dan te drinken. (Romeinen 12:19-20)
Doet God er wat aan? Er is rechtspraak
Doet God er wat aan? Er is rechtspraak Niet alle misdadigers komen er mee weg
Doet God er wat aan? Er is rechtspraak Niet alle misdadigers komen er mee weg Wat doen wij zelf aan recht en gerechtigheid?
Doet God er wat aan? Er is rechtspraak Niet alle misdadigers komen er mee weg Wat doen wij zelf aan recht en gerechtigheid? Wat zegt Psalm 94? (en de rest van de Bijbel)
Doet God er wat aan? Er is rechtspraak Niet alle misdadigers komen er mee weg Wat doen wij zelf aan recht en gerechtigheid? Wat zegt Psalm 94? (en de rest van de Bijbel) Jezus Christus is Gods antwoord
Het volk dat in duisternis wandelt, zal een groot licht zien Het volk dat in duisternis wandelt, zal een groot licht zien. Zij die wonen in het land van de schaduw van de dood, over hen zal een licht schijnen. U hebt dit volk talrijk gemaakt; hebt U niet de blijdschap groot gemaakt? Zij zullen blij zijn voor Uw aangezicht, zoals men zich verblijdt bij de oogst, zoals men zich verheugt wanneer men de buit verdeelt. Want het juk van hun last, de stok op hun schouders, en de knuppel van hun slavendrijver hebt U verbroken als eens op Midiansdag. Ja, elke laars, stampend met gedreun, iedere soldatenmantel, gewenteld in bloed, zal verbrand worden, voedsel voor het vuur.
Want een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij rust op Zijn schouder. En men noemt Zijn Naam Wonderlijk, Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst. Aan de uitbreiding van deze heerschappij en aan de vrede zal geen einde komen op de troon van David en over zijn koninkrijk, om het te grondvesten en het te ondersteunen door recht en gerechtigheid, van nu aan tot in eeuwigheid. (Jesaja 9:1-6)
God! Doe er eens wat aan! Ja, God doet er wat aan! In het verleden In het heden En in de toekomst