Argessie Les 4
Lesprogramma 3 vormen van agressieve gedragingen Interventies Risicofactoren
Interventies en Risicofactoren 3 agressieve gedragingen: 1. Geagiteerd 2. Dreigend 3. Gewelddadig
1 . Geagiteerd gedrag
Dreigend gedrag
Gewelddadig gedrag
Opdracht 1 Agitatie Beantwoord de volgende vraag: Wat kan ik als professional doen op het moment dat iemand geagiteerd is? Zodat het niet verder escaleert. Vorm tweetallen en beschrijf wat jij zou doen als iemand geagiteerd gedrag laat zien.
Geagiteerd gedrag: - Gedrag benoemen - Luisteren - Zelf rustig blijven - Stap naar achter - Vragen om iets te laten (let wel op hoe je iets zegt) - Bevragen (wat is er aan de hand) - Samen wandelen - Zelf oplassen - Humor - Ventileren - Begrip - Troosten - Medicatie
Opdracht 2 Dreigend gedrag Wat kan ik als professional doen op het moment dat iemand geagiteerd is? Zodat het niet verder escaleert. Vorm tweetallen en beschrijf wat jij zou doen als iemand geagiteerd gedrag laat zien.
2 Dreigend gedrag - Negeren - Assistentie vragen - Waarschuwen (consequenties) - Uit de situatie gaan - Anderen weg sturen - Confronteren - begrenzen, KORT / DUIDELIJK / IK VORM
Risicofactoren Wat zijn Risicofactoren? Noem voorbeelden van risicofactoren
De risicofactoren zijn: - Afd. cultuur, - Regels, te veel/weinig, - Gedwongen opname - Middelen gebruik, - Cognitieve vermogens, - Samenstelling van de patiënten groep, - Deskundigheid, - Voorzieningen, - Werkdruk, - Samenwerking, - Onvoldoende medicatie, - Onvoldoende info.
Je kan nog zoveel doen aan preventie en interventies, maar als de risicofactoren groot zijn blijft het onveilig en komen er incidenten zich voor doen.