Wat moet je kennen en kunnen? Toetsvoorbereiding H5 Wat moet je kennen en kunnen?
Paragraaf 1 tm 3 Wat is werk? Waarom werken we? (piramide van maslow) Wat is een verzorgingsstaat Wat is het verschil tussen arbeidsinhoud, arbeidsomstandigheden, arbeidsvoorwaarden (primair én secundair!) en arbeidsverhoudingen? Wat zijn vakbonden en vakcentrales? En wat zijn de belangrijkste? Wat is de vraag- en aanbodzijde van de arbeidsmarkt? Wat is het verschil tussen frictiewerkloosheid, seizoenwerkloosheid, conjuncturele werkloosheid en structurele werkloosheid? Welke veranderingen zijn er op de arbeidsmarkt? (flexibilisering, europeanisering)?
Paragraaf 4 - 5 Wat is het verschil tussen een nachtwakersstaat en een verzorgingsstaat? Waarom veranderde de nachtwakersstaat in een verzorgingsstaat (welke politieke stromingen wilden dat?) Wat is het verschil tussen sociale verzekeringen (werknemersverzekeringen en volksverzekeringen) en sociale voorzieningen? Wat zijn de belangrijkste sociale verzekeringen en sociale voorzieningen? Wat is het verschil tussen je zelf opgebouwde pensioen en het AOW (dat iedereen krijgt)
Paragraaf 6-7 Welke 3 problemen spelen sinds begin jaren ‘80 in de verzorgingsstaat (en wat is het verschil tussen die 3)? Hoe pakte de overheid de problemen aan? Wat zijn de positieve en negatieve gevolgen van de maatregelen? Wat willen de 3 belangrijke stromingen in de toekomst met het land?