Ethologie = gedragsleer Alleen mensen en dieren (planten dus niet!) Gedrag: - Oorzaken prikkel – “black box”- reactie (respons) - Erfelijkheid vermogen om iets te kunnen doen (bijv. leervermogen) - Leerprocessen benutten van dat vermogen (bijv. je huiswerk doen …) - Sociaal gedrag interactie met soortgenoten (via signalen) - Mens rolpatronen : nature (=aangeboren) of Nurture (= aangeleerd) ??
Grondleggers van de Ethologie Konrad Lorenz Skinner Niko Tinbergen
Ivan Pavlov Geconditioneerde reflex
Gedragsonderzoek Analyse gedragselementen: - Frequentie (hoe vaak komt het gedrag voor) - Tijdsbeslag (hoeveel tijd neemt het gedrag in) - Sequentie (is er een vaste volgorde: gedragsketen?) - Doel / Functie (zijn ze onderdeel van een gedragssysteem? Wetenschap: objectiviteit !! Inlegkunde: Antropomorfisme Ethogram = Een objectieve beschrijving van de te onderzoeken gedragingen, zonder “inlegkunde” Protocol = Een objectieve meting van het gedrag in de tijd.
Oefenen: aapjes kijken … Video van een jonge baviaan. Observeer goed wat het jonge aapje allemaal doet Start video Geef een objectieve (!!) beschrijving van een gedragselement van de jonge baviaan
Voorbeeld van een Ethogram Gedrag Afk. Omschrijving: Lopen Lo Aapje loopt Rennen Re Aapje loopt snel Zitten Zi Aapje zit op z’n achterwerk Tak pakken Pa Aapje pakt iets Onderzoeken Oz Aapje onderzoekt iets/voorwerp Voedsel zoeken Vz Aapje rommelt in de grond op zoek naar voedsel In de mond stoppen/ eten Et Aapje stopt iets (voedsel) in de mond Aanvallen Av Aapje valt andere aap aan Vluchten Vl Aapje rent snel bij andere aap vandaan Rondkijken Rk Aapje kijkt in het rond/houdt apen in de gaten Springen Sp Aapje springt omhoog (evt. In boom) Klimmen Kl Aapje klimt in boom/tak Hangen Ha Aapje hangt aan tak (of andere aap) Krijsen Kr Aapje krijst naar andere aap
Protocol maken Je krijgt een leeg protocolleerblad Werk in 2-tallen Observeer gedurende 3 minuten elke 5 sec. wat het aapje doet (docent geeft signaal) Eén zegt wat het aapje doet, de ander noteert het op de juiste plaats in het protocolleerblad.
Protocolleerblad Seconde 1ste minuut 2de minuut 3de minuut 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60
Resultaat (ongeveer) Seconde 1ste minuut 2de minuut 3de minuut 5 Kl Oz 10 Rk Et Av 15 Sp Zi 20 25 30 35 Ha 40 Vl 45 50 Re 55 - 60 Pa
Analyse frequentie
Analyse Volgorde
gedragsonderzoek in een les 1) Stel een kort ethogram op van leerlinggedrag (of een docent): bijv. 3-4 gedragingen; niet té gedetailleerd) Geef elk gedragselement een code. 2) Onderzoek: maak een protocol tijdens een les m.b.v. die codes 3) Analyseer dat protocol in grafieken: - gedragselementen als % van de tijd (cirkeldiagram) verandering van gedrag tijdens het verloop van de les (bijv. kleurenbalkjes per gedragselement) 4) Schrijf een kort verslag (1-2 A4): Ethogram + grafieken + conclusie
H1.1 Prikkels en motivatie
Gedragssysteem Bijvoorbeeld: “Een samenhangend geheel van gedragselementen met een specifiek doel / functie” Bijvoorbeeld: Voedselzoekgedrag Voortplantingsgedrag Spel Verzorging Migratie (trek) Rustgedrag (recreatief gedrag)
Gedragsketen: een vaste volgorde van gedragselementen Stekelbaars YouTube
Filmpjes: biologiepagina.nl H1.2 Sleutelprikkels Supernormale prikkels Filmpjes: biologiepagina.nl
Reclame : beïnvloeden van ons gedrag
Filmpje balts paradijsvogel H1.3 Communicatie Sociaal gedrag = communicatie tussen soortgenoten Geluiden Non-verbaal: houding, gebaren Kleuren Geuren Feromonen (vgl. hormonen): - Sex-lokstoffen bij insecten (bestrijding van de tse-tse vlieg) - Alarmstoffen bij vissen en mieren - Afbakenen van territorium (zoogdieren) territorumgedrag dreiggedrag rangorde taakverdeling imponeergedrag Ritueel gedrag balts Filmpje balts paradijsvogel
Tsetse vlieg bestrijding m.b.v. feromonen
Bijendans: de tom-tom voor bijen Filmpje
Conflictgedrag: “er is een conflict tussen twee gedragssystemen, die elk een even grote motivatie hebben” Ambivalent gedrag: gedragingen uit 2 gedragssystemen tegelijkertijd (dreigen: vluchten of vechten?) Oversprong gedrag: irrelevant gedrag uit een ander gedragssysteem Omgericht gedrag: agressie wordt gericht op iets anders
Hoe wordt gedrag bepaald? 1. Aangeboren/Erfelijk gedrag (Instinct) gedrag is soortspecifiek - bijv. baltsgedrag: is vaak “geritualiseerd” = overdreven, voor signaalfunctie - bijv. leervermogen 2. Leerprocessen hoe en hoeveel geleerd kan worden hangt af van het aangeboren leervermogen
Filmpjes: biologiepagina.nl Leerprocessen: Functie (“nut”): 1. Inprenting Overleven als jong Geen overbodig gedrag 2. Gewenning 3. Conditionering (proefondervindelijk; in de natuur: “trial and error”) - klassiek (respons op een kunstmatige prikkel die dat gedrag normaal niet veroorzaakt) Anticiperen, vooruitzien - operant (koppeling van eigen gedrag aan gevolg) Omgeving beheersen 4. Imitatie Zelf geen fouten maken 5. Inzicht Nieuwe situatie de baas Filmpjes: biologiepagina.nl
Skinner box Sturen van gedrag via beloning Toepassing : gokken …!! Video: klik op plaatje
Gedrag bij de mens Gedrag bij de mens: rolpatronen ♀/♂ H1.5 Gedrag bij de mens Gedrag bij de mens: rolpatronen ♀/♂ Verzorging van babies Wie zit achter het stuur? Koken / BBQ Welke film kijken we? ………. (eigen voorbeeld) Opdracht: Stel het rolpatroon vast Bepaal dan objectief (!) : in hoeverre is dit nature (= aangeboren, biologisch), of nurture (= aangeleerd, opvoeding)