De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Thema 9: Gedrag.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Thema 9: Gedrag."— Transcript van de presentatie:

1 Thema 9: Gedrag

2 Filmpje: Man vs. Monkey

3 Gedrag Alles wat een mens of dier doet. - een reactie (respons) op een prikkel - komt tot stand door de werking van spieren of klieren. Bestaat uit handelingen die met elkaar samenhangen. De handelingen hebben samen meestal een doel. Prikkel: invloed uit de omgeving op een organisme.

4 Gedragsonderzoek Dierengedrag wordt meestal in het wild bestudeerd. - In gevangenschap vertonen dieren ander gedrag. Om gedrag te bestuderen: - Observeren - Gedragselementen noteren - Turven hoe vaak & volgorde Gedrag bestuderen gebeurt objectief. - Alleen feiten, geen meningen. Vraag: Hoe zou jij het gedrag op de afbeelingen objectief beschrijven?

5 Ethologie De studie van gedrag
Ethogram: een objectieve beschrijving van de handelingen van een diersoort. Protocol: een lijst van opeenvolgende waargenomen handelingen van een dier (binnen een bepaalde tijd).

6 Oefening Bekijk het filmpje.
Stel eerst een ethogram op van minimaal 3 elementen. Bekijk het filmpje opnieuw. Turf hoe vaak elk gedragselement voorkomt.

7 Gedragsketens Een vaste opeenvolging van handelingen.
Voorbeelden: Paringsgedrag (balts) van dieren bestaat vaak uit een reeks vaste handelingen.

8 Hoe wordt gedrag veroorzaakt?
Basisstof 2 Hoe wordt gedrag veroorzaakt?

9 Prikkels Gedrag wordt veroorzaakt door prikkels. - Inwendige prikkel (vb. honger, dorst, hormonen) - Uitwendige prikkel (vb. temperatuur, licht, geluid)

10 Motivatie De bereidheid tot het verrichten van bepaald gedrag, noemen we motivatie. Gedrag wordt vaak bepaald door een combinatie van inwendige en uitwendige prikkels. Voorbeeld:

11 Sleutelprikkel De prikkel die een doorslaggevende rol speelt bij het veroorzaken van een bepaald gedrag. - Bijvoorbeeld: de rode snavelvlek bij meeuwen, is de sleutelprikkel voor het pikgedrag van de jongen.

12 Supranormale prikkel (Kunstmatige) prikkel die sterker bepaald gedrag opwekt dan de normale prikkel. Voorbeeld: - Bij de meeuw, de hele snavel rood maken. - Bij de mens; vrouwen die hakken dragen, lippenstift,…

13 Hoe wordt gedrag bepaald?
Basisstof 3 Hoe wordt gedrag bepaald?

14 Nature vs. Nurture Gedrag wordt bepaald door: - Erfelijke factoren (genen) - Leerprocessen (aangeleerd gedrag) Gedrag dat bij pasgeborenen waarneembaar is, wordt grotendeels door erfelijke factoren bepaald. Door leerprocessen ontwikkelt gedrag zich tijdens het leven. - Dit levert aangepast gedrag op -> grotere overlevingskans.

15 Inprenting Sommige gedrag kan alleen worden geleerd in een bepaalde korte periode (de gevoelige periode). Inprenting speelt een rol bij het leren herkennen van ouders en soortgenoten.

16 Critical period Volgens de kritieke periode hypothese ben je slechts een bepaalde periode van je leven in staat een taal op moedertaalniveau te leren. Voorbeeld: Genie, een meisje dat opgroeide in volledige isolatie en pas op haar 13e werd ontdekt. Zij had toen nog niet leren spreken. Uiteindelijk is het ook maar deels gelukt om het te leren.

17 Gewenning Een bepaalde reactie op een prikkel wordt bij herhaling van de prikkel aangeleerd of afgeleerd.

18 Trial and error Proefondervindelijk leren
Leren door toevallige ontdekkingen Voorbeeld: Vogel eet een zwartoranje rups, dit smaakt vies, daarna eet hij geen zwartoranje rupsen meer.

19 Conditionering Gedrag dat door beloning of straf wordt aangeleerd.
Voorbeeld: - Hond leert dat hij bij “zit” moet gaan zitten, omdat hij dan een aai, eten, of compliment krijgt.

20 Wat is conditionering?

21 Little Albert Een psychologisch experiement over klassieke conditionering van angst bij een peuter. Uitgevoerd in 1920 door John Watson & Rosalie Rayner Hoe creëer je een fobie….

22 Basisstof 4 Sociaal gedrag

23 Sociaal gedrag Gedrag van soortgenoten ten opzichte van elkaar.
Signaal: een handeling bij sociaal gedrag die als prikkel werkt voor de volgende handeling van een soortgenoot. Hierdoor is communicatie tussen soortgenoten mogelijk. - Houding - Geuren - Kleuren - Geluiden

24 Territoriumgedrag Territorium = gebied rond de nestplaats.
Gedrag met als functie het afbakenen van het territorium en het verdedigen ervan tegen binnendringende soortgenoten. Een territorium vormen stelt voldoende voedsel of ruimte veilig om nakomelingen te kunnen grootbrengen. Territoriumgedrag bestaat uit dreigen, aanvallen en vluchten.

25 Balts Paarvormend gedrag dat aan de paring vooraf gaat.
Vergroot de bereidheid tot paring, doordat tijdens de balts, de motivatie voor paring sterker wordt. Signalen zijn kenmerkend voor de soort.

26 Broedzorg Het verzorgen van eieren en jongen.
Vergroot de overlevingskans.

27 Andere voorbeelden Rangorde: Gedrag dat een functie heeft bij het vaststellen van rangorde binnen groepen. - pikgedrag bij kippen, bepaalt de rangorde van de meest dominante hen, naar de minst dominante hen. Imponeergedrag: gedrag waarbij een dier zich zo groot en indrukwekkend mogelijk maakt. - de haren overeind zetten. Verzoeningsgedrag: gedrag van een ondergeschikt dier t.o.v. een dominante soortgenoot, om conflict te beëindigen. - het presenteren van het achterste bij bavianen - seks bij bonobo’s

28 Rangorde…

29 Basisstof 5 Gedrag bij de mens

30 Wat bepaalt ons gedrag Net als bij alle dieren: - Erfelijke factoren - Leerprocessen Er is lang gedacht dat wij als mens écht heel anders zijn als andere dieren. Dat blijkt wel mee te vallen.

31 Overeenkomsten mens vs. dier
Gedrag wordt bepaald door erfelijke factoren en leerprocessen. Beiden zijn gevoelig voor sleutelprikkels en supranormale prikkels. Beide vertonen territoriumgedrag, dreiggedrag en imponeergedrag.

32 Maori Haka Een voorbeeld van imponeergedrag…

33 Verschillen mens vs. dier
Gedrag wordt bij mensen sterker bepaald door leerprocessen. Mensen kunnen hun gedrag beoordelen aan de hand van normen en waarden.

34 Aangeboren & Aangeleerd gedrag
Voorbeelden aangeboren gedrag: - Zuiggedrag bij baby’s - Gelaatsuitdrukkingen Gebaren zijn juist aangeleerd; cultuur gebonden.

35 Human needs Anthony Robbins ontwikkelde een model: the 6 human needs.
Menselijk gedrag kun je hiermee beter begrijpen. Hij stelt dat alle gedrag uit deze behoeften voortkomt. TED-talk (22 min)

36 Rolgedrag en rolpatronen
Mensen hebben relaties met andere mensen. In hun relaties hebben mensen een bepaalde rol. Bij een bepaalde rol verwachten mensen bepaald gedrag. Dat gedrag noem je een ‘rolpatroon’.


Download ppt "Thema 9: Gedrag."

Verwante presentaties


Ads door Google