Cursus 2.1 Klimaten en Plantengroei Klas 2 BK Lesweek 1 Mens en Maatschappij Cursus 2.1 Klimaten en Plantengroei Klas 2 BK Lesweek 1 Blz. 46 in het handboek.
Wat ga ik vandaag leren: Maken: Opgaven: 1 t/m 6 Klaar? 7 & 8 Ik kan de 5 klimaten op de wereld opnoemen en ik kan hier in eigen woorden iets over vertellen. Ik ken de 5 plantenzones en weet bij welke klimaatzone deze horen. Je leert de volgende begrippen: Klimaat, neerslag, tropische klimaat, droog klimaat, zeeklimaat, landklimaat, koude klimaten, tropisch regenwoud, woestijn, toendra, loofbos, naaldbos en kan deze ook in eigen woorden uitleggen.
Waarom zijn er verschillende klimaten? Je hebt over de hele wereld verschillende soorten neerslag. De soort neerslag heeft vooral te maken met de plek waar het land ligt. 1. De hoogteligging 2. Ligging dichtbij of ver van de zee 3. Ligging dichtbij de evenaar Welke soorten neerslag ken jij? Voorbeelden hiervan zijn: Regen, Sneeuw en Hagel.
Tropisch Klimaat Warm en vochtig. Te vinden rond de evenaar (midden van de aarde). Tropisch Regenwoud: dichtbegroeid bos met veel bomen
Droog klimaat Weinig neerslag, Veel zon. Te vinden rond de Middellandse Zee, Australië. Steppe: een grasvlakte zonder bomen. Woestijn: zand en helemaal geen planten.
Zee klimaat Landen aan zee (Nederland). Veel regen maar ook warme temperaturen. Loofbos: bomen die in de winter hun blad verliezen(Nederland)
Land klimaat Landen ver van zee (Rusland). Koude winter, zomer warm, weinig neerslag. Naaldbos: Dennenbomen die het hele jaar naalden hebben (Ardennen)
Koud klimaat Noord en Zuidpool, of op bergen. Hele jaar door sneeuw of ijs. Toendra: groeit bij niets. Soms een struik.
Samengevat 5 Klimaten….. 5 Plantenzones…… Het klimaat wordt bepaald door de ligging van het gebied. Hierdoor is de temperatuur en de neerslag overal anders!