Kenmerk 42 De Duitse bezetting van Nederland Les 1 – De Bezetting 1900-1950 Wereldoorlogen Kenmerk 42 De Duitse bezetting van Nederland Les 1 – De Bezetting
H9:§ 3; p157-161 1860 1870 1890 1900 1910 1920 1930 1940 1950 1960 De Inval 10 mei 1940 Nederlandse leger was niet sterk, maar verzette zich heldhaftig. 4500 man stierven in die vijf dagen Nederland was altijd uitgegaan van haar neutraliteit en was zodoende niet op een oorlog voorbereid Met het bombardement van Rotterdam was het over Eerder al zag de legerleiding dat doorvechten geen zin had, en tevens was men bang dat na Rotterdam andere steden zouden volgen
Ja, zo houden we de vijand wel tegen!
Duitse Bestuur Doel bezetting Middelen Seyss-Inquart 1860 1870 1890 1900 1910 1920 1930 1940 1950 1960 Duitse Bestuur Doel bezetting Nederland inschakelen bij de Duitse oorlogsvoering Bevolking winnen voor het nationaal-socialisme Middelen Seyss-Inquart Deze Oostenrijkse NSDAP-er werd rijkscommissaris en viel direct onder Hitler 1500 Duitse bestuursambtenaren leidden de Nederlandse ambtenaren De Sicherheitspolizei Hield controle op de bezetting Het Duitse leger bewaakte de kust en jagers werden gestationeerd op vliegvelden
Seyss-Inquart oorlogshumor Zes-en-een-kwart
Aanpassing In 1940 werd de Nederlandse Unie opgericht 1860 1870 1890 1900 1910 1920 1930 1940 1950 1960 Aanpassing In 1940 werd de Nederlandse Unie opgericht Haar doel was samenwerking met Duitsland met behoud van eigen karakter
Aanpassing NSB Pro-Duitse politieke partij 1860 1870 1890 1900 1910 1920 1930 1940 1950 1960 Aanpassing NSB Pro-Duitse politieke partij Vanaf 1941 was het de enige toegestane partij Meeste bestuursfuncties toegewezen O.l.v. ir. Anton Mussert ▼►
Veranderd optreden van de bezetter 1860 1870 1890 1900 1910 1920 1930 1940 1950 1960 Veranderd optreden van de bezetter Eerst werden de Nederlanders als een broedervolk behandeld. Dit veranderde doordat De Nederlander dit anders zagen Nederland een groter bijdrage moest leveren aan de oorlogvoering Dit uitte zich door Oprichting nazi-organisaties, o.a. Kultuurkamers Een Rijksradio Verbod politieke patijen (behalve de NSB) Arbeidseinsatz (opschroeven) Vervolging Joden
Dagelijks leven onder de bezetting 1860 1870 1890 1900 1910 1920 1930 1940 1950 1960 Dagelijks leven onder de bezetting Schaarste aan levensmiddelen leidde tot een distributiesysteem Echte honger vond alleen maar in het Westen gedurende de winter van ‘44-’45 plaats Veel arbeiders, ambtenaren en ondernemers werden geconfronteerd met het probleem dat zij feitelijk voor de Duitsers werkten Veel mannen doken onder voor de Arbeitseinsatz Langzamerhand nam het verzet enigszins toen
Verzet Actief Passief Kleine groep in de stad en op het platteland 1860 1870 1890 1900 1910 1920 1930 1940 1950 1960 Verzet Actief Kleine groep in de stad en op het platteland ca. 25.000 in 1944 Ondergrondse bladen Financiering verzet Overvallen, sabotage Radiocontact met Engeland Verzorgen onderduikers Vervalsen van persoonsbewijzen Koerieren Passief Grotere groep Zelf onderduiken of onderdak verschaffen aan (kan je ook als actief bezien) Radio luisteren Anjer drager
Einde van de oorlog Dolle Dinsdag, 5 september 1944 1860 1870 1890 1900 1910 1920 1930 1940 1950 1960 Einde van de oorlog Dolle Dinsdag, 5 september 1944 Zowel bezetter als Nederlanders dachten dat de bevrijding nabij was. Foutje bedankt, regering in ballingschap die tevens oproept tot een spoorwegstaking! Gevolgen bevrijding zuiden door de geallieerden meer verzet meer Duitse troepen harder optreden der Duitsers Ineenstorten infrastructuur Geen treinen en goederen meer naar het Westen Geen stookhout, gas, elektriciteit, eten, medicijnen Honger en kou eisten ca. 15.000 levens
De Bevrijding Op 5 mei 1945 bevrijdden de Canadese troepen het Noorden en het Oosten. In het Westen gaven de Duisters zich over.