Antwoorden college 3 Noem de 5 structuren/ruimten waar de keelholte mee in verbinding staat. Neusholte, mond, luchtpijp, slokdarm, buis van Eustachius. Blz. 233: Vraag 4 De luchtpijp en de neusholte. Vraag 6a natriumbicarbonaat maakt de chymus (voedselbrij) enorm veel minder zuur. Vraag 6b Anders zou je 12-vingerige darm wegbranden. Vraag 7a koolhydraten(suikers), vetten en eiwitten. Vraag 7b emulgeren(verspreiden) van vet.
Spijsvertering deel 2
Maagsap Geproduceerd in de maagsapklieren. Maagsap bestaat uit: Intrinsieke factor (beschermt vitamine B12) Pepsine (enzym dat eiwitten verteert) Zoutzuur (HCI) Water Slijm
Functie maagsap Opnemen vitamine B12. Doden micro-organismen. Pepsine zorgt voor vertering van eiwitten. Gedeeltelijke vertering van koolhydraten. Ontstaan van een dunne voedselbrij: ook wel chymus genoemd. Met de vetten in de voedselbrij gebeurt nog niets in de maag.
Voedingsstoffen Enorme variatie in voedingsmiddelen.. Ze bevatten maar 6 verschillende voedingsstoffen, namelijk: Suikers (koolhydraten) Vetten (lipiden) Eiwitten (proteïnen) Mineralen (zouten) Vitaminen Water Het lichaam gebruikt voedingsstoffen als: Brandstof, bouwstof of reservestof.
Suikers (koolhydraten) Belangrijkste brandstof voor het lichaam. Daarnaast ook een bouwstof voor de aanmaak van moleculen. 3 groepen suikers: Enkelvoudige suikers Tweevoudige suikers Meervoudige suikers
Suikers (koolhydraten) Enkelvoudige suikers Glucose , fructose , galactose Tweevoudige suikers Saccharose tafelsuiker Lactose Maltose Meervoudige suikers Zetmeel, glycogeen Cellulose
Vertering suikers (koolhydraten) Alle suikers in het voedsel worden afgebroken tot enkelvoudige suikers. Alleen enkelvoudige suikers kunnen via de darmwand naar het bloed. Lichaamscellen gebruiken ALLEEN glucose als brandstof. Lever kan de enkelvoudige suikers fructose en galactose omzetten in glucose. Glucose , fructose , galactose
Tweevoudige suikers Te groot om via de darmwand in het bloed opgenomen te worden. Worden gesplitst tot enkelvoudige suikers. Tweevoudige suikers: Saccharose tafelsuiker Lactose Maltose
Meervoudige suikers Bestaan alleen uit glucosemoleculen. Zetmeel, glycogeen Cellulose Zetmeel en cellulose zijn plantaardige suikers (rijst, granen en aardappelen). Glycogeen is een dierlijk suiker.. Glycogeen glucose Cellulose kan niet worden afgebroken door het lichaam. En heeft een stimulerende functie van de darmbewegingen. (cellulose vormt de vezels in de voeding).
Vetten (Lipiden) 1 enzym nodig voor afbraak van alle vetten!! Triglyceriden (verzadigde/onverzadigde vetten) Fosfolipiden (bouwstof voor celmembraan) Steroïden (hormonen bijv. cholesterol) Vetten hebben uiteenlopende functies: Bouwstof voor alle cellen. Belangrijke brandstof (energieleveraar, vetverbranding) Overschot wordt opgeslagen (reservestof) Isolatie (warmte) Vervoer van vitaminen. 1 enzym nodig voor afbraak van alle vetten!! Enzym LIPASE.
Eiwitten (proteïnen) Je kunt geen reserve-eiwitten in je lichaam opslaan. Dus is het belangrijk dat je dagelijks voldoende eiwitten binnenkrijgt. Eiwitten dienen als bouwstof en in noodgevallen als brandstof: Bescherming: anti-stoffen en stollingsfactoren in het bloed. Spierwerking: actine en myosine. Genezingsproces van wonden!
Eiwitten (proteïnen) Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren: 12 aminozuren maakt je lichaam zelf. 8 aminozuren via voedsel. Enzymen genaamd proteasen breken eiwitten af terug tot aminozuren. Aminozuren kunnen via de darmwand in het bloed worden opgenomen.
Vragen college 4 Blz. 200 Losse vragen: Vraag 2 en 3 Naar welk orgaan gaan de opgenomen voedingstoffen(behalve grote vetzuren)? Waar begint de eiwitvertering? Waar begint de vetvertering? Waarom kan de mens geen cellulose verteren?