Onze naaste liefhebben Christus sluit aan bij Lev.19 De Farizeeën beperkten dit Vreemdeling = proseliet Naaste = mede-Farizeeër Christus: zelfs je vijand liefhebben
Ruimhartig zijn t.o. allen Doorsnee: hart voor wie na staan Tollenaars en heidenen Beschamend voor ons Christus: ‘Meer dan het gewone’ Soms: liefde laat zich niet dwingen Negatief t.o. wie verder weg is
Ruimhartig zijn t.o. allen Zonder onderscheid liefhebben Niet: lief vinden De ander van dienst zijn Bidden voor de vijand, = haalbaar: Ik en m’n vijand = gelijkwaardig Dus: groepsdenken achter ons laten
Recht doen aan Gods geduld En de wraakpsalmen dan? Soms: OT = lager godsdienstig peil OT = anders: beloften; Kanaän NT: onkruid+koren samen op de akker Christenen = verdraagzaam Tijd van Gods geduld; kans: inkeer
Recht doen aan Gods geduld Geen berusten in het kwaad Je kwaad maken over de zonde Verlangen: het kwaad wordt gestopt Leefruimte geven aan wie anders zijn Nooit iemand definitief afschrijven Goed voor je vijand zijn
De hemelse Vader navolgen Je opwerken om bij God in de smaak? Soms: pas kind, als > voorwaarden. We zijn kind + je gedrágen als kind God is royaal in zijn liefde: zon/regen Zon/regen soms catastrofaal = Oproep: verwacht het van God Overheersend: zon/regen = liefde
De hemelse Vader navolgen Overheersend: zon/regen =Gods liefde = Hart hebben voor wie ook maar Moeilijk; Christus is ons voorgegaan Zo worden we aangespoord: Groepsdenken achter ons laten Leefruimte geven aan wie anders zijn In ons gedrag op God lijken