Thema 6 Het dode vogeltje.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Redekundig ontleden Over waarom, wat en hoe....
Advertisements

Spelling en Schrijven en formuleren hoofdstuk 1,2&3
Werkwoordspelling – persoonsvorm, onderwerp, t. t
Werkwoordspelling Volg de weg!.
Persoonsvorm verleden tijd
Persoonsvorm Saskia Hoekx.
Verdeel het woord in lettergrepen
Werkwoordspelling Hoe ging het ook alweer?.
Inleiding Komende periode gaan we het hebben over kinderen die ziek-zijn: Verzorging, Het herkennen van de symptomen/de klachten Wat kun/moet je doen.
Thema 1 Het landje is van ons.
Doel: persoonsvormen in de t.t.
Persoonsvorm Saskia Hoekx.
Grammatica Nederlands
WERKWOORDSPELLING Hoe doe je dat ?.
OFC28 mediawijsheid les 7 leren door te maken
Brugklas Werkwoordspelling.
QUIZ hoofdstuk 1.
Hoe gebruik ik -d & -t? Leren en oefenen Maar eerst…….
Thema 8 Ella lacht weer.
Onderzoeksvaardigheden 3
Hoe gebruik je een woordenboek?
Module Grammatica K3 zinsontleding.
Thema 3 Nieuw nieuw nieuw!. Les 3.1 elleboog industrieën eigenschappen profeet historisch.
Is ‘t kofschip gezonken…?
DAG VAN HET LEREN Hoe komt zo'n taal eigenlijk in je hoofd? door Henk Wolf.
Waarom? Iedereen heeft sterke en zwakke punten. Met je sterke punten kun je heel ver komen en het is dan ook van belang om deze in te zetten.
Thema 10 We ruilen van plek. Les zakenreis 2.industrieën 3.raketten 4.percentage 5.demonstratie.
Thema 2 Rennen voor geld. Les 2.1 Berlijnse calorieën zekerheden zebra’s onmiddellijk.
Werkwoordspelling -d of –t?
Meervoud op –”n of - ën Maar weet je waar de klemtoon ligt?
Communiceren in de langdurige zorg. Wat is communiceren? Communiceren is: het overbrengen en ontvangen van een boodschap; het uitwisselen van informatie.
Grammatica zinsdelen H1 t/m H6
Quiz tops en tips groep 5 en 6. Tops en tips In deze les maakte je maatje een gedicht over de nacht. Dit stond in ‘Zo zit het!’: ZO ZIT HET! Hier let.
Muziekgeschiedenis 21 e eeuw Stijlen Een muziekstuk.
SAMENGESTELDE ZINNEN Hoofdzin en bijzin. Wat gaan we deze les leren? Wat zijn samengestelde zinnen? Wat is een bijzin? Wat is hoofdzin?
Thema 7 Het reisverslag van Nick. Les medewerking 2.Zweedse 3.reeën 4.moeilijkheden 5.historie.
Cursus werkwoordspelling Goed spellen? Kwestie van regels.
Uitleg bij de vragenlijst Veiligheidsbeleving
Werkwoorden vervoegen
Werkwoordspelling.
De vraag is je beste vriend
Grammatica woordsoorten H1 t/m H6
Meest voorkomende vragen bij examenteksten.
Woordbenoemen Groep 6 en 7.
Meest voorkomende vragen bij examenteksten.
Werkwoorden Hele werkwoord: wij-vorm tegenwoordige tijd Stam: ik-vorm tegenwoordige tijd Persoonsvorm: Belangrijkste werkwoord in de zin.
Poëzie “Hoe breek ik een gedicht open?”.
Werkwoordspelling. Werkwoordspelling Tegenwoordige tijd Als de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd staat, kun je kiezen uit drie vormen: 1 = ik-vorm.
Trappen van vergelijking Dan mij?…als ik?
Cursus 1.3 Reis door de tijd Klas 1 KGT Lesweek 3
Spelling woorden met lange klank
Werkwoordspelling Doel: persoonsvormen in de t.t..
Persoonlijk voornaamwoord
Thema 9 Wereldfeesten.
H1, H2, H3 Nieuw nederlands Klas 3
Loopbaan en burgerschap les 2
Stappenplan werkwoordspelling
Hoe schrijf je een recensie?
Hoofdstuk 4 Schrijven en formuleren
Ken je Bedrijf?! Quiz Instructie voor de quizmaster en zijn/haar assistent: Neem vooraf de vragen door, plus de antwoorden die je onder iedere sheet in.
Spelling.
volgende bladzijde terug
Bijvoeglijk gebruikt deelwoord hoofdlettergebruik
Loopbaan en burgerschap les 3
Creëer je zelf!.
SEL Les 2: normen en waarden.
Hoe leer je geschiedenis?
Creëer je zelf!.
Woordbenoemen Zelfstandig naamwoord, eigennaam, lidwoord, bijvoeglijk naamwoord, voorzetsel, telwoord.
Grammatica: werkwoorden
Transcript van de presentatie:

Thema 6 Het dode vogeltje

Les 6.1 goedkeuring Fransman reuzeleuk bacteriën gelegenheden

Les 1 garage, elektrisch In het ankerverhaal staat dat de kamer van Bianca zich bevindt op de eerste etage. → Op welke etage slaap jij? → Hoeveel etages telt jouw woning? Of jouw flatgebouw? Bianca vraagt aan Ruth of hun dans romantisch moet zijn. → Wat bedoelt Bianca daarmee? → Wat valt je op aan de woorden etage en romantisch? Je hoort de woorden anders dan je ze schrijft: je zegt aazje en ies, maar je schrift age en isch. Vandaag leer je woorden schrijven die eindigen op age, oge of isch.

etage → Ken je meer woorden die eindigen op age? Een aantal woorden uit het woordpakket is afgeleid van een werkwoord: massage - masseren, passage - passeren, etage - etaleren, lekkage - lekken. age wordt vaak gebruikt om een nieuw woord te maken. In dat geval is age een achtervoegsel. Deze zijn overgenomen uit het Frans. Ook woorden met oge, zoals horloge, komen uit het Frans en spreek je met zju uit. → Kun je meer woorden noemen die net als romantisch eindigen op isch? Je hoort ies, je schrijft isch. → Van welk zelfstandig naamwoord zijn die woorden afgeleid?→→ →→→→ →→→

lekkage

massage

passage Passage kan verwijzen naar: Een bepaald deel van een verhaal, gedicht, muziekstuk of film Een groot proces n.a.v. diverse liquidaties in de Amsterdamse onderwereld. Een overdekte winkelstraat

percentage Men gebruikt procenten om een verhouding aan te geven, in principe tussen een deel en het grotere geheel, door het geheel, de referentiegrootheid, op 100% te stellen. Het aantal procenten wordt het percentage genoemd.

communistisch Communisme als staatsvorm is socialisme dat door een staat dwingend wordt opgelegd aan de bevolking. Het vroegere Rusland, de Sovjet-Unie, was een grote communistische staat. In de communistische staat zijn de "productiemiddelen" (bedrijven, fabrieken) staatseigendom en is de samenleving er een zonder rangen en standen ("klasseloze maatschappij"). De inkomstenverschillen zijn er gering. Een dokter verdient dus ongeveer evenveel als een havenarbeider. Dat klinkt in theorie allemaal erg mooi, maar in werkelijkheid zijn staten waar het communisme aan de macht is dictaturen.

historisch met of over geschiedenis Voor- beelden: `het historische centrum van Amsterdam`, `historisch museum` Histo-risch ge-groeid  (door de eeuwen heen of in lange tijd ontstaan) `De gewoonte in ons bedrijf om op vrijdag te borrelen is historisch gegroeid.`

theoretisch op een wetenschappelijke manier vb:hij hield een theoretisch verhaal over het klimaat

Reflectie: Ken je de regels voor het schrijven van de woorden met age, oge en isch? Waar staan age en isch meestal in het woord, vooraan of achteraan? Ken je de betekenis voor alle aangeboden woorden met age of isch. Waar moet je een volgende keer op letten bij het schrijven van de woorden?

Les 6.2 hulpverlening maneschijn koloniën a.u.b. (afkorting van alstublieft) respect

Les 2 roepen De muziek die Perry en Bix in het ankerverhaal spelen, verzonnen ze zelf. → Waarover verzonnen Perryen Bix muziek? → Verzin je zelf ook wel eens muziek? verzinnen verzonnen → Welke vorm staat in de tegenwoordige tijd? En welke in de verleden tijd? Toen het vogeltje doodging in het stuk, klonk er een hoge, valse snerpende noot. → Hoe klinkt een snerpende noot? klinkt klonk → Van welk werkwoord zijn deze persoonsvormen afgeleid? → Welke persoonsvorm staat in de tegenwoordige tijd en welke in de verleden tijd? Vandaag leer je persoonsvormen leren schrijven die in de verleden tijd anders klinken dan in de tegenwoordige tijd.

→ Ken je meer klankveranderende werkwoorden? Werkwoorden waarvan de persoonsvorm in de verledentijd een andere klank heeft, noemen we klankveranderende werkwoorden, bijvoorbeeld klinkt en klonk, verzinnen en verzonnen. → Ken je meer klankveranderende werkwoorden? → Vul het werkwoordschema in voor de woorden roepen, klinken, verzinnen en buigen. → Neem de denkstappen kaart voor je en kijk hoe het zit met de werkwoorden roepen en klinken. Verleden tijd Onderwerp persoonvorm enkelvoud ik jij, u, hij, zij meervoud wij, jullie, zij

Bij de verleden tijd enkelvoud op de denkstappen- kaart moet je een keuze maken tussen klankvaste of klankveranderende werkwoorden. Bij klankveranderende werkwoorden hoef je geen keuze te maken tussen klankvaste of klankveranderende werkwoorden. → De persoonsvormen van verzinnen en buigen bekijk je in het werkwoordschema.

Reflectie: Ken je van alle werkwoorden de verleden tijdsvorm? Wat is het verschil tussen klankvaste werkwoorden en klankveranderende werkwoorden? Bij welke werkwoorden vind je de klankverandering moeilijk? Heb je per ongeluk een keer de uitgang de(n) of te(n) gebruikt van klankvaste werkwoorden?

Les 6.3 oprichting bruidegom kippenhok calorieën minderheden

Les 3 hond, fietsen In het ankerverhaal maken Perry en Bix samen muziek. Bix is een kameraad van Perry. → Wat betekent dat? → Wat is het meervoud van kameraad? kameraad kameraden Je hoort een t in het enkelvoud. Als je het woord langer maakt hoor je dat je het met een d moet schrijven. Bix vertelt dat het muziekstuk over het dode vogeltje vol tegenstellingen zit. tegenstelling tegenstellingen In het meervoud komt er alleen –en bij. Vandaag leer je woorden schrijven met d die klinkt als t en meervouden met gesloten lettergreep.

Hoe weet je of het woord zogenaamd op een d of een t eindigt? Dit hoor je als je het woord langer maakt. Je gebruikt het dan vaak in een woordgroep, bijvoorbeeld: zogenaamde kikkers. → Wat hoor je en wat schrijf je in de langere vorm? → Doe ditzelfde met de woorden: beschaafd, indertijd, spannend, voortdurend. → Het woord wereldoorlog bestaat uit twee delen. Vervolgens maak je er meervoud van. → Maak van het woord aanwijzing meervoud en verdeel het daarna in lettergrepen. aan-wij-zin-gen Neem het algoritme schema 2 voor je. → Eindigt de derde klankgroep op een klinker of een medeklinker? Op een medeklinker, het eindigt dan op –en.

beschaafd Synoniem: netjes gemanierd met goede manieren, zoals het hoort vb:haar nieuwe vriend maakt een beschaafde indruk synoniemen: behoorlijk netjes fatsoenlijk keurig beleefd voorkomend zedelijk

denkbeeld denkbeeld wat je ervan vindt vb: die buurman van jou houdt er vreemde denkbeelden op na! synoniemen: mening oordeel opvatting standpunt

gemeenteraad Gekozen door de inwoners van een gemeente die voldoen aan het kiesrecht. De gemeenteraad staat in feite aan het hoofd van een gemeente en heeft het bestuur in handen. Zij keurt de plannen goed van het College van B & W en controleert ook hun daden. vertegenwoordiging van de burgers in het gemeentebestuur

indertijd

kameraad

wereldoorlog

aanwijzingen

argumenten

aspecten

inlichtingen

presidenten

toepassingen

voorschriften

Reflectie: Welke spellingregels heb je vandaag geleerd? Welke regel vind je het moeilijkste? Gebruik je de verleningsregel bij woorden met een t-klank aan het eind? Wat doe je met een woord dat je niet langer kunt maken? Wanneer verdeel je woorden in klankgroepen?

Les 6.4 kandidaat elleboog weeën zgn. (zeg: afkorting van zogenaamd) leverancier

Les 4 schrijven, kiezen In het ankerverhaal geeft Ruth uitleg aan Bianca over de dans die ze wil opvoeren op De Grote Avond. → Welke uitleg gaf Ruth? Met de dans wil ze mensen raken, ze wil er iets mee uitdrukken. → Welke uitleg zou jij geven om te vertellen hoe je gevoelens kunt uitdrukken in een dans? We hebben juist de woorden geeft, geven en gaf gebruikt. → Welke woorden staan in de tegenwoordige tijd en welke in de verleden tijd? → Welke persoonsvorm ontbreekt nog in de rij? gaven De kinderen uit het ankerverhaal kozen voor een gevoelige dans en Bix koos voor jazz. → Welke dans zou jij kiezen? → Wie kiest liever iets anders? We hebben net de woorden kozen, koos en kiezen gebruikt. Vandaag leer je persoonsvormen schrijven van klankveranderende werkwoorden bij v verandert in f en z in s.

Onderwerp persoonvorm enkelvoud ik jij, u, hij, zij meervoud → Wat zijn klankveranderende werkwoorden? → Kun je er een noemen? → We vullen een werkwoordschema in voor de woorden: geven, kiezen, schrijven en blazen. → Zie je de wisseling van de v en z en s en z? Aan het eind van een lettergreep staat nooit een v of z. Neem de denkstappen- kaart voor je en doorloop de stappen met de volgende zinnen: Bix gaf aanwijzingen aan Perry. Bianca en Ruth kozen voor jazzballet. Perry blaast op zijn trompet. De kinderen schrijven een verslag. Geef persoonsvorm, de tijd van de zin, het onderwerp, het getal ervan en om wat voor werkwoord het gaat: klankvast of klankveranderend. Verleden tijd Onderwerp persoonvorm enkelvoud ik jij, u, hij, zij meervoud wij, jullie, zij

verkiezen

verwijzen

stuiven

Reflectie: Kun je vertellen wat je vandaag geleerd hebt? Van welke werkwoorden vind je de verleden tijd moeilijk? Waar let je op bij de wisselingen van de letters z in s en v in f? Hoe houd je rekening met de lange klanken bij verandering van open naar gesloten lettergreep?