De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Thema 9 Wereldfeesten.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Thema 9 Wereldfeesten."— Transcript van de presentatie:

1 Thema 9 Wereldfeesten

2 Les 9.1 wellicht Brussel tegenstellingen zogenaamd argumenten

3 Les 1 hoeveelheden, bijv. In het ankerverhaal staat dat mensen tijdens het Midzomerfeest in Zweden allerlei lekkere dingen eten. → Wie weet nog wat zij dan eten? Aardappelen, ingemaakte haring met zure room en knäckebröd met kaas → Wie heeft er wel eens Zweeds gegeten? → Aten de mensen een grote of een kleine hoeveelheid aardappelen? → Kun je meervoud maken van hoeveelheid? Hoeveelheden → Waarop eindigt het woord? In het enkelvoud op heid, in het meervoud op heden. Vandaag gaan we woorden leren waarbij heid verandert in heden en afkortingen van woorden.

4 Woorden waarbij heid verandert in heden
→ Waarop eindigt hoeveelheid in het meervoud? en → Wat verandert er nog meer aan het woord? heid verandert in heden. In het meervoud komt er en achter en je hoort een lange klank die met een teken geschreven wordt. → Bedenk allemaal eens een woord dat eindigt op heid en in het meervoud verandert op heden en schrijf dit in je schrift. We bespreken de antwoorden.

5 Afkortingen alstublieft (als het u belieft) met andere woorden
naar aanleiding van zo goed als nieuw Deze woorden worden in advertenties vaak niet voluit te worden geschreven, maar worden afgekort om ruimte en geld te besparen. → Wie kent afkortingen van woorden? → Ik laat jullie een aantal woorden zien, jullie schrijven de afkorting op.(antwoorden bij de plaatjes) circa doctor jongstleden meester namelijk nummer professor zogenaamd

6 circa = ca. bij benadering Voorbeeld:   `een groep van circa twintig personen` Synoniem:   ongeveer ...

7 doctor = dr. titel van iemand die een proefschrift geschreven heeft
Voorbeeld:   `Zij is doctor in de geneeskunde.

8 jongstleden = jl. vorig Voorbeeld:   `Jongstleden maandag was ik nog bij mijn ouders.` Synoniemen:   afgelopen

9 meester = mr. afkorting titel die je mag voeren als afgestudeerd bent als jurist, dus als je 'meester in de rechten' bent Voorbeeld:   `Mr. van Luyn en mr. Dijkstra.` ...

10 namelijk = nl. als toelichting of verklaring
Voorbeelden:   `De bank is dicht, het is namelijk zondag.`, `Drie van ons gingen met de fiets, namelijk mijn vader en moeder en broertje.

11 nummer = nr. Voorbeeld:   `zij wonen op nr. 15

12 professor = prof. `Prof.dr. F. van Laar` ...

13 alstublieft = a.u.b Vaak ook gespeld als aub. Zie ook ajb Relaties met andere woorden Synoniem: s.v.p. Algemene Voorbeelden Site wordt geladen, een ogenblikje geduld a.u.b.

14 met andere woorden = m.a.w.
Ze lieten weten er niet afwijzend tegenover te staan, m.a.w. ze gaan ermee akkoord.`

15 naar aanleiding van = n.a.v.
Ik schrijf u n.a.v. uw oproep voor nieuwe collectanten.`

16 zogenaamd = zgn. zo genoemd: dit toestel is de zogenaamde telex
ten onrechte zo genoemd Hij hoorde niets meer van zijn zogenaamde vrienden. Een zogenaamde meteropnemer heeft een oude dame beroofd.

17 zo goed als nieuw = z.g.a.n.

18 eenheden

19 minderheden

20 overheden

21 plechtigheden

22 Reflectie: Had je moeite met de juiste meervoudsvorm?
Waarin verandert heid in het meervoud? Waarop moet je letten bij het schrijven van deze uitgang? Had je moeite met de afkortingen? Waar moet je volgende keer op letten bij het schrijven van deze woorden?

23 Les 9.2 officier ongetwijfeld verwijzen kopieën aspecten

24 Les 2 kleuren, werken, praten
In het ankerverhaal staat dat het Chinees Nieuwjaar niet op dezelfde dag wordt gevierd als in de meeste andere landen. → Op welke dag wordt het gevierd in de meeste andere landen? → En in China? In februari wordt Chinees Nieuwjaar gevierd. → Wat is de persoonsvorm van de zin? wordt → Wat is het onderwerp? Chinees Nieuwjaar → Van welke werkwoord is gevierd afgeleid? vieren → Hoe noemen we het woord gevierd? voltooid deelwoord Vandaag leren we persoonsvormen in de tegenwoordige tijd en in de verleden tijd en voltooid deelwoorden goed te leren schrijven.

25 Ik vier Nieuwjaar. Ik heb Nieuwjaar gevierd. → Wat is de in de eerste zin de persoonsvorm? vier → En wat in de tweede zin? heb → Wat is gevierd voor een woord? voltooid deelwoord Een voltooid deelwoord begint meestal met ge en eindigt in het geval van een klankvast woord veelal op d of t. De persoonsvorm in de zin is vaak een vorm van zijn of worden. Ik begroet jou op het feest. → Maak hier eens een zin met een voltooid deelwoord van met een persoonsvorm van hebben, zijn of worden. Ik heb jou op het feest begroet.

26 → Maak van de volgende werkwoord voltooid deelwoorden
→ Maak van de volgende werkwoord voltooid deelwoorden. (noteer ze in je schrift) dromen Ik heb gedroomd. rekenen Ik heb gerekend. fluisteren Ik heb gefluisterd. fietsen Ik heb gefietst. werken Ik heb gewerkt. groeten Ik heb gegroet. praten Ik heb gepraat.

27 De volgende woorden beginnen met ver, be of ge
De volgende woorden beginnen met ver, be of ge. Benoem het voltooid deelwoord: Het voltooid deelwoord begint hier dan ook mee. gebeuren gebeurd gebruiken gebruikt bedanken bedankt begroeten begroet verplichten verplicht verwachten verwacht

28 Ik heb zachtjes gefluisterd.
Aan het eind van het woord hoor je een t. Als je het woord langer maakt of de verleden tijd van het werkwoord zegt, dan hoor je of je t of d schrijft. In dit geval wordt het dus een d. Hoe zit dat bij: rekenen dromen boksen dansen praten groeten

29 Reflectie: Waaraan kun je een voltooid deelwoord herkennen?
Kun je de voltooid deelwoorden goed schrijven? Hoe weet je of een voltooid deelwoord met een d of t geschreven wordt? Met welke lettergreep begint een voltooid deelwoord meestal? Is dit bij alle voltooid deelwoorden het geval?

30 Les 9.3 overtuiging kersenpit communistisch bagage publicatie

31 Les 3 oliën, knieën, tweeën
In Amerika wordt op 4 juli Onafhankelijkheidsdag gevierd. → Hoe wordt deze dag gevierd? Met optochten en jaarmarkten → Wie maken er dan muziek? → Wie speelt ook bij een harmonie? → Welk instrument bespeel je? → Welke andere instrumenten komen er bij een harmonie voor? blaasinstrumenten en slaginstrumenten. harmonie harmonieën → Welk woord is enkelvoud? → Welk woord is meervoud? → Wat komt er in het meervoud achter? → Wat verandert er nog meer? Vandaag leren we meervouden op iën, ieën of eeën goed te schrijven.

32 Algoritmeschema 6. Als de klemtoon bij de oefenwoorden op ie of ee valt dan komt er ën achter. Als dit niet het geval is komt er alleen een n achter en wordt de trema op de laatste e geplaatst. → maak in je schrift 3 rijen: Woorden met iën. Woorden met ieën. Woorden met eeën. Je ziet zo de woorden die verdeeld moeten worden: Zet ze in de juiste rij. calorie categorie bacterie drie fee harmonie moskee kolonie olie industrie idee ree twee knie melodie kopie wee zee

33 Woorden op iën: bacterie, kolonie, olie
Woorden op ieën: calorie, categorie, drie, harmonie, industrie, knie, melodie, kopie Woorden op eeën: fee, idee, moskee, ree, twee, wee, zee.

34 calorieën

35 harmonieën

36 weeën

37 Reflectie: Wat is moeilijk bij het goed schrijven van woorden op iën, ieën en eeën? Wat was het probleem? Leg aan de hand van een voorbeeld uit hoe je de spellingregel moet toepassen. Had je moeite met de juiste meervoudsvorm? Wat komt er in het meervoud achter?

38 Les 9.4 Reusachtig Zilveren Processen Lekkage theoretisch

39 Les 4 → Welke feestdag vieren wij in Nederland op 30 april?
→ Welke activiteiten worden dan allemaal georganiseerd? → Kun je het feest op televisie volgen? Beelden van de Koninklijke familie aan een gemeente worden op de televisie uitgezonden. → Wie heeft er toen wel eens naar de televisie gekeken? → Wat zag je allemaal? → Wat is de persoonsvorm in de zin: Het bezoek wordt op de televisie uitgezonden? → Wat is dan het onderwerp? → Kun je zeggen wat uitgezonden voor een woord is? voltooid deelwoord Vandaag gaan we de persoonsvorm van klankvaste werkwoorden in de tegenwoordige en in de verleden tijd en voltooid deelwoorden goed leren schrijven.

40 → Noem de 6 vormen van het werkwoord beloven
→ Noem de 6 vormen van het werkwoord beloven. (ik-vorm, hij-vorm en wij vorm tegenwoordige tijd, ik-vorm en wij-vorm verleden tijden het voltooid deelwoord) Voltooid deelwoord: Ik heb dat….. → Geef de vormen van het werkwoord grazen en bloeden. → Zie je de wisseling van z naar s en van v naar f. Hoe kun je er achter komen wat de laatste letter van het voltooid deelwoord is. (verleden tijd of langer maken) Je krijgt werkwoordschema 3. → Noteer de vormen van de werkwoorden: handhaven, proeven, reizen, verbazen en branden. → Waarom is de t-klank met een d?

41 peinzen

42 vrezen

43 Reflectie: Had je moeite met de opdrachten in het werkboek?
Wat heb je vandaag geleerd? Had je moeite met het schrijven van het voltooid deelwoord? Op welke klank eindigt het voltooid deelwoord? Hoe schrijf je deze klank? Had je moeite met de verledentijdsvorm van de werkwoorden met ik-vorm op d? Waar let je volgende keer op?


Download ppt "Thema 9 Wereldfeesten."

Verwante presentaties


Ads door Google