11. les faux docteurs 11. Dwaalleraren
Wetgeleerde iemand die de wet onderwees en interpreteerde voor de Joden; een geleerde gespecialiseerd in de religieuze wet. Onderwijzer van de TORAH
Wee jullie, want jullie zijn als ongemarkeerde graven waar de mensen overheen lopen zonder het te weten.’ 45Daarop zei een wetgeleerde tegen hem: ‘Meester, door die dingen te zeggen beledigt u ook ons.’ 46Maar Jezus zei: ‘Wee ook jullie, wetgeleerden! Want jullie leggen de mensen ondraaglijke lasten op, maar raken die zelf met geen vinger aan. (…)Wee jullie wetgeleerden, want jullie hebben de sleutel tot de kennis weggenomen; zelf zijn jullie niet binnengegaan, en anderen die wel binnen wilden gaan hebben jullie tegengehouden.’ Lucas 11:45,52 “Wee jullie, schriftgeleerden en farizeeën, huichelaars, jullie versperren de mensen de toegang tot het koninkrijk van de hemel. Jullie gaan er zelf niet binnen, maar laten ook degenen die er willen binnengaan niet toe” Mat 23:13
Wie zijn deze ‘leraren’ in onze kerken vandaag Wie zijn deze ‘leraren’ in onze kerken vandaag? Wat zijn de vereiste kwaliteiten om de taak van leraar naar behoren te vervullen? Is het gevaar vandaag reëel voor predikers te lijken op dergelijke harde, onbuigzame, fanatieke, hoogmoedige leraren? Waarom? Wat is het grootste verwijt dat Jezus richt tot deze hypocriete predikers? Hoe reageer jij bij die verantwoordelijkheid om de kennis en het Koninkrijk te ‘openen’ en niet te ‘sluiten’?
‘God heeft in de gemeente aan allerlei mensen een plaats gegeven: ten eerste aan apostelen, ten tweede aan profeten en ten derde aan leraren’ - 1 Kor 12:28 ’ik ben aangesteld als leraar voor de heidenen om hun het geloof en de waarheid te onderwijzen’ 1Ti 2:7
- “Sommigen hebben zich daarvan afgewend en zijn vervallen tot zinloos gepraat. 7Zij willen de wet van God onderwijzen, maar weten niet wat ze zeggen en begrijpen niets van wat ze zo stellig beweren.” 1Ti 1: 6-7 - “Want er komt een tijd dat de mensen de heilzame leer niet meer verdragen, maar leraren om zich heen verzame-len die aan hun verlangens tegemoet komen en hun naar de mond praten. 4Ze zullen niet meer naar de waarheid luisteren, maar naar verzinsels.” 2Ti 4:3 - “Toch zijn er destijds onder het volk ook valse profeten opgetreden, en zo zullen er ook onder u dwaalleraren verschijnen. Ze zullen met verderfelijke ketterijen komen en zelfs de meester die hen heeft vrijgekocht verlo-che-nen. Daarmee bewerken ze spoedig hun eigen ondergang.” 2 P 2 : 1
Wat is volgens jou het verschil tussen een leraar (prediker) die niet goed is en een dwaalleraar? Wat is het gevaarlijkste voor de gemeenschap? Probeer eens enkele voorbeelden te vinden van beide… Wat is de verantwoordelijkheid van zij die luisteren? Bestaan er ook ‘slechte leerlingen’ die een leraar kunnen aanzetten om dwaalleringen te verkondigen die aangenaam zijn om te aanhoren? Geef concrete voorbeelden.
Ze geven zich over aan hun natuurlijke neigingen, wentelen zich in leugen, houden van onrecht, met ogen die op zoek zijn naar overspel, arrogant, beledigende praat… ..." 2 P 2 “Droogstaande bronnen zijn het, mistflarden die door een wervelwind voortgejaagd worden.” “Ze beloven vrijheid, maar zijn zelf slaven van het verderf, want waar men door beheerst wordt, daarvan is men slaaf.” (2 P 2:17,19)
Zijn wij er ons van bewust dat we allemaal in zekere zin ‘leraren’ zijn, zowel voor de andere kerkleden als voor de mensen die we ontmoeten buiten de kerk? Hoe kun je bron van leven zijn voor de mensen om je heen? Concrete voorbeelden? Heb je zelf al zoutloze ontmoetingen gehad, die je op je honger lieten omdat het enkel ging om theorieën, mooie woorden, maar weinig begrip en barmhartig-heid? Zou het kunnen dat ik soms een fontein ben zonder water, die niet de troost en verfrissing brengt die mensen nodig hebben?
“Het hele volk in de ban was van zijn onderricht” (Marcus 11:18) “De talrijke aanwezigen luisterden graag naar hem.” (Marcus 12:37)
“‘De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij gezalfd “‘De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij gezon-den, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te geven, om een genadejaar van de Heer uit te roepen.’ Lucas 4 :18-19
“wie het water drinkt dat ik hem geef, zal nooit meer dorst krijgen “wie het water drinkt dat ik hem geef, zal nooit meer dorst krijgen. Het water dat ik geef, zal in hem een bron worden waaruit water opwelt dat eeuwig leven geeft.” (Joh 4:14)
Welk aspect spreekt jou het meeste aan in Jezus’ prediking? Hoe kun je door je leven een prediker zijn die bevrijdt, die een blijde boodschap verkondigt aan ‘armen’? “De waarheid zal u vrijmaken” (Joh 8:32). Wat betekent wat Jezus hier zegt voor mij?
“Ik geef jullie een nieuw gebod: heb elkaar lief “Ik geef jullie een nieuw gebod: heb elkaar lief. Zoals ik jullie heb liefgehad, zo moeten jullie elkaar liefhebben. 35Aan jullie liefde voor elkaar zal iedereen zien dat jullie mijn leerlingen zijn.” Johannes 13:34,35