twee kinderen maken n sneeuwpop. als er nu zes kinderen zijn? hoeveel sneeuwpoppen komen er dan?
Een rondje schaatsen duurt 3 minuten. hoelang duren 3 rondjes schaatsen?
Je geeft een schaatsfeestje. Je hebt 5 kinderen gevraagd. drie zijn er al gekomen. hoeveel komen er nog?
Iedereen wil graag een broodje worst. Er zijn er al drie. Hoeveel moeten er nog bij?
Ik geef 10 euro, hoeveel geld Ik mag schaatsen kopen. Ik moet 6 euro betalen. Ik geef 10 euro, hoeveel geld krijg ik terug?
hoeveel kosten allebei de mutsen? één muts kost 3 euro. hoeveel kosten allebei de mutsen?
winnaar. jij mag de bos bloemen maken. er moeten 10 bloemen in de bos. een bos bloemen voor de winnaar. jij mag de bos bloemen maken. er moeten 10 bloemen in de bos. hoeveel moeten er nog bij?
Hoeveel zitten er beneden? Er mogen 14 kinderen naar een schaats wedstijd gaan kijken. Er zitten 10 kinderen boven in de bus. Hoeveel zitten er beneden?
Patrick heeft 13 euro in zijn portemonnee. Lia heeft 2 euro meer. Hoeveel heeft Lia? ??
Een mooie puzzel van drie schaatsers. Hoeveel stukjes moeten er nog bij?
Allemaal moeten ze met de bus naar hun werk. Dat is voor iedereen twee strippen. Hoeveel strippen zijn ze samen nodig?
De kinderen hebben dorst en krijgen drinken. Met één fles kun je 5 bekers ranja schenken. Hoeveel bekertjes krijg je met 3 flessen ranja?
De man met de oranje jas springt 8 meter ver. De man met de witte kleren en het rode skate-board springt 3 meter verder. Hoe ver komt hij?
de kinderen hebben lekker in de sneeuw gespeeld. ze hebben honger. ze lusten allemaal drie broodjes. hoeveel broodjes moet moeder smeren.