Workshop Marilene Gathier – De Taalvraag Feedback bij spreekvaardigheid
Programma 1. Warming up: Chinees 2. Criteria bij spreekvaardigheid 3. Oefenen met de beoordelingscriteria 4. Feedback geven > filmpje 5. Feedback: hoe, wanneer, wat, wie ? 6. Oefenen met feedback > items cursisten
Warming up: auditieve discriminatie in het Chinees Om klanken te kunnen uitspreken, moet je eerst het verschil horen. Je hoort 12 woorden en 9 zinnen. Ze staan ook op het werkblad. Klinken ze hetzelfde of niet? 你要八個橙嗎? 你要佰個橙嗎?
Antwoorden bij de woorden Chinees Nederlands 理由 - 你有 reden - je hebt nee 2. 書 - 輸 boek - verliezen ja 3. 發售 - 發金秀 verkopen - roestig 4. 十 - 拾 tien - oppaken 5. 財 - 菜 schat - groenten 6. 心 - 深 hart - diep 7. 買 - 賣 kopen - verkopen 8. 終 - 鐘 eind - klok 9. 死 - 四 dood - vier 10. 白 - 百 wit - honderd 11. 書 - 鼠 boek - muis 12. 八 -百 acht - honderd
Antwoorden bij de zinnetjes Chinees Nederlands 我去買菜 我去買財 Ik ga groenten kopen. Ik ga een schat kopen. nee 2. 你要八個橙嗎? 你要百個橙嗎? Wil je acht sinaasappels hebben? Wil je honderd sinaasapelen hebben? ja 3. 十個小孩在公園 拾個小孩在公園 Tien kinderen in de speeltuin. Een kind in de speeltuin. 4. 運書 運輸 boeken vervoeren vervoer 5. 這枝筆正在發售 這枝筆正在發金秀 Deze pen kan verkocht worden. Deze pen is roestig geworden. 6. 買個橙 賣個橙 Een sinaasappel kopen. Een sinaasappel verkopen. 7. 給我一個理由 給我一個你有 Geef mij een reden. Geef mij wat je hebt. 8. 現在是四時 現在是死時 Nu is het vier uur. Nu is het tijd om te sterven. 9. 終點 鐘點 Bestemming Het uurloon
Criteria bij spreekvaardigheid Inhoud/Adequaatheid > komt de boodschap over? Grammatica (woord- en zinsvorming) Verstaanbaarheid (o.a. uitspraak) Vocabulaire (woordkeus/woordgebruik) Tempo / vloeiendheid
Beoordelingscriteria Staatsexamen 1 Korte opdrachten: Preconditie: wel aan voldoen, geen punten. 2 van de 3 volgende criteria Altijd: inhoud 0-1 punten Soms: grammatica (woord- en zinsvorming) 0-1 punten Soms: woordkeus 0-1 punten
Beoordelingscriteria Staatsexamen 1 Langere opdrachten: Preconditie: wel aan voldoen, geen punten. 3 of 4 van de volgende criteria Altijd: inhoud 0-3 punten Altijd: grammatica 0-3 punten Soms: woordenschat 0-3 punten Soms: uitspraak 0-3 punten Heel soms: tempo 0-1 punten
Beter Nederlands spreken Oefenen met de verschillende criteria Hoofdstuk 8 – p. 235-238: leren beoordelen Alle criteria worden beoordeeld, om ermee te kunnen oefenen.
Oefenen met de beoordelingscriteria Geef punten op het werkblad bij de uitingen van de cursisten. Oefenopdrachten - korte opdrachten: p. 242/243 - langere opdrachten: p. 245/246
Oefenen met de beoordelingscriteria Antwoorden korte opdrachten item inhoud grammatica woordkeus D 12 1 E 13 G 20 G 21
Oefenen met de beoordelingscriteria Antwoorden langere opdrachten item inhoud grammatica woordenschat uitspraak A 26 1 3 2 A 27 C 32a C 32b Beoordeling is ook subjectief > bij examen verschillende beoordelaars.
Filmpje feedback geven
Antwoorden bij filmpje meteen achteraf Docent verbetert. Cursist verbetert zichzelf. Docent let op alles. Docent let op 1 aspect. 1e manier x 2e manier 3e manier
Feedback bij spreekvaardigheid Lastiger dan bij schrijfvaardigheid: de uiting is vluchtig Je wilt fouten verbeteren, maar ook dat de cursist vrijuit durft te spreken. > keuze maken Spreektaal is geen perfecte taal. De inhoud is altijd het belangrijkst. Die wordt ook non-verbaal overgebracht. Fouten in andere aspecten kunnen de inhoud beïnvloeden > dit gaat dan voor.
impliciet - expliciet impliciet expliciet Docent herhaalt de info, maar dan goed, op een natuurlijke manier. expliciet De fout komt ter sprake, zoals in het filmpje.
Expliciete feedback: hoe, wanneer, wat, wie? Bespreek in tweetallen de verschillen tussen: verbeterpunten en/of complimenten geven meteen verbeteren of achteraf als docent verbeteren of aan de cursist vragen alle fouten verbeteren of niet klassikaal oefenen of in kleine groepjes
Complimenten Goed voor zelfvertrouwen. Er is (bijna) altijd iets positiefs te zeggen. Je bekrachtigt de goede taaluiting. Geef complimenten zo gericht mogelijk.
Wanneer geef je feedback? Bij oefeningen met langere spreekuitingen: VUT Voorbereiden – Uitvoeren - Terugkijken. Bij de V: Wat gaan we doen, waar letten we op? Bij de U: Opnemen of schrijven (docent). Bij de T: Feedback en nabespreken. Voordelen feedback na de spreekuiting: Je hoeft de cursist niet steeds te onderbreken. Cursist krijgt tijd om zichzelf te verbeteren.
Wie verbetert? Zoveel mogelijk: door de cursist zelf laten verbeteren. (opname beluisteren of docent stelt vragen) > Cursist leert kritisch naar zichzelf te luisteren. Uiteindelijke doel van de feedback: de spreekvaardigheid buiten de les verbeteren.
Wat verbeter je? Voordelen van letten op 1 aspect (tegelijk): Cursist leert dat er verschillende aspecten zijn. Cursist kan zich concentreren op 1 aspect. Overal op letten kan ten koste gaan van zelfvertrouwen. > Leg dit uit aan je cursist.
Wat en hoe verbeter je (per aspect)? Afhankelijk van: het zelfvertrouwen van de cursist. opleidingsniveau (bijv. grammaticale termen) taalniveau (verbeteren wat eerder aangeboden is) wat (net) aangeboden is in de les wat het meest storend is (Inhoud gaat altijd voor).
Klassikaal of niet? Bij klassikaal oefenen hoort de docent alles. Maar per cursist wordt er weinig geoefend! Combinatie: 1 of 2 items klassikaal voordoen Oefenen in groepjes of tweetallen Klassikaal afronden Bijvoorbeeld: - veelgemaakte fouten bespreken - een dialoog voor de klas laten naspelen
Feedback geven bij oefenitems Korte opdrachten: p. 242/243 Langere opdrachten: p. 245/246 Zie transcripten voor de uitingen. Geef per item op het werkblad: - een compliment (mag bij alle criteria) - feedback bij de genoemde criteria op het werkblad.
Feedback bij de korte opdrachten item criterium feedback D 12 woordkeus Compliment: Goed dat ze zichzelf verbetert. Goed dat ze het woord goed omschrijft: ze kent het woord ‘boren’ niet, maar voor de inhoud krijgt ze hier wel een punt, omdat ze het goed omschrijft. Het woord ‘boren’ wel aanbieden. E 13 inhoud Compliment: Goed dat hij zich verontschuldigt. De inhoud is niet goed begrepen: de situatie nog eens uitleggen. Daarna nog een keer laten proberen. G 20 grammatica Compliment: De inhoud is goed duidelijk gemaakt. In de eerste helft is de congruentie goed gedaan. Dit kun je gebruiken om de cursist aan te spreken op de incongruentie in het tweede deel. G 21 uitspraak Compliment: De inhoud is voldoende duidelijk gemaakt. Uitspraak: de [u] in ‘muts’ en de [ee] in ‘streepjes’. De cursist kan deze klanken nog eens oefenen en de woorden goed nazeggen.
Feedback bij de langere opdrachten item criterium feedback A 26 inhoud Compliment: De grammatica is foutloos. Inhoud: Hij noemt niet het tijdstip en hij zegt niet dat hij op het terras wil eten. Dit kan je hem laten noemen door vragen te stellen: hoe laat en waar wil je eten? A 27 uitspraak Compliment: De inhoud is voldoende duidelijk gemaakt. Uitspraak: Er moet geen ‘d’ achter ‘pijn’, en wel een ‘d’ achter ‘gebel’. Ook de [g] van ‘gebeld’ moet de cursist nog oefenen. Hetzelfde geldt voor de uitspraak van ‘plekje’. Deze woorden moet de cursist goed nazeggen. C 32a gram-matica Compliment: De inhoud is goed duidelijk gemaakt, ook op een mooie manier gezegd. Grammatica: Als de cursist de zin wat korter maakt, is er minder kans op fouten. Feedback vooral op de woordvolgorde, het verschil hoofdzin (met inversie)/bijzin: structuur op het bord en haar zinnen eronder. C 32b Compliment: Foutloos, ook omdat ze rustig praat en goed nadenkt.
Afsluiting Vragen? Opmerkingen? Exemplaar Beter Nederlands spreken > beoordelingsexemplaar > formulier invullen Met de code voorin: toegang tot de website. Ook een docentenhandleiding aan te vragen. Meer vragen en opmerkingen aan mij: in de pauze bij de stand van Coutinho.