Motoriek circuit. Reflectie per workshop VOORAF Hoeveel kennis heb jij over dit onderwerp? Wat verwacht ik van deze workshop voor: - basisaanbod, extra.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Kind in Ontwikkeling De ontwikkeling van een kind gaat in
Advertisements

Wat leert jouw kind in de kleuterklas?
Simultaan Tafelrondje
Autisme en Mindmap Thuis en op School
3-jarigen in het basisonderwijs
Karen van Hulten Rekenen in groep 1 en 2 Bijeenkomst 5: pientere kleuters, groepsplannen, planning en organisatie in de klas.
Schoolrijpheid Infoavond 2 februari 2012.
ASS: wanneer zichtbaar?
De kleurles Marlies Schaerlaeckens en Lia Wouters
Workshop 6 Ontwikkelingspsychologie
Wat gaan we leren in groep 5
… de stap naar het eerste leerjaar
Hulpmiddelen bij presenteren. Controleer van tevoren altijd of de apparatuur die je wilt gebruiken aanwezig is, of je er gebruik van mag maken en of je.
Dirigeren Op het bord staan opdrachten. Hoe zet een dirigent zijn orkest aan het werk?
Smartboard: Move to reveal (gordijn en vergrootglas)
De Dobbelsteen.
… de stap naar het eerste leerjaar
Tafelcursus U-10 & U-12.
Tafelcursus U-14 en hoger
Bewegingsklimaat en MRT
Workshop “Beoordelen”
Dirigeren Hoe zet een dirigent zijn orkest aan het werk?
Aanpak problematisch gedrag
Maak een schets van je munt. Een munt is een munt als hij…- rond is ( soms 8 of 10 hoekig) - waarde aanduiding in getal - munteenheid aanduiding(euro)
voor familie en vrienden van
De dag vóór het examen Schrijf de data en uren waarop je examen moet doen op een groot vel papier en hang het goed zichtbaar op! Leg alles wat je voor.
Kunst - verschillen in schilderkunst (voorstelling) - opdracht:
Dirigeren Wat doet een dirigent?. inhoudsopgave Wie laat ik spelen? Ga ik aftellen? Welke opdrachten kan ik geven? Hoe laat ik ze stoppen?
Loopbaan oriëntatie en begeleiding
Week 2 : Ontwikkelingspsychologie, Liesbeth van Beemen:
Levenslooppsychologie werkcollege 2 Jennifer de Vries-Aydogdu Med.hro.nl/vrije
Opvoeding en ontwikkeling van het jonge kind
GMFCS Vertaald door Dr. Jan Willem Gorter
Omgang en verzorging H4.
Administratie inrichten Van bouwstenen tot instructie schrijven.
Wat leert jouw kind in de kleuterklas?. Nieuwe woorden gebruiken.
Wat leert je kind? 1 lezen 2 schrijven: spelling en schrijfbeweging (motoriek) 3 luisteren en spreken 4 stellen 5 taalbeschouwing: taalsystematiek en.
Koffieochtend 3 november 2016 REGELS EN GRENZEN IN DE OPVOEDING
Clinic Bondsvergadering
Cognitieve ontwikkeling bij kleuters
De gemiddelde leerling…
Scheidsrechters- cursus
Werkgroep OPP van SWV Apeldoorn PO
Natuurlijk leert de Koninklijke EHBO je helpen
Motorische ontwikkeling. Ouderavond groep 1-2
Natuurlijk leert de Koninklijke EHBO je helpen
Natuurlijk leert de Koninklijke EHBO je helpen
De Dobbelsteen.
Wij zijn FLEX Finn Megan Anouk Nina
Spelenderwijs en ontdekkend leren
NSCCT Instructie groep 4
Kleuters spelen toch alleen maar?
Spelend motorisch ontwikkelen Informatieavond groep 1-2
Spreken en gesprekken 2.2 en 2.3 Schrijven 1.5 en 1.6 Grammatica 3.3
NSCCT Instructie groep 5
NSCCT Instructie groep 7
NSCCT Instructie groep 6
Kleutervaardigheden en voorbereidend schrijven

BRUGGEN Art & Design opdracht ‘Architectuur’ - GT1
Nieuw Wedstrijdreglement 2020??
Eens / oneens IK DENK NA VOORDAT IK BEGIN
Vormen digibordpeuters
NSCCT Instructie groep 4
NSCCT Instructie groep 5
NSCCT Instructie groep 6
Raden, regels en redeneren Groep 7 en 8
NSCCT Instructie groep 7
Wat heb je nodig? Papier, potlood en materiaal om in te kleuren.
Denken en doen.
Transcript van de presentatie:

Motoriek circuit

Reflectie per workshop VOORAF Hoeveel kennis heb jij over dit onderwerp? Wat verwacht ik van deze workshop voor: - basisaanbod, extra aanbod, speciaal aanbod

‘Normale’ ontwikkeling Fijne motoriek – handmotoriek  4 weken houdt de handjes in vuist  16 weken opent en sluit de handjes regelmatig  28 weken kan een kubus oppakken in palmaire greep (helemaal in de hand). Kan een knikker volgen met de ogen  40 weken laat voorwerpen los zonder controle. Wijst in de richting van voorwerpen  52 weken kan een knikker oppakken met de pincetgreep  1,5 jaarkan een toren bouwen van 3 blokjes. slaat bladzijden uit een boekje met 2 of 3 tegelijk om  2 jaarkan een toren bouwen van 6 blokjes. kan bladzijden een voor een omslaan

 3 jaar Een toren bouwen van 10 blokjes Een pen op volwassen manier vasthouden Papier knippen Plakken met behulp van een vinger Rondjes en plusjes tekenen Binnen 25 seconden tien knikkers in een flesje stoppen Poppetjes tekenen Een eenvoudige puzzel maken ‘Normale’ ontwikkeling Fijne motoriek – handmotoriek

 4 jaar Binnen de lijntjes kleuren Papier in driehoeken vouwen Zijn naam schrijven Kralen rijgen Binnen 20 seconden tien knikkers in een flesje stoppen Schenken zonder te morsen Knijpers openen en ergens op vastzetten  5 jaar Papier in helften en kwarten vouwen Driehoek, rechthoek en cirkel tekenen Letters naschrijven Twee korte woorden naschrijven Voorwerpen van klei maken Binnen 18 seconden tien knikkers in een flesje stoppen Een vierkant uitknippen met 5 mm speling

Handvoorkeur 3 Handvoorkeur geeft aan, dat een kind taken steeds spontaan met dezelfde hand uitvoert. Schrijven of knippen gebeurt steeds met dezelfde hand. Vroeger dachten we dat je pas met 6 of 7 jaar kon weten of een kind links- of rechtshandig is, maar tegenwoordig weten we dat al bij 90% van de kinderen bij de geboorte al een handvoorkeur aanwezig is. De handvoorkeur blijkt uit onderzoek al heel vroeg tot stand te komen: tien weken na de bevruchting (de duimer in de baarmoeder duimt met de voorkeurshand). Wij gaan ervan uit dat er in een vroeg stadium, al vanaf de geboorte, sprake is van handvoorkeur. De handigheid van de voorkeurshand wordt in de loop der jaren door het frequent en intensief uitvoeren van kleinmotorische taken geoefend (Hagen, 2008, p. 38). Kruisen middenas: er blijkt een verband tussen de voorkeurshand en het kruisen van de middenas. Kinderen die de middenas niet doorkruisen, lopen het risico tussen beide handen te blijven wisselen (Stap voor stap, hoe stimuleer je de motorische ontwikkeling van je kind? Het is belangrijk om de voorkeurshand te stimuleren, het is een voorwaarde voor het leren schrijven. Observatiepunten: gebruik handen en de werkverdeling: is deze vast besef links – rechts verschil in resultaat

Normaal  Linkshandigheid bij 8%  Genetisch bepaald, meestal al duidelijk voor kleuterleeftijd Let op :  Duidelijke voorkeur voor één hand m.n. voor het 2 e levensjaar  Handsamenwerking  Dominantie proefjes onbetrouwbaar  Nauwkeurigheid en precisie bepalend voor keuze ! Handvoorkeur

Handsamenwerking Een goede handsamenwerking is bij veel activiteiten van belang. Het kind moet de handen goed naar elkaar toe kunnen brengen en tegelijk in kunnen schakelen. Vaak wordt er gewerkt met een werkhand (voorkeurshand) en een steunhand. Soms doen beide handen hetzelfde- gespiegeld- symmetrisch. Bij een goede handsamenwerking hoeft het kind niet voortdurend naar de handen te kijken. Observatiepunten: inschakelen beide handen: werkhand – steunhand (knippen, schrijven) kracht zetten (verschil tussen beide handen) meebewegingen in de andere hand

Grijpen 5 Voorwerpen van verschillende groottes in de hand kunnen pakken en vasthouden. De ontwikkeling van de grepen verloopt van grof naar fijn: balgreep – cilindergreep – haakgreep – sleutelgreep – driepuntsgreep – pincetgreep – pengreep. Met 12 mnd is al een goede pincetgreep mogelijk. Belangrijk is dat de duim adequaat ingeschakeld wordt en dat het kind niet krampachtig voorwerpen vasthoudt. Observatiepunten: welke greep inschakeling van de duim verschil tussen links en rechts

‘Normale’ ontwikkeling grepen Pink  duim Beneden  boven 5 mnd Ulnaire greep 6 mmd Palmaire greep7 mnd Radiale greep 9 mnd Primitieve pincetgreep 11 mnd: Pincetgreep8 mnd Sleutelgreep

Ooghandcoördinatie De samenwerking van ogen en handen moeten op elkaar afgestemd zijn. Naarmate de handmotoriek zich kwalitatief verder ontwikkelt, neemt de samenwerking van handen en ogen toe. Een kind moet bij veel activiteiten met de ogen controleren en bijsturen wat de handen doen (bij klein-motorische taken). Bij geautomatiseerde vaardigheden is visuele controle niet meer nodig. In elk geval moet de opdracht nauwkeurig uitgevoerd worden. Wanneer het niet netjes is zal het kind meer met de ogen moeten controleren en bijsturen. Observatiepunten: het kijken naar de handen / de handeling de vloeiendheid (moeite met de overgangen bij het aan elkaar leren schrijven) het sturen van de beweging de nauwkeurigheid

Onafhankelijke vinger- en polsbewegingen De pols apart bewegen van de arm en vingers: dan is de kleine motoriek voldoende ontwikkeld. Een soepele buig en strekbeweging is nodig om schrijfbewegingen te kunnen maken. Een stap verder: dat de vingers tegelijkertijd een verschillende beweging kunnen maken (piano spelen, een goede pengreep). Koffer Kleine Motoriek, DAB De Korre Proces van dissociatie: kinderen moeten geïsoleerde bewegingen kunnen maken, de hand in plaats van de hele arm en de vingers in plaats van de hele hand vanuit de pols. Observatiepunten: beweging pols – vingers zonder meebewegingen in de schouder en zonder visuele ondersteuning (bijv. ‘Un dun dip’) pincetgreep (zonder andere vingers in te schakelen) vingers onafhankelijk van elkaar bewegen rijpe pengreep Voor het vastleggen van de vingerbewegingen worden observatie-instrumenten gebruikt. Er is een relatie tussen schrijfvaardigheid en vingertests, met name de successieve vinger- duimoppostitietaak. KNGF Evidence Statement. Motorische schrijfproblemen bij kinderen, p. 23

Relatie fijne motoriek en schrijven  Manipuleren in de hand met name translatie  Vloeiendheid

 Fijne motoriek : manipuleren in de hand Materiaal keuze en instructie  vloeiendheid Groep 1-2

 Materiaal verschuiven van palm naar vingers met 2,5 jaar.  Materiaal omdraaien in de vingertoppen en lineair verplaatsen (potloodlopen) met 3,5 jaar.  Manipuleren van meerdere voorwerpen in de hand mogelijk van 4 jaar, omdat vanaf dan er onafhankelijke duim- en vingerbewegingen mogelijk zijn.  Vooral transleren van een voorwerp in de hand (naar de vingertoppen bewegen vanuit de handpalm) is voorspellend voor het vloeiend schrijven. Manipuleren in de hand:

Voorbeeld motoriek circuit, basisschool de Wingerd, Esbeek

Wat neem je mee van vandaag ? Wat ga je morgen anders doen ?

Reflectie per workshop ACHTERAF Wat neem ik uit deze workshop mee voor: basisaanbod, extra aanbod, speciaal aanbod Bij welke onderwijsbehoeften (IVO-velden) sluiten de aanpakken en TIPS die ik in deze workshop gehoord heb aan?