Thema 4: Begeleiding van leerlingen met dyslexie Vakinhoudelijke begeleiding Nederlands
Woordenschatuitbreiding Dyslectici hebben vaak een beperkte woordenschat door gebrek aan leeservaring. Woordenschatuitbreiding is een taak van alle docenten.
Begeleidingsmogelijkheden Gebruik specifiek woordenschatmateriaal Stimuleer het lezen van boeken, tijdschriften, kijken naar educatieve programma’s (wereldkennis vergroot woordenschat)
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings- mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
Technisch lezen Veel lezen verbetert de technische leesvaardigheid en vergroot het leesplezier.
Begeleidingsmogelijkheden Bied tijd in de les voor (stil)lezen Ondersteun bij boekkeuze Laat een verhaal omzetten in een script Stimuleer lezen van recensies van boeken Laat leerlingen een boekverfilming kijken voordat ze het boek lezen Laat leerlingen luisteren naar voorgelezen boeken
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings- mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
Begrijpend lezen Technisch lezen vraagt veel cognitieve belasting van dyslectische leerlingen waardoor ze moeite hebben om tot begrip te komen. Ter compensatie kunnen leerlingen gebruik maken van leesstrategieën.
Begeleidingsmogelijkheden Aanleren van leesstrategieën: – Gebruik directe instructie – Gebruik wederkerend onderwijs Zorg dat het leesdoel helder is voor de leesstrategie bepaald wordt Geef een reëel leesdoel Leer leerlingen te vragen wat schooltaalwoorden als bestudeer, vergelijk, etc. betekenen
Begeleidingsmogelijkheden (vervolg) Leer leerlingen controleren of het leesdoel bereikt is Stem met vakdocenten af dat leerlingen ook bij zaakvakteksten leesstrategieën gebruiken Gebruik extra materiaal gericht op leesstrategieën
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings- mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
Spelling Spellingniveaus lopen sterk uiteen. In hoeverre is correct spellen het doel van het voortgezet onderwijs?
Begeleidingsmogelijkheden Laat leerlingen ervaren waarom correcte spelling van belang is Leer leerlingen wanneer een tekst geen spelfouten mag bevatten Leer leerlingen met welke hulpmiddelen je tot een tekst zonder spelfouten kunt komen Geef inzicht in de opbouw van woorden Leer de uitspreken-wat-er-staatmethode Bied extra oefenstof aan Laat leerlingen ezelsbruggetjes bedenken Gebruik voor het aanleren van spellingregels directe instructie
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings- mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
Grammatica Dyslectische leerlingen hebben moeite met het onthouden van namen voor woorden en met het onthouden en toepassen van grammaticale regels.
Begeleidingsmogelijkheden Verbind namen van woordsoorten aan betekenissen Geef aandacht aan persoonsvorm, onderwerp en gezegde Controleer of leerlingen de betekenis van een zin begrijpen
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings- mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
Schrijven Teksten van dyslectische leerlingen hebben vaak weinig samenhang, zinnen zijn ongrammaticaal, woorden worden weggelaten en er is geen gestructureerde lay-out.
Begeleidingsmogelijkheden Leer leerlingen een schrijftaak voor te bereiden Leer leerlingen geschreven werk te controleren Laat leerlingen aan elkaar hun tekst voorlezen Laat leerlingen elkaar observeren tijdens het schrijfproces Laat digitale hulpmiddelen gebruiken
Vertaling naar de eigen lespraktijk Rol van de docent (niveau 1 & 2) en van de zorgspecialist (niveau 3): Vragen: Tot hoever kan jij als vakdocent gaan bij het inzetten van de genoemde begeleidings- mogelijkheden? Waar heb jij de ondersteuning van een zorgspecialist nodig?
Zelfstudie Henneman, K., Bekebrede, J., Cox, A., Krosse, H. de. (2013). Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs. Handreiking voor directie, middenmanagement en docenten. Den Bosch: KPC Groep Hoofdstuk 7