Presentatie van de Training Goed in gesprek Deze presentatie is ontwikkeld door InteraktContour tijdens hun deelname aan In voor Mantelzorg
Training Goed in gesprek In voor Mantelzorg Training Goed in gesprek Spreker: Simone van der Horst Datum: 2 juni 2015
Programma van deze dag 9.00 Kennismaking en opstart 9.15 SOFA en COUP 9.45 Wat is communicatie? 10.15 Pauze 10.30 Gesprekstechnieken 12.30 – 13.15 Lunch 13.30 Aan de slag in de praktijk/roddelen 15.00 Pauze 15.15 Nabespreking 15.45 evaluatie van de dag
Doelen van vandaag Je kan gebruik maken van de gesprekstechnieken uit het CGB en past ze op de juiste wijze toe. Je hebt kennisgemaakt met ANNA, OMA, LSD, OEN, NIVEA en DIK. Je bent op de hoogte van de verschillende rollen die je als professional hebt ten opzichte van een mantelzorger. Je bent op de hoogte van de verschillende petten die de mantelzorger heeft en je bent in staat om hierbij aan te sluiten.
Schaalvragen Op een schaal van 1- 10: Waar zit jij wat betreft kennis en vaardigheden over communicatie? Hoeveel vertrouwen heb je dat je de kennis en vaardigheden wat betreft communicatie met cliënt en mantelzorger kan gaan toepassen? Hoe tevreden ben je over het contact met de mantelzorgers van je cliënten? Hoeveel motivatie heb je hiervoor?
Definitie mantelzorg Mantelzorg is zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt gegeven aan een hulpbehoevende door één of meerdere leden van diens directe omgeving, waarbij de zorgverlening direct voortvloeit uit de sociale relatie. Mantelzorgers zijn dus mensen die langdurig en onbetaald zorgen voor een chronisch zieke, gehandicapte of hulpbehoevende persoon uit hun omgeving. Dit kan een partner, ouder of kind zijn, maar ook een ander familielid, vriend of kennis. • 2,6 miljoen volwassenen mantelzorgers. —> Mensen die meer dan 8 uur per week en/of langer dan 3 maanden zorg verlenen aan een naaste. Dit is 20% van de volwassen bevolking. • 3,5 miljoen volwassenen die (al dan niet intensief) zorg verlenen aan een naaste. Dit is 1 op de 4 volwassenen. • 1,1 miljoen mantelzorgers die zowel intensief als langdurig zorg verlenen aan een naaste. • 450.000 mantelzorgers die zich zwaar belast of overbelast voelen.
Een aantal vragen Schrijf in kernwoorden op: 1) Ben je zelf mantelzorger (geweest)? 2) Noem een positieve ervaring als mantelzorger. 3) Noem een minder goede ervaring als mantelzorger. 4) Wat vind jij, als professional, belangrijk in het contact met mantelzorgers /familie? 5)Wat vind jij, als professional, moeilijk in jouw contact met mantelzorgers? Plak de geeltjes op de bijbehorende flaps.
SOFA Mantelzorger Professional Collega Cliënt Naaste Expert Samenwerken Ondersteunen Faciliteren Afstemmen
Opdracht SOFA Maak twee-tallen en bespreek de verschillende rollen van de professional: Welke rol hanteer jij het meest? Welke rol past het best bij jou? Waarom? Hoe herken jij welke pet (collega, client, naaste of expert) de mantelzorger op heeft?
Tijd voor COUP! Contact leggen: Daadwerkelijk contact, begroeten en belangstelling tonen —> je welkom voelen. Ondersteunen: Het kan voor familieleden lastig zijn om contact te (blijven) leggen met hun naaste. Ook kunnen schuldgevoelens een rol spelen. Medewerkers kunnen hierbij ondersteunen door een luisterend oor te bieden en tips te geven over manieren om nog contact te maken. Uitnodigen: Familieleden, vrienden en buren hebben een betekenisvolle relatie met hun naaste. Maak familieleden duidelijk dat deze betrokkenheid ook mogelijk en zelfs zeer gewenst is. Laat familie zien welke activiteiten de organisatie onderneemt en nodig hen daarvoor uit. Participeren: Het is mooi als familieleden zelf een actieve bijdrage leveren aan het welbevinden van hun naaste en zelfs aan het welbevinden van andere cliënten.
Communicatie Wat is communicatie? Verbaal en non-verbaal Inhoud en relatie (betrekkingsniveau) Ruis relatie met cliënten met communicatieproblemen
Goed in gesprek Communicatie is de smeerolie voor goede zorgverlening! Een goed gesprek heb je als je: - de tijd neemt - contact maakt en actief luistert - je kunt verplaatsen in het standpunt van de ander - uitgaat van gelijkwaardigheid, zorgt voor ‘tweerichtingsverkeer’ - kunt zeggen wat je op je hart hebt - geen 'ja, maar…'maar ‘ja, en…' - niet zoekt naar een beslissing of oplossing - bewust bent van je lichaamshouding, je lichaamstaal - je bewust bent van je positie, je rol - rekening houdt met de privacy van de ander.
Gesprekstechnieken uit het CGB Feedback op adequaat gedrag Gevoelsreflecties Samenvatten Vragen stellen (open-gesloten-meerkeuze) Meegaan met de beweging Driedimensiemodel Positief heretiketteren Slechtnieuwsgesprek
Luisteren - Aandacht geven - Laten zien dat je luistert - Feedback geven - Je mening of oordeel uitstellen - Gepast reageren
Her-etiketteren
Meegaan in de beweging Dia’s toevoegen!
Voordelen van Meegaan in de beweging De ander merkt dat er naar hem geluisterd wordt. Cliënt krijgt erkenning van zijn verhaal. Begeleider blijft “in gesprek over het onderwerp”. Er wordt een denkproces in gang gezet.
Opdracht Weerstand Drietallen: Zet drie stoelen op een rij. 1 speelt cliënt. 1 is begeleider. 1 observator. Neem een cliënt die weerstand heeft tegen een verandering. Begeleider gaat gesprek aan om weerstand weg te nemen. Cliënt zit op middelste stoel. = zonder weerstand / neutraal.. Links is geen weerstand. Rechts is veel weerstand Cliënt mag van stoel wisselen; ga zitten op de stoel die bij je gevoel past!
Lunchpauze 12.30 – 13.15
Aan de slag in de praktijk! 13.30 - 14.15 groep 1 14.15- 15.00 groep 2 5 a 10 minuten per casus. Je mag meedoen, maar het is niet verplicht! De observanten schrijven feedback op over dingen die in positieve zin opvallen. Je leest de casus en de taak die je krijgt erin als begeleider. Kom je er even niet uit; vraag een time-out. Een collega mag het dan van je overnemen of je kan de groep om hulp vragen. Na het spelen van de casus evalueren.
Synchroon-opdracht Roddelmethode bespreek een casus waarin de rol van de mantelzorger problematisch verloopt. Werk dit uit volgens de roddelmethode: Stap 1. Denk na over een casus die je wilt inbrengen. Stap 2. Maak met elkaar een keuze welke casus besproken wordt. Stap 3. Inbrenger: vertel in 5 minuten het probleem. Er mogen geen vragen gesteld worden! Stap 4. De groep krijgt 10 minuten om vragen te stellen. Stap 5. Inbrenger gaat buiten de groep zitten! Stap 6. De groep roddelt over de vraag, mogelijke oorzaken en oplossingen en komen tot een advies. De inbrenger luistert, maar bemoeit zich er niet mee. Stap 7. Terugkoppeling naar de inbrenger van de casus en reactie inbrenger. Stap 8. Het trekken van conclusies en evaluatie.
15.00u Pauze
Nabespreking casuïstiek 15.15u
Uitleg Goeie snap
Evaluatie 15.45 Pak de schaalvragen erbij. Wat heeft jou deze dag opgeleverd? Feedback