De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

Verwante presentaties


Presentatie over: "Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7"— Transcript van de presentatie:

1 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7
exploitatie en kosten break-even omzet paragraaf 1.7 afzet break-evenomzet en - afzet Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

2 break-even omzet bedrijfsminimum dode punt kritische omzet quitte punt
de omzet waarbij de opbrengst gelijk is aan de totale kosten. Bij deze omzet wordt er geen winst gemaakt en geen verlies geleden. bedrijfsminimum dode punt kritische omzet quitte punt Constante kosten zijn onafhankelijk van de grootte van de omzet. Bij een daling van de omzet drukken de constante kosten extra zwaar op het eindresultaat van de detailhandelsonderneming. Dit omdat deze kosten bij een omzetdaling ongewijzigd blijven. Er zal op een bepaald moment een omzet ontstaan waarbij de opbrengst gelijk is aan de totale kosten (inkoopwaarde + exploitatiekosten). Bij deze omzet wordt er in de detailhandelsonderneming geen winst gemaakt en geen verlies geleden. In de bedrijfseconomie wordt deze omzet de break-even omzet genoemd. Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

3 break-even omzet constant variabel omzet kosten
de totale omzet, dus inclusief de verkopen op rekening. de inkoopwaarde en alle exploitatiekosten, inclusief de rentekosten van het vreemd vermogen en de niet-fiscale kosten constant variabel Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

4 brutowinst per artikel
Berekening BEA Break-even afzet = exploitatiekosten brutowinst per artikel Break-even afzet = € 80,- + € 100,- € 14,50 - € 5,50 Break-even afzet = € 180,- = 20 stuks € 9,- Break-even afzet = € 80,- + € 100,- € 14,50 - € 5,50 Je hebt een partij jeans kunnen inkopen voor € 5,50 per stuk. Deze jeans wil je op de braderie verkopen voor € 17,25 (verkoopprijs is dan € 14,50). De huurprijs van de stand is € 80,-. Een zaterdaghulp gaat in de stand staan. Je hebt hem € 100,- beloofd. bereken de BEA Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

5 brutowinstpercentage
Berekening BEO Omzet 100 % Inkoopwaarde omzet - Brutowinst Exploitatiekosten xxxxx xxx Bedrijfsresultaat ofwel Break-even omzet = exploitatiekosten brutowinstpercentage Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

6 V O O R B E E L D = € 850.000,- Omzet € 100 % Inkoopwaarde omzet -
De brutowinst van een bouwmarkt wordt begroot op 38% De te verwachten exploitatiekosten bedragen € ,‑ Bereken de break-even omzet. Omzet 100 % Inkoopwaarde omzet - Brutowinst Exploitatiekosten ,- 38 Bedrijfsresultaat Omzet 100 % Inkoopwaarde omzet 62 - Brutowinst 38 Exploitatiekosten ,- Bedrijfsresultaat Break-even omzet = € ,- 0,38 Break-even omzet = € ,- = € ,- 0,38 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

7 Break-even analyse totale omzet/afzet omzet/kosten x € 1.000,-
100 150 200 50 300 400 500 600 700 totale omzet/afzet winstzone totale kosten omzet/kosten x € 1.000,- variabele kosten BEA BEO 50 verlieszone ij het grafisch bepalen van de break-even omzet/afzet wordt op de X-as de afzet uitgezet en op de Y-as de opbrengsten en de kosten. Vervolgens moet in de grafiek een samengesteld lijndiagram getekend worden. In dat lijndiagram worden meestal de lijnstukken getekend van de: totale omzet/afzet (lijnstuk 1), constante kosten (lijnstuk 2), variabele kosten (lijnstuk 3), totale kosten (lijnstuk 4). Voor het grafisch bepalen van de break-even omzet/afzet zijn alleen lijnstuk 1 en 4 van belang. Het punt waar het lijnstuk van de totale omzet/afzet het lijnstuk van de totale kosten snijdt, wordt het break-even point genoemd. Vanaf dit punt kan op de X-as de break-even afzet afgelezen worden (de X-coördinaat) en op de Y-as de break-even omzet (de Y-coördinaat). Het witte gedeelte Q is de verlieszone en Z is de winstzone constante kosten hoeveelheden (afzet) Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

8 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7
OPGAVEN 1, 3, 5 8, 11 13, 15 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

9 Overige variabele kosten
Indien een ondernemer een splitsing kan aanbrengen in de exploitatiekosten, zodat hij inzicht heeft in de “overige variabele” kosten, moet, voor de berekening van de break-even omzet, het brutowinstpercentage verminderd worden met het “overige variabele” kostenpercentage. De overige variabele kosten moeten hiervoor uitgedrukt worden in procenten van de omzet Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

10 Berekening BEO ofwel Omzet € 100 % Inkoopwaarde omzet - Brutowinst
Overige variabele kosten Bijdrage Constante kosten xxxx xxx Bedrijfsresultaat ofwel Break-even omzet = exploitatiekosten bijdragepercentage Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

11 € 500.000,- V O O R B E E L D Break-even omzet = exploitatiekosten
Van een detailhandelsonderneming zijn de volgende gegevens bekend: brutowinst 28%, overige proportioneel variabele kosten 3% van de omzet, constante exploitatiekosten € ,-. Break-even omzet = exploitatiekosten bijdragepercentage Break-even omzet = € ,- 0,28 – 0,03 Break-even omzet = € ,- 0,25 € ,- Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

12 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7
OPGAVEN 16, 18 21, 22 25, 27 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

13 veiligheidsmarge het percentage waarmee de omzet mag dalen totdat er verlies geleden gaat worden safety margin Het verschil tussen de werkelijke omzet en de break-even omzet, wordt in de bedrijfseconomie de veiligheidsmarge of de safety margin genoemd. De veiligheidsmarge geeft de ondernemer antwoord op de vraag hoeveel de omzet kan dalen, voordat de verlieszone bereikt wordt. De veiligheidsmarge wordt berekend door het verschil tussen de werkelijke omzet en de break-even omzet uit te drukken in een percentage van de werkelijke omzet. Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

14 berekening veiligheidsmarge
Vm = werkelijke omzet – break-even omzet x 100% werkelijke omzet Vm = x 100% Vm = € € x 100% 20% V O O R B E E L D De omzet van de kaasafdeling van supermarkt Frissen is in een bepaald jaar € ,‑. De break-even omzet van deze kaasafdeling € ,‑. Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

15 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7
OPGAVEN 28, 30, 32 37, 40, 44 46, 48, 50 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

16 beo en besluitvorming bij welke omzet worden alle kosten terugverdiend? hoeveel kan de omzet dalen, voordat de verlieszone bereikt wordt? (met andere woorden: hoe groot is de veiligheidsmarge?) wat zijn de gevolgen van prijs-/kosten-veranderingen voor het uiteindelijke resultaat? De break-even analyse richt zich vooral op de beantwoording van de vraag in welke mate kosten en resultaten reageren op veranderingen in de omzet. Met behulp van deze analyse kan een ondernemer wellicht de oplossing vinden voor onder meer de volgende problemen: bij welke omzet worden alle kosten terugverdiend, hoeveel kan de omzet dalen, voordat de verlieszone bereikt wordt (met andere woorden: hoe groot is de veiligheidsmarge?), wat zijn de gevolgen van prijs-/kostenveranderingen voor het uiteindelijke resultaat? Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

17 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7
beo beïnvloeden de consumentenprijs te verhogen de variabele kosten proberen te verlagen de constante kosten proberen te verlagen  De ondernemer kan de break-even omzet in zijn winkel positief beïnvloeden door: de consumentenprijs te verhogen, Dit is in verband met de concurrentiepositie niet altijd mogelijk. de variabele kosten proberen te verlagen, Dit kan bijvoorbeeld door lagere prijzen bij de leveranciers te bedingen. de constante kosten proberen te verlagen. Dit kan bijvoorbeeld door een ander afschrijvingssysteem te kiezen. Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

18 beo: de bezwaren veel getallen moeten worden geschat
alle exploitatiekosten worden tot de constante kosten gerekend alle opbrengsten en exploitatiekosten worden verondersteld proportioneel te zijn Aan het berekenen van de break-even omzet kleeft een aantal bezwaren, zoals: veel getallen moeten worden geschat, alle exploitatiekosten worden tot de constante kosten gerekend, alle opbrengsten en exploitatiekosten worden verondersteld proportioneel te zijn. Ondanks deze bezwaren blijkt het berekenen van de break-even omzet een waardevol hulpmiddel bij het nemen van beslissingen. Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7

19 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7
OPGAVEN 53, 57 61, 62 Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7


Download ppt "Retaileconomie hoofdstuk 1, paragraaf 1.7"

Verwante presentaties


Ads door Google