Module 1 Hfdst 4: Software. Hardware – alles wat je kunt zien en vasthoudenvb. Monitor, muis enz.

Presentatie over: "Module 1 Hfdst 4: Software. Hardware – alles wat je kunt zien en vasthoudenvb. Monitor, muis enz."— Transcript van de presentatie:

1 Module 1 Hfdst 4: Software

2 Hardware – alles wat je kunt zien en vasthoudenvb. Monitor, muis enz

3 Software – programma’s die ervoor zorgen dat de computers/celphones enz doen wat hij moet doen. Zodat de gebruikers ook opdrachten aan de computer/celphone kan geven.

4 Pg 1 Software Hardware

5 Software 1- Besturingssysteem – Om de hardware te laten werken Om verschillende onderdelen van het computersysteem met elkaar te laten werken

6 ** Het Besturingssysteem moet aanwezig zijn, anders kan de computer niet opstarten. **

7 2-Hulpprogramma’s – onderhoud van het systeem - beschermen tegen virussen

8 3- Applicatiesoftware/toepassingen software - programma’s die door gebruikers worden ingezet * Games * msn * word/excel

9 Pg 1 Software Hardware

10 Pg 1 Hulpprogragmma’s Hardware Applicatiesoftware Besturingssysteem

11 Soorten besturingssystemen MS-DOS – is een karaktergestuurd besturingssysteem

12 Enkele andere besturingssystemen OS/2 MacOS Unix Linux

13  Windows GUI – Graphical User Interface Maakt gebruik van WYSIWYG WYSIWYG – What You See Is What You Get

14 Applicatiesoftware Maatwerkprogrammatuur  Een programma die specifiek gemaakt wordt voor een bepaalde bedrijf

15 Applicatiesoftware Standaardprogrammatuur  Je kan het programma gewoon in de winkel kopen

16 Standaardprogrammatuur Tekstverwerkingsprogramma Spreadsheetprogramma Databaseprogramma Presentatieprogramma Tekenprogramma Ontwerpprogrammatuur / CAD Emailprogramma

17 Software-versies  Van applicaties verschijnen regelmatig nieuwe versies, zodat de gebruikers de mogelijkheden hebben om de nieuwe hardware optimale te kunnen gebruiken.

18 Software-versies  Downwards compatibel - nieuwe versies met de oudere versies werken. Zodat oude documenten bruikbaar blijven

19 Hfdst 5: Netwerken

20 Netwerk Is als een aantal computers met elkaar verbonden zijn, en informatie(gegevens) uit kunnen wisselen.

21 Belangrijke onderdelen van een netwerk zijn: Computers Besturingssysteem (windows, linux) Applicaties ( word/excel) Verbinding (draadloos(wireless), kabels) Protocollen

22 Alle computers moeten de informatie(gegevens) op dezelfde manier omzetten, versturen en ontvangen. Deze regels noemt men protocollen

23 Soorten netwerken Local Area Network (LAN) Wide Area Network (WAN)

24 LAN (Local Area Network) Deze netwerk komt vaak voor waar mensen in dezelfde gebouw zitten. Local area (lokaal gebied)

25 Vaak zijn er in het LAN één of meer servers met een speciale taak Applicatieserver – bevat alle programma’s voor de gebruikers Fileserver – bevat alle bestanden Databaseserver – bevat alle opgeslagen verzameling gegevens

26 Printserver – zorgt voor de printopdrachten Communicatieserver – regelt de communicatie van email & internet.

27 WAN (Wide Area Network) Dit is een netwerk dat ook verbindingen heeft naar buiten het gebouw. Voorbeeld internet. Deze netwerken maken het mogelijk dat groepen gebruikers gegevens uitwisselen

28 Voorbeelden van diensten zijn Telefoon/fax – verbinding Email Teleshopping Electronic Data Interchange(EDI)

29 Enkele voorbeelden van openbare netwerken zijn Het telefoonnetwerk Het gsm-netwerk Het internet

30 Voorbeelden van netwerken Internet – een openbaar WAN, waarvan miljoenen mensen gebruikt maken Intranet – niet openbaar (LAN), gebaseerd op internettechnologie Extranet- niet openbaar (WAN) dat gebruikt maakt van het internet.

31 Verbinden met een netwerk PSTN(Public Switched Telephone Network)  Het traditionele telefoonnetwerk  Telefoonmodem ISDN(Integrated Services Digital Network)  Een digitale telefoonverbinding Kabel  Cablenet ADSL (Analog Digital Subscriber Line)  Setarnet

32 Werkomstanigheden

33 Ergonomie Ergon = werk Nomie = wijze Ergonomie houdt zich bezig met de omstandigheden waarin mensen werken

34 Besluit Beeldschermwerk Regels dat je moet volgen voor situaties waarin meer dan twee uur per dag met een beeldscherm gewerkt wordt.

35 Werken met de muis en toetsenbord RSI = Repetitive Strain Injuri  Klachten  Pijn aan de polsen  Armen  Ellebogen  Of schouders  Voorkomen  Pauzes  Goede houding  Goede muis + toetstenbord

36 Slechte houding  Klachten  Pijn aan de rug of de schouder  Voorkomen  Goede stoel  Goede lesenaar * Deze hebben alleen zin als ze op de juiste manier zijn ingesteld

37 Lang kijken naar het beeldscherm  Klachten  Vermoeide ogen  Hoofdpijn  Nekpijn Voorkomen  Goede beeldscherm  Pauzes te nemen

38 Andere ergonomische aspecten Veiligheid Werkomgeving  Prettige temperatuur  Voldoende ventilatie  Zo min mogelijk geluidshinder

39 Milieu Stroom besparen Papier besparen Door documenten uit te wisselen zonder ze af te drukken PDF = Portable Document File

40 7: Toepassing van IT

41 IT Informatietechnologie

42 IT Alle technologie (Computers, celphones enz) om informatie te Verzamelen Op te slaan Weer te geven Uit te wisselen

43 Vorm van informatie Geluid Tekst Afbeeldingen Animaties speelfilms

44 Privacy

45 Op internet is weinig privacy Als iemand een site bezoek Nieuwsgroepen /Facebook Cookie (een tekst bestand met gegevens) Email

46 Wet Bescherming Persoonsgegevens (WBP) Deze regel beschermt de mensen tegen slecht gebruik van persoonlijke informatie

47 Softwarelicenties het recht om het programma te gebruiken (product-key)

48 Type software en de licentie Shareware Freeware C0mmerciële software

49 Toetpassing van computers in verschillende organisaties Commerciële bedrijven Adminstratie Online ticket Verzekering Banken

50 Overheid/gezondheid Belasting AZV Ziekenhuis

51 Onderwijs Studeren online Examens

52 Automatiseren of niet?

53 Informatiesystemen ontwikkelen Analyseren Ontwerpen Basisontwerp Detailontwerp Realiseren en Testen Systemtest Acceptatietest Implementatie

54 Module 2 5: Deze computer, bestanden

55 Hfdst 5: Deze computer bestanden Bestand gstandgegevens blz 90 afmaken

56 5.1 besstands gegevens blz 79 Opdracht 3 A) 27 mappen ( inclusief submappen) B) 29 Bestanden C) 8 verschillende pictogrammen (icons) D) 19 submappen

57 5.1 besstands gegevens blz 79 Opdracht 4 A) Bestandmap B) 1. tekstdocument 2. Toepassing 3. BRF-bestand C) Bestand(file) D) Bestand (file)

58 5.1 besstands gegevens blz 79 Opdracht 5 1. Bestandmap 2. Tekstdocument 3. Toepassing

59 5.1 besstands gegevens blz 80 Opdracht 6 A) 30-6-2003 B) 30 – 6- 2003 C) 101 kb (het bestand dozen) 101 kb ( het bestand wonen)

60 5.2.1 Extensies blz 81 Opdracht 1 BRF- bestand

61 5.2.1 Extensies blz 82 Opdracht 4 A) De extensie HLP B) Windows Winhlp32-stub

62 5.2.1 Extensies blz 83 Opdracht 4 A) Tekst document B) Txt C) Kladblok (notepad)

63 5.2.1 Bestand openen (file open) blz 85 Opdracht 1 b) Tekst document

64 5.2.1 Bestand openen (file open) blz 85 Opdracht 2 B) Microsoft Word-document C) Microsoft Word ( of Wordpad)

65 5.2.1 Bestand openen (file open) blz 85 Opdracht 3 B) In de taakbalk

66 5.5.1 Op dezelfde schijf blz 88 Opdracht 2 d) Nee, de bestanden zijn verplaatst

67 5.5.1 Op dezelfde schijf blz 88 Opdracht 3 d) 2 Bestanden

68 5.6.2 Onaar een andere schijf blz 93 Opdracht 1 c) De map docent met de inhoud

69 5.6.2 Naar een andere schijf blz 93 Opdracht 5 b) in ieder geval de map Testmap1 ( met onderliggende map en bestanden0 en de lege map Testmap2 C) De mappen Testmap1 en Testmap2

70 5.7.2 Extentie van een bestand wijzigen blz 97 Opdracht 1 d) Notepad

71 5.8.1 Zoek naar bestanden en mappen blz 99 Opdracht 4 b) ?\Klas 1 ? \ Klas 2 of ?\ Klas 3

72 5.8.1 Zoek naar bestanden en mappen blz 99 Opdracht 7 E) ?

73 5.8.1 Zoek naar bestanden en mappen blz 100 Opdracht 9 e) ? F) De bestanden worden gesorteerd op basis van de locatie waar de bestanden aangemaakt zijn

74 5.8.1 Zoek naar bestanden en mappen blz 99 Opdracht 11 E) De bestanden: Teots Wonen Schuiven Space

75 5.8.2 Zoeken met jokertekens blz 101 Opdracht 4 e) de mappen Klas 1, klas 2, klas 3 f) Met gebruik van *: B.v. Honderd* Met gebruik van ?: B.v. ????????jarige

76 5.9 Eigenschappen(properties) van bestanden blz 102 Opdracht 3 a) 103.424 bytes b) Donderdag 20 Augustus 1998

77 5.9 Eigenschappen(properties) van bestanden blz 103 Opdracht 5 Read only (een Alleen lezen-bestand kan niet worden gewijzigd of verwijderd. Hidden ( een verborgen bestand kan niet gezien of gebruikt worden, als we de naam niet weten) Archieve ( door sommige toepassing wordt aan de hand van dit kenmerk bepaald of er een reservekopie moet worden gemaakt