De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

THEORETISCHE INLEIDING Cathy Matheï KU Leuven MSOC, Antwerpen.

Verwante presentaties


Presentatie over: "THEORETISCHE INLEIDING Cathy Matheï KU Leuven MSOC, Antwerpen."— Transcript van de presentatie:

1 THEORETISCHE INLEIDING Cathy Matheï KU Leuven MSOC, Antwerpen

2 Inhoud Wat verstaan we onder middelenmisbruik? Waarom verdient middelenmisbruik onze aandacht? Waarom krijgt het die niet? Wat is het huidige paradigma voor middelenmisbruik? Waarom zijn jongeren kwetsbaar voor middelenmisbruik?

3 7. NIAAA 2013. DSM-V vs DSM-IV 7 CriteriaDSM-IV Alcoholmisbruik DSM-IV Alcohol- afhankelijkheid DSM-V Stoornis in gebruik van alcohol Herhaalde problemen met justitie ✔ Falen om belangrijke taken die bij de eigen rol horen uit te voeren ✔✔ Herhaald gebruik in gevaarlijke situaties ✔✔ Doorgaand gebruiken ondanks sociale of persoonlijke schade ✔✔ Tolerantie ✔✔ Onthoudingsverschijnselen ✔✔ Meer/langer drinken dan bedoeld ✔✔ Landurige wens/niet succesvolle pogingen om te minderen/stoppen ✔✔ Veel tijd besteden aan verkrijgen, gebruik en herstel ✔✔ Belangrijke activiteiten worden opgegeven of verminderd ✔✔ Doorgaand gebruik ondanks lichamelijke of psyschische schade ✔✔ Hunkering (NIEUW!) ✔ DSM-V Stoornis met gradaties: 2-3: mild 4-5: moderate ≥6: severe

4 Alcoholgebruik kent een progressief verloop DRL selon l’OMS RISKANT GEBRUIK PROBLEMATISCH GEBRUIK ALCOHOL- AFHANKELIJKHEID GEMATIGD DRINKEN ONTHOUDER (primair of secundair) 5. VAD Dossier Alcohol 2009; 6. ASSIST Handleiding. Chronisch Situationeel Treatment Gap BINGE DRINKEN

5 Alcoholgebruik kent een progressief verloop DRL selon l’OMS RISKANT GEBRUIK PROBLEMATISCH GEBRUIK ALCOHOL- AFHANKELIJKHEID ONTHOUDER (primair of secundair) 5. VAD Dossier Alcohol 2009; 6. ASSIST Handleiding. Chronisch Situationeel Treatment Gap Niet meer dan 21 (M)/ 14 (V) standaardglazen per week Nooit meer dan 5 (M)/ 3 (V) standaardglazen per keer Minimum 2 alcoholvrije dagen/week BINGE DRINKEN

6 Alcoholgebruik kent een progressief verloop DRL selon l’OMS PROBLEMATISCH GEBRUIK ALCOHOL- AFHANKELIJKHEID GEMATIGD DRINKEN ONTHOUDER (primair of secundair) 5. VAD Dossier Alcohol 2009; 6. ASSIST Handleiding. Chronisch Situationeel Treatment Gap BINGE DRINKEN Gebruikspatroon dat het risico op schadelijke gevolgen verhoogt (kan zowel fysiek, mentaal als sociaal zijn) > 21 (M)/ 14 (V) standaardglazen per week

7 Alcoholgebruik kent een progressief verloop DRL selon l’OMS RISKANT GEBRUIK PROBLEMATISCH GEBRUIK ALCOHOL- AFHANKELIJKHEID GEMATIGD DRINKEN ONTHOUDER (primair of secundair) 5. VAD Dossier Alcohol 2009; 6. ASSIST Handleiding. Chronisch Situationeel Treatment Gap ≥ 6 (M)/ 4 (V) standaardglazen in een periode van 2 uur

8 Alcoholgebruik kent een progressief verloop DRL selon l’OMS RISKANT GEBRUIK ALCOHOL- AFHANKELIJKHEID GEMATIGD DRINKEN ONTHOUDER (primair of secundair) 5. VAD Dossier Alcohol 2009; 6. ASSIST Handleiding. Chronisch Situationeel Treatment Gap BINGE DRINKEN > 21 (M)/ 14 (V) standaardglazen per week Fysieke, psychologische en/of sociale problemen/schade

9 Alcoholgebruik kent een progressief verloop DRL selon l’OMS RISKANT GEBRUIK PROBLEMATISCH GEBRUIK GEMATIGD DRINKEN ONTHOUDER (primair of secundair) 5. VAD Dossier Alcohol 2009; 6. ASSIST Handleiding; 7. NIAAA 2013. Chronisch Situationeel BINGE DRINKEN DSM-IV 7 : 3 of meer criteria

10 Alcoholgebruik kent een progressief verloop DRL selon l’OMS RISKANT GEBRUIK GEMATIGD DRINKEN ONTHOUDER (primair of secundair) 5. VAD Dossier Alcohol 2009; 6. ASSIST Handleiding; 7. NIAAA 2013. Chronisch Situationeel Treatment Gap BINGE DRINKEN DSM-V 7 : 2 of meer criteria

11 Het biopsychosociaal model

12 MIDDEL MENS MILIEU 5. VAD Dossier Alcohol 2009; 22. NIDA 2010; 23. Nestler 2000.

13 Het biopsychosociaal model

14 Verslaving is een chronische ziekte Een chronische ziekte heeft een langdurig of permanent verloop dat varieert van persoon tot persoon in intensiteit en patroon. Kan leiden tot ernstige pathofysiologie, invaliditeit of vroegtijdige dood

15 Verslaving is een chronische ziekte

16 Relevantie + 10 % van populatie kampt met problematisch middelenmisbruik (uitgezonderd tabak!!!) Tabak en alcohol zijn causale factoren in ontwikkeling van een groot aantal zeer prevalente chronische aandoeningen Tabak en alcohol in top 10 doodsoorzaken

17 FOSSÉ THÉRAPEUTIQUE Alcoholafhankelijkheid in de Belgische populatie BELGEN (18-64j) KAMPEN MET ALCOHOL- AFHANKELIJKHEID 1 Mannen 5,4 % Vrouwen 1,9 % 228.900 Ongeveer 1. Rehm 2012.

18 Ooit gebruik in de Belgische algemene populatie Frequent vóórkomen van gebruik van middelen 85-93% ooit alcohol gebruikt 10-11% ooit cannabis 2-3% cannabismisbruik 1-2% cannabisafhankelijkheid 2% ooit cocaïne Aantal PWID tussen 15 en 54: + 20000

19 Gebruik van benzodiazepines in de Belgische populatie

20

21

22 FOSSÉ THÉRAPEUTIQUE Alcoholafhankelijkheid komt vaak voor maar wordt zelden gediagnosticeerd en behandeld WORDT EFFECTIEF BEHANDELD 3 8% BELGEN (18-64j) KAMPEN MET ALCOHOLAFHANKELIJKHEID 1 Mannen 5,4 % Vrouwen 1,9 % 228.900 WORDT GEDIAGNOSTICEERD 2 15% Ongeveer Treatment Gap i 1. Rehm 2012; 2. Mukherjee 2010; 3. Kohn 2004.

23 Treatment gap Ondanks beschikbaarheid van: Evidence based screeningsintrumenten Evidence based korte interventies Effectieve farmacotherapie Weinig of niet aangeboden in eerste lijn

24 4. VAD. Dossier Vroeginterventie 2007; 26. me-ASSIST. SCREENING + CASE FINDING KORT ADVIES / KORTE INTERVENTIE DOORVERWIJZING BEGELEIDING & OPVOLGING

25 Redenen om er geen aandacht aan te besteden 4. VAD Dossier Vroeginterventie 2007. Te weinig deskundigheid Tijdsgebrek Te gevoelig onderwerp om te bespreken Alcoholproblemen zijn voor de gespecialiseerde hulpverlening Patiënten stellen de vraag niet De impact van zulke interventies op verslaafden is klein

26 Hersens van adolescenten zijn nog in volle ontwikkeling

27 Ontwikkeling van het brein

28 Source: Paul Thompson, Ph.D. UCLA Laboratory of Neuroimaging

29 Deborah Yurgelon-Todd 2000. Jonge hersenen werken anders dan volwassen hersenen

30 Jonge hersenen verschillen van oudere breinen Alcohol en drugs hebben een andere impact op jonge breinen dan op volwassen Adolescent ratten zijn gevoeliger voor de geheugen en leerstoornissn dan volwassen ratten * Maar ze zijn minder gevoelig voor intoxicatie (motorische vaardigheden, sedatie) tgv alcohol* Beide factoren verhogen de kans op ontwikkeling van een alcoholprobleem

31 Ratten en nicotine Collins et al, Neuropharmacology, 2004, Levin et al, Psychopharmacology, 2003

32 DANK VOOR UW AANDACHT


Download ppt "THEORETISCHE INLEIDING Cathy Matheï KU Leuven MSOC, Antwerpen."

Verwante presentaties


Ads door Google