De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De resultaten van een kwalitatief onderzoek

Verwante presentaties


Presentatie over: "De resultaten van een kwalitatief onderzoek"— Transcript van de presentatie:

1 De resultaten van een kwalitatief onderzoek
Het welbevinden van leerlingen secundair onderwijs in de schoolsituatie De resultaten van een kwalitatief onderzoek

2 Inhoud Probleemstelling en doelstellingen Opzet en methodologie
Overzicht onderzoeksresultaten

3 Doelstellingen Meetinstrument voor welbevinden SO =vragenlijst
T.b.v. onderwijsinspectie CIPO-model: Context, Input, Proces en Output

4 demografische kenmerken, Dep. Ond. …
CIPO-model CONTEXT: demografische kenmerken, Dep. Ond. … INPUT PROCES OUTPUT : leerling-populatie, steun ouders, ervaring leraren… : leer- en vormings-proces op school- en klasniveau : cognitieve prestaties, welbevinden, spijbelgedrag,

5 Verloop onderzoek Literatuurstudie Panelgesprekken lln SO
Constructie en afname vragenlijst

6 Onderzoeksvraag WELKE BELEVINGSASPECTEN ZIJN VOLGENS LEERLINGEN RELEVANT VOOR HUN SCHOOLWELBEVINDEN? WAT HEBBEN JULLIE ALS LEERLINGEN NODIG OM JE GOED TE VOELEN OP SCHOOL?

7 Internationale aandacht
Drang tot humanisering Rechten van het Kind Verlenging van schooltijd Relatie tevredenheid-schoolprestaties Toenemende werkpresaties Gewijzigde maatschappelijke context

8 Onderwijsvisie in Vlaanderen
Kwaliteitszorg Leerlinggerichte visie: Zelfontplooiing en emancipatie Harmonische vorming Zorgverbreding Kansengelijkheid

9 Algemene uitgangspunten
Het concept welbevinden Het theoretisch kader

10 Schoolwelbevinden Positieve gevoelstoestand Harmonie: - omgeving
- behoeften en verwachtingen tav school

11 BASISBEHOEFTEN MASLOW
Fysiologische en lichamelijke Veiligheid Liefde en verbondenheid Zelfwaardering Zelfverwezenlijking

12 Theoretisch kader Maatschappij Vrije tijd DE MATE VAN WELBEVINDEN
Actueel Duurzaam Tevredenheid (oordeel) Zelfconcept Beleving (gevoel) Coping Gedrag Beheersingsoriëntatie Leerlingenkenmerken Thuis School Media Maatschappij

13 Opzet en methodologie van het onderzoek
De bijdrage van leerlingen via panelgesprekken De onderzoeksgroep 64 panels van 6 lln Verschillen mbt leeftijden, geslacht, onderwijsvorm, netten, schoolgrootte, ligging

14 Onderzoeksresultaten
De houding van leerlingen tegenover de school De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen De leraar als opvoeder Persoonskenmerken van de leraar De peergroup Schoolcultuur en -sfeer

15 De houding van leerlingen tegenover de school
Betrokkenheid ouders Houding: Cijfer- en gezelligheidscultuur Leergerichtheid en prestatiemotivatie

16 LL: ‘Goede punten hebben is zeer belangrijk
LL: ‘Goede punten hebben is zeer belangrijk. Die goede punten zijn niet mijn leven, maar als ik slechte punten heb dan voel ik me miserabel, ik loop daar een week niet goed van.’

17 De houding van leerlingen tov de school
Schoolkosten – uitstappen Diploma Studiekeuze: theorie – praktijk

18 LL: ‘t Hangt ook af van de richting waarin dat je zit
LL: ‘t Hangt ook af van de richting waarin dat je zit. Als dat echt iets is dat je graag doet, dat dat je eigen keuze is. Tenzij dat dat opgelegd is door iemand anders, denk ik dat je dat ook niet zo graag doet.’

19 De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen
Behoeften: Duidelijkheid Houvast Verwachtingen expliciteren Ruimte

20 Leraar: realisator van leeromgeving
Vakkennis Inspraak Leerinhouden, leerstof en vakken Authentieke situaties Boeiend Relevant en als zinvol ervaren Transfereerbaar Leerplan

21 LL: ‘Dat de lessen ook boeiend gemaakt worden en dat er ook eens tijd is voor een grapje. Of een keer iets anders dan gewoon een zuiver theoretische les. Door een keer uit te wijden over andere dingen. Zo een keer een verhaal daarbij vertellen over wat in de actualiteit gebeurd is.’

22 Leraar: realisator van leeromgeving
Huiswerk Slaap en hobby’s Spreiding Inhoud Variatie Didactische werkvormen Activerend Creativiteit en variatie Zelfstandigheid en bewegingsvrijheid Sfeer Groepswerk, dialoog, discussies…

23 Leraar als realisator van leeromgeving
Didactisch materiaal Variatie Boeiend Aansluiten op leerinhoud Niet verouderd Computer als leer- en werkinstrument Begeleiding Vragen kunnen stellen Signalen zien Vertrouwen

24 Leraar als realisator van leeromgeving
Waarderingssysteem Teveel examens en taken Evaluatie: geen doorzichtigheid Feedback: geen, te weinig of enkel negatief Weinig aandacht voor inspanning Schoolmoeheid, spijbelen, zittenblijven Gevoelens van frustratie, mislukking

25 De leraar als opvoeder Relationeel klimaat Machtscultuur Respect
Gelijkwaardigheid Authenticiteit Genegenheid Machtscultuur Hiërarchische machtsverhoudingen Nood aan regelduidelijkheid Orde en gezag, geen macht

26 LL: ‘Er zijn hier leraren van het principe: ik eis respect
LL: ‘Er zijn hier leraren van het principe: ik eis respect. Je kan respect niet eisen, respect moet je verdienen en dat gaat er bij sommigen niet in, en als je dat zegt zijn ze enorm kwaad’.

27 LL: ‘Wat ook wel belangrijk is, is dat je geen nummer bent of zo een nummer op de lijst, dus dat je met uw voornaam wordt aangesproken en niet met uw achternaam…’

28 LL: ‘Een goede leraar kan wel een strenge leraar zijn
LL: ‘Een goede leraar kan wel een strenge leraar zijn. Het is gewoon de kunst om de klas onder controle te houden. Je kan streng zijn maar zeer vlot overkomen. Dat vind ik de kunst van leraren eigenlijk. Een goede leraar zijn maar toch streng. En als je u aan de regels houdt, dan zijn er geen problemen’.

29 De leraar als opvoeder Leerlingenbegeleiding Hoge verwachtingen
Oplossen van problemen Luisterend oor Vertrouwen Begrip voor thuissituatie

30 LL: ‘Ze (de leraars) kijken naar wat er gebeurt, maar ze kijken niet naar de situatie die er achter steekt, en dat zouden ze meer moeten doen op school, een keer kijken wat echt bij de mensen aan de hand is...’

31 Leraar als opvoeder Waardeopvoeding Impliciete waardeoverdracht
Verschil in omgang: geslacht, leerprestaties, leeftijd, de thuissituatie, etnische afkomst, uiterlijk, onderwijsvorm Systeem van straf en beloning: Niet inconsequent Niet onzeker Geen machtsvertoon Enthousiaste houding

32 LL: ‘De lerares is echt zo vol leven, die zit daar niet zo saai op haar stoel, bijna in slaap vallend. Die zit vol energie en dat straalt ze ook uit. En als je zo iemand voor u hebt, dan trek je je daar aan op en dan begin je met enthousiasme aan de les. Ze is gewoon een levendig mens’.

33 LL: ‘Problemen worden niet opgelost met straf te geven’.

34 Persoonskenmerken Fysieke verschijning en houding van de leraar
Verplaatsen in de klas Stemgebruik Leeftijd tov ingesteldheid Geslacht

35 LL: ‘Je hebt ook leraren die staan daar dan een beetje te mompelen… Zo dat je niet eens weet dat ze tegen u bezig zijn en dan denk je van ‘zou die iets gezegd hebben tegen mij?’ En dan zucht de leraar zo eens en denkt hij waarschijnlijk van “zo iets simpel, hoe kan hij dat nu niet weten”!’

36 De peergroup Vrienden en groepsgebeuren: - Samenzijn
- Vertrouwen en steun - Plagen en pesten - Erbij willen horen

37 LL: ‘Het is beter dat je met elkaar overeenkomt dan dat je elkander niet kan uitstaan, dan is het ook niet plezant in de klas, dan zit er daar een groepje en daar een groepje’.

38 Schoolcultuur en -sfeer
Zie ook voornoemde thema’s Directie en schoolteam Bewaker van regels Begrip en respect Regels Te veel Vrijheid Geweld en drugs: nood aan regels Leerlingenraden Accomodatie Net en onderhouden Voldoende middelen Conclusie Verschillende punten die in de panelgesprekken aan bod kwamen, refereren aan de schoolcultuur en -sfeer. Deze schoolcultuur en -sfeer worden in sterke mate bepaald door de manier waarop het schoolteam en de directie met de leerlingen omgaan. Hierbij is reeds een belangrijke rol voor de individuele leraar weggelegd daar hij een niet geringe invloed uitoefent op de sfeer in de klas. Niettegenstaande de directeur door bijna alle leerlingen gezien wordt als bewaker van de regels die op school gelden, zouden ze het op prijs stellen indien ze ook met hun problemen bij hem terecht zouden kunnen. Toch merken de meeste leerlingen tijdens hun beperkte contacten met de directeur, dat hij op dit gebied zelden aan hun verwachtingen voldoet en kunnen ze zijn oplossingsstrategieën meestal niet waarderen. De leerlingen verwachten niet alleen van de leraren meer ook van de directie dat ze zouden handelen vanuit een houding van begrip en respect voor hun eigenheid. Positieve en persoonlijke contacten met het volledige schoolteam maar ook met de medeleerlingen maken een aangenaam klimaat mogelijk en komt de schoolbeleving ten goede. Enerzijds vinden alle leerlingen dat er te veel regels van kracht zijn. Ze willen meer vrijheid, minder verplichtingen en hebben negatieve ervaringen met sancties die gelden. Deze vaststelling valt echter te nuanceren daar ze bij geweld, wat een gevoel van onveiligheid opwekt, de nood aan regels toch wel inzien om een positieve schoolbeleving te kunnen garanderen. Anderzijds stellen de leerlingen het wel op prijs en merken we een verhoogde betrokkenheid wanneer hun mening over schoolse aangelegenheden gevraagd wordt. Het oprichten van leerlingenraden alleen volstaat echter niet, er moet ook effectief rekening gehouden worden met hun inbreng. Heel kort werd er gewezen op het belang van een aangename omgeving die er net en onderhouden uitziet als voorwaarde om zich goed te kunnen voelen op school. Daarom is het voor de scholen aan te raden de nodige middelen te voorzien die hen in staat stellen noodzakelijke veranderingen uit te voeren.

39 LL: ‘Er zijn geen twee dezelfde scholen
LL: ‘Er zijn geen twee dezelfde scholen. Ze zeggen: ASO is streng en in TSO vechten ze, maar het hangt af van de omgeving en van de mensen op school.’ Schoolcultuur en –sfeer Enkele leerlingen ervaren soms een sfeer op school die ze moeilijk onder woorden kunnen brengen. Ze spreken vaag over een bepaalde ‘mentaliteit’ op school of over het imago van de school naar de buitenwereld toe. Voor verschillende leerlingen hebben het schoolteam en de directeur een richtinggevende rol respectievelijk voor het school- en klasklimaat. Een persoonlijke en op respect gebaseerde benadering wordt door de leerlingen verkozen. Dat bij leerlingen elementen als zorgverbreding, actieve participatie en emancipatie, eigen aan een leerlinggerichte schoolcultuur, de voorkeur geniet, konden we reeds afleiden uit de hiervoor geformuleerde besluiten. Aan de directeur worden door de leerlingen van de panelgesprekken hoge eisen gesteld omtrent zijn mogelijkheden om hen te helpen bij persoonlijke problemen. Toch geven leerlingen aan dat ze op dit punt in hem teleurgesteld zijn. De momenten waarbij sommige leerlingen wel contact met hem hebben zijn bij orde- en tuchtaangelegenheden. Wanneer leerlingen het gevoel hebben zichzelf te mogen zijn (cf. hun kledij) en ervaren dat hun mening en inbreng erkend en gewaardeerd wordt, bijvoorbeeld via participatieraden, beleven ze meer positieve gevoelens. Dit strookt met het gegeven dat wanneer leerlingen het gevoel hebben dat hun behoeften en verwachtingen enerzijds en de eisen van de school anderzijds tegenstrijdig zijn, ze minder graag naar school komen (cf. de omschrijving van het welbevinden van leerlingen ten aanzien van de school). Mogelijke gevolgen van deze negatieve gevoelens zijn dat leerlingen spijbelen, de school verlaten of ordeverstorend gedrag vertonen (van der Veen, 1989). De huisvestingssituatie, waaronder de uitstraling van de school zijn voor sommige leerlingen ook belangrijk voor hoe ze de school beleven. Hun inspraak in het uitzicht van de gebouwen is een weinig of niet gestelde verwachting, de meeste leerlingen willen enkel in een goed onderhouden school vertoeven. Een andere minder voor de hand liggende eis is een goede kwaliteit van het eten. De door Schuurman (1984) gesuggereerde intermediaire rol die de socio-culturele en economische achtergrond van de leerlingenpopulatie speelt in verband met de onderwijsvorm en schoolwelbevinden, kunnen we op basis van de panelgesprekken niet met zekerheid bevestigen. Dit was ook niet de focus van ons onderzoek. Toch formuleren we enkele bedenkingen bij de rol die de thuissituatie speelt bij het schoolwelbevinden. Wanneer leerlingen thuis geconfronteerd worden met problemen, dan laat dit zich ook voelen op school. Leerlingen gaan zich anders gedragen wat soms stuit op onbegrip van het lerarenteam. Het gevolg hiervan is een negatieve schoolbeleving. Leerlingen staan soms onder grote druk van hun ouders. Enerzijds is de interesse van thuis in het schoolgebeuren belangrijk om zich goed te voelen op school, maar anderzijds werkt de inmenging van de ouders bij de keuze van de studierichting bij veel leerlingen in de omgekeerde richting. Sommige leerlingen staan ook onder druk omwille van financiële redenen. Hoewel slechts enkele leerlingen rapporteren dat zij omwille van financiële overwegingen hun studierichting hebben gekozen, spelen de financiële eisen van de school mee in het achterhoofd van een relatief groot aandeel van de leerlingen. Deze eisen hebben betrekking op het schoolmateriaal, de uitstappen of andere supplementaire activiteiten.

40 De dag- en weekplanning
Concentratieproblemen, oplossing: - Minder les, bijv. woensdag - Sport (cf. Amerika) - Studie: leertaken op achtergrond - Routine doorbreken: uitstappen - Voldoende nachtrust

41 LL: ‘Ik vind dat er tussen de lessen iets moet zitten waarbij iedereen een keer ontspant. Is dat een film, is dat een uitstap, is dat om het even wat, gewoon dat het niet altijd met die les te maken heeft. Als het maar een keer iets anders is. En dat gebeurt hier veel te weinig!’


Download ppt "De resultaten van een kwalitatief onderzoek"

Verwante presentaties


Ads door Google