Download de presentatie
1
Begrippen omtrent vorm
2
Beeldvlak Alles binnen een afgetekend kader…
Of alles binnen de randen van het tekenvel, doek, o.i.d.
3
Contour Omtreklijn Silhouet
4
Dynamisch Dynamiek wordt gesuggereerd door schuine richtingen
Statisch schilderij door accent op horizontale en verticale richtingen.
5
Kader Zie beeldvlak… Zie beeldvlak… Maar ook… En ook…
6
Patroon Naaipatroon (werktekening) Twee voorbeelden van patronen
Bij de onderste is er sprake van een verloop van blauw naar rood. Bij de bovenste is er geen aanwijsbaar begin en eind en spreek je van een rapport.
7
Plastiek Dit reliëf is een voorbeeld van een niet-plastisch beeld.
Het is vrij plat en gemaakt om alleen van de voorzijde te bekijken. Ruimtelijke vormgeving. Het is vanaf alle kanten te beschouwen.
8
Restvorm In dit schilderij van Matisse zijn de restvormen (blauw en groen) vrijwel gelijkwaardig aan de eigenlijke vormen (de dansers).
9
Silhouet
10
Statisch Statisch schilderij door accent op horizontale,
verticale richtingen en symmetrie. Dynamiek wordt o.a. gesuggereerd door schuine richtingen
11
Vlak Een tweedimensionale vorm, zowel gebruikt als zelfstandig en als bijvoeglijknaamwoord. Zie boek.
12
Vorm Organisch Geometrisch Hoekig Rond Open Gesloten Onregelmatig
13
Vormcontrast
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.