Piratenquiz… Schip ahoy!.

Presentatie over: "Piratenquiz… Schip ahoy!."— Transcript van de presentatie:

1 Piratenquiz… Schip ahoy!

2 Ronde 1: meerkeuzevragen
3 antwoorden: A, B, C Afspraken: Fluisteren Niet rondkijken of afluisteren Stil zijn wanneer dat gevraagd wordt Bordje te laat omhoogsteken: geen punten

3 Vraag 1: Mag ik mijn ogen openen onder water?
Neen, dan kan je blind worden! Ja, maar je moet ze daarna spoelen. Ja, je moet gewoon eens knipperen.

4 Vraag 1: Mag ik mijn ogen openen onder water?
Neen, dan kan je blind worden! Ja, maar je moet ze daarna spoelen. Ja, je moet gewoon eens knipperen.

5 Vraag 2: Kan de zee bevriezen?
Neen, de zee is te groot. Ja, dat is al eens gebeurd. Neen, zout water kan niet bevriezen!

6 Vraag 2: Kan de zee bevriezen?
Neen, de zee is te groot. Ja, dat is al eens gebeurd. Neen, zout water kan niet bevriezen!

7 Vraag 3: Kan ik de zee horen, wanneer ik mijn oor tegen een schelp houd?
Ja, want een schelp komt uit de zee. Neen, dat is het geruis van je oor. Bij sommige schelpen wel, anderen niet.

8 Vraag 3: Kan ik de zee horen, wanneer ik mijn oor tegen een schelp houd?
Ja, want een schelp komt uit de zee. Neen, dat is het geruis van je oor. Bij sommige schelpen wel, anderen niet.

9 Vraag 4: Zijn schelpen altijd leeg?
Ja, schelpen zijn grote zandkorrels. Neen, normaal zitten er diertjes in. Ja, schelpen zijn sierraden/juwelen van de zee.

10 Vraag 4: Zijn schelpen altijd leeg?
Ja, schelpen zijn grote zandkorrels. Neen, normaal zitten er diertjes in. Ja, schelpen zijn sierraden/juwelen van de zee.

11 Vraag 5: Hoe groot kan de orka worden?
5-6 meter 9-10 meter 13-14 meter

12 Vraag 5: Hoe groot kan de orka worden?
5-6 meter 9-10 meter 13-14 meter

13 Vraag 6: Gaat een zeester dood als hij een arm verliest?
Ja Neen, hij leeft verder met vier armen. Neen, er groeit een nieuwe aan.

14 Vraag 6: Gaat een zeester dood als hij een arm verliest?
Ja Neen, hij leeft verder met vier armen. Neen, er groeit een nieuwe aan.

15 Vraag 7: Waarom spuit een walvis water uit zijn kop?
Omdat ze anders niet kunnen ademen. Om mensen op zee bang te maken. Zo plassen ze.

16 Vraag 7: Waarom spuit een walvis water uit zijn kop?
Omdat ze anders niet kunnen ademen. Om mensen op zee bang te maken. Zo plassen ze.

17 Vraag 8: Slapen vissen? Ja, iedereen slaapt.
Neen, heb jij al ooit een vis met zijn ogen dicht gezien? Neen, vissen rusten gewoon.

18 Vraag 8: Slapen vissen? Ja, iedereen slaapt.
Neen, heb jij al ooit een vis met zijn ogen dicht gezien? Neen, vissen rusten gewoon.

19 Vraag 9: Hoe ontstaan golven?
Door de walvis die een windje laat. Door de wind. Door de boten.

20 Vraag 9: Hoe ontstaan golven?
Door de walvis die een windje laat. Door de wind. Door de boten.

21 Vraag 10: Mag ik een mossel die ik op het strand vind opeten?
Neen, die zijn dood. Je moet mosselen vers kopen. Ja, heerlijk! Neen, die leven nog.

22 Vraag 10: Mag ik een mossel die ik op het strand vind opeten?
Neen, die zijn dood. Je moet mosselen vers kopen. Ja, heerlijk! Neen, die leven nog.

23 Kan jij lopen als een echte piraat?
Pauze! Kan jij lopen als een echte piraat?

24 Ronde 2: wie is het? 3 zeedieren en 3 schelpen opzoeken op een kaart
Afspraken: Overleggen in groep Stil zijn wanneer dat gevraagd wordt Antwoord tonen wanneer wij komen kijken

25 Vraag 1: Ik ben een zeedier.
Ik ben doorzichtig en kan gif spuiten als je op mij trapt. De meeste mensen hebben schrik van mij.

26 Een kwal

27 Vraag 2: Ik ben een zeedier.
Ik heb meestal een rode kleur, maar ben geen kreeft. Ik heb twee scharen dus let goed op je vingers als je mij tegenkomt!

28 Een krab

29 Vraag 3: Ik ben een zeedier.
Ik zie er niet uit als een gewone vis, maar leef toch in het water. Mijn naam begint dan ook met ‘zee-‘. Ik heb geen vinnen, maar wel een mooi gekrulde staart. Ik zwem rechtop en heb verschillende kleuren.

30 Een zeepaardje

31 Vraag 4: Ik ben een schelp.
Ik ben langwerpig en meestal bruin van kleur. Aan de zijkanten ben ik heel scherp, zo scherp als een mes.

32 Een mesheft of zwaardschelp

33 Vraag 5: Ik ben een schelp.
Ik heb een zwarte kleur en het diertje dat in mijn schelp zit, eten de meeste mensen heel graag. Mijn naam bestaat uit 6 letters.

34 Een mossel

35 Vraag 6: Ik ben een schelp. Ik heb vaak verschillende kleuren.
Als je over mij wrijft, voel je allemaal ribbeltjes. Je vindt er duizenden van mij op het strand.

36 Een kokkel

37 Ronde 3: juist of fout? 10 vragen A = Juist B = Fout Afspraken:
Fluisteren Niet rondkijken of afluisteren Stil zijn wanneer dat gevraagd wordt Bordje te laat omhoogsteken: geen punten

38 Vraag 1: Een spons waarmee je je wast, is eigenlijk een zeedier.

39 JUIST!

40 Vraag 2: Een zeester heeft vijf armen.

41 JUIST!

42 Vraag 3: Zeekatten bestaan wel, zeehonden niet.

43 FOUT! Ze bestaan allebei:

44 Vraag 4: Zeewater smaakt zoet.

45 FOUT! Zeewater smaakt zout.

46 Vraag 5: Een zeepaardje is een vis.

47 JUIST!

48 Vraag 6: Er kunnen geen planten groeien op het strand.

49 FOUT! Op de duinen zie je vaak planten en onkruid groeien.

50 Vraag 7: Bij vloed trekt de zee weg van het strand.

51 FOUT! Bij vloed komt de zee dichter naar het strand, bij eb trekt de zee weg van het strand.

52 Vraag 8: In zee vind je ook planten.

53 JUIST! Denk maar aan zeewier en koralen.

54 Vraag 9: Een duin is eigenlijk een zandheuvel.

55 JUIST!

56 Vraag 10: Als je een plank in de zee gooit, zal die zinken.

57 JUIST! Hout blijft drijven op water.

58 FANTASTISCH! Wat zijn jullie geweldige piraten!!