Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdEsther Visser Laatst gewijzigd meer dan 9 jaar geleden
1
A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z A 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 0 OE OO O A AA E EE I IE UU U EU EI AU UI OE iegie aga oegoe iehie aha oehoe iegie iesie asa oesoe iewie awa oewoe iesie iefie afa oefoe iejie aja oejoe iefie iezie aza oezoe iesjie asja oesjoe iezie ievie ava oevoe ienjie anja oenjoe ievie hied hid heed hed huud hud heud haad hied hoed hood hod had heid houd huid hoed
2
Nou, 't klassieke verhaal heet natuurlijk: 'n Zomer aan zee. Als ik 't wel heb is dat 'n verhaal van Roland Holst, hè. Daarin is 't water op mijn situatie wel van toepassing, maar de zee alleen niet. Je kan beter zeggen: 'n Zomer op 't IJsselmeer en daar aansluitend op de waddenzee.
3
Nou, hoe stel je je dat voor hè. Je komt in Schardam aan. Daar ligt 'n bootje. Dat stouw je vol. Je hoopt dat 't goed weer is. Meestal is dat niet het geval hè. Je vaart de haven uit en binnen zeven minuten dan lig je op koers.
4
Dat is heel eenvoudig. Je zet Charlie namelijk aan de helmstok. Er mochten weliswaar geen namen genoemd worden, maar Charlie is de naam van de automatische stuurinrichting. En de klassieke naam voor 'n schip wat onder besturing van zo'n apparaat steeds maar doorgaat is: "Met Charlie aan de helmstok".
5
Dat gaat dus goed totdat je vlak bij Enkhuizen bent. Daarna moet je één: Charlie buiten werking stellen; Twee: Alle zeilen weer binnenboord halen; Drie: De buitenboordmotor in 't water zetten en kijken of ie start.
6
Dat is altijd 'n buitengewoon spannend ogenblik, want 't is zeker niet onmogelijk dat zo'n ding 't niet onmiddellijk doet. Nou, hoe kan dat nou komen hè? Als 't 'n klein beetje waait dan slingert zo'n scheepje toch wel heel aardig en dan loopt precies alle benzine uit de carburator en dan ben je in de praktijk wat te gehaast om dat ding weer aan te krijgen. Dan moet je even geduld hebben dat als je zo'n ding aantrekt, ook je 't zuigertje gelegenheid geeft om wat benzine aan te zuigen.
7
Goed, na verloop van tijd hè doet zo'n ding het meestal wel hè en kom je keurig netjes weer met de zeilen opgerold op 't sluiscomplex aanvaren, waarbij je dan hoopt dat je direct kan doorvaren. Dat laatste is helaas in Nederland in 't hoogseizoen althans zeker niet het geval. Ook op 't water treden daar helaas grote files op; 't Zij zo, 't zij zo.
8
Nou, is dat helemaal niet zo erg, als je alles maar in grote rust kan doen. Ik vaar in de praktijk meestal in m'n eentje en dan is die rust toch wel eens wat moeilijk te vinden. Zeker als je naast een of ander vrachtschip moet komen te liggen, terwijl 't vrachtschip nog niet helemaal afgemeerd ligt.
9
Dan zie je 'n sluiswachter die driftig wenkt van: Kom maar naar voren, daar kun je nog wel tussen. Je ziet dat schip 'n beetje bewegen en je denkt: Nou, ik hoop dat 't niet te veel naar de kademuur gaat want dan word ik gekraakt en dat kraken van mijn bootje zal niet zo verschrikkelijk moeilijk zijn. Omdat dat in ieder geval 'n houten scheepje is 't zal ook heel mooi kraken als 't gekraakt wordt, denk ik.
10
Goed, de bekende perikelen van de sluis zijn genomen en ik bevind mij daarna op het noordelijk deel van 't IJsselmeer. Wat doe ik dan? Nou, dat is vanaf Enkhuizen gaan. Heel eenvoudig: Ik zet Charlie op: Pal noord varen. Als ik dan voldoende lang wacht en pal noord gevaren ben, ben ik eerst aan de stuurboordzijde Staveren voorbijgekomen, vervolgens Hindeloopen voorbijgekomen. Ik heb 't gemaal in Makkum gezien en kom ik bij Kornwerderzand aan.
11
De planning moet natuurlijk wel 'n beetje correct zijn. Want als ik bij Kornwerderzand door de sluis ben gegaan, dan kom ik op 't wad en dan wil ik naar één van de waddeneilanden toe. In ieder geval direct naar de eilanden en niet naar Harlingen. Waarom moet de timing dan correct zijn? Wel, als ik met mijn bootje op 't wad vaar en ik heb stroom tegen maar bijvoorbeeld wind mee dan blijf ik nog precies stil liggen. Dat schiet dus niet zo verschrikkelijk op.
12
Daartoe pak je keurig netjes 'n gidsje uitgegeven door de hydrografische dienst hè waarin 't tabelletje staat van de hoog- en laagwaterstanden. En je zorgt er dus voor dat je, op 't ogenblik als jij in Kornwerderzand aangekomen bent, vlak voor of op hoogwatertijd aanwezig bent. Je gaat de kom uit. Je trekt de zeilen op hè. En je vaart dus eigenlijk permanent met de stroom mee, hopelijk ook met 'n redelijk gunstige wind, het wad op.
13
Nou, dan heb je 'n tweekeuze mogelijkheid. Eén: Ik kan richting Harlingen gaan om daarna de koers te volgen die de veerboot volgt. Dat heet: Langs de oude Pollendam, de Oostmeep en vervolgens kom je dan vlak voor Terschelling uit. Ik kan ook - en dat is 'n veel aantrekkelijkere route - vanuit Kornwerderzand gelijk 'n stukje afsnijden.
14
Dan kom ik op de Oude Inschot uit. Dat is 'n tamelijk smal vaarwater, waarin in ieder geval één wantij zit. Maar omdat je met hoogwater vanuit Kornwerderzand vertrokken bent, is het niet zo verschrikkelijk moeilijk om daar overheen te komen. Dan kom je, als je 'n uur of drie, vier vijf ongeveer vaart, vanzelf weer uit op 't punt waar de veerboot ook uitkomt.
15
Dat is 'n buitengewoon onaangenaam treffen, die twee waters bij mekaar. Want daar is 't in de eerste plaats onrustig omdat twee verschillende stromingstypen elkaar treffen. En wat nog onaangenamer kan zijn: Als de veerboot er zelf ook nog eens 'n keer aankomt.
16
Iedere veerbootkapitein schijnt 't namelijk leuk te vinden om tamelijk dicht langs 'n zeilbootje te varen. Nou, ik kan mij voorstellen dat ze dat leuk vinden om de toeristen die aan boort zijn, vanuit heel hoog, op zo'n klein notendopje te laten kijken. 't Nare waar ik mee te maken heb is dat, als ik bijvoorbeeld wat drinken in de kajuit op 'n tafel heb staan en de veerboot komt eraan, dat de golf die dat ding produceert dusdanig groot is dat alle troep die op tafel staat door mijn hele kajuit heen slingert. Dat betekent: Er bevinden zich na aankomst bij de eilanden meestal onder de buikdenning toch wel wat hoeveelheden melk dan wel hoeveelheden pompelmoentje - wat ook tijdens het varen mijn favoriete drank is waarmee ik te maken heb.
17
Prima. Terschelling is leuk. Dat is als je hè de veerboot direct achterna zou varen. Wat nog leuker is, is om naar Vlieland te gaan. Daartoe moet je eerst 'n stukje - heel klein stukje eigenlijk - de Noordzee op. Dat heet dan: "Om de Oude Richel heen". Op de Vliestroom kom je dan terecht. Dat is 'n smal vaarwater met 'n buitengewone grote stroomsnelheid. En vanuit dat vaarwater moet je dan letterlijk 't haventje van Vlieland induiken.
18
Nou, 't is altijd al lullig om op 'n stromend water 'n juiste richting te kiezen. Want ga ik diagonaalsgewijs op de stroom liggen, dan treden er natuurlijk twee componenten op. Eén component waardoor mijn bootje naar de wal wordt gedrukt en eentje waardoor ik nog 'n beetje vooruit ga, onder de aanname dat m'n motor aanstaat danwel ik wind in de zeilen heb.
19
't Is dus leuk om 't zo uit te mikken dat je precies goed bij de haveningang uitkomt en dat merk je onmiddellijk aan het roer. Als je dan uit de stroming bent, dan treden er verandering van krachten op. En dan heb je letterlijk het gevoel: Ik ben in de veilige haven binnengekomen. Is altijd 'n heel aardig ogenblik hè, want dat betekent dat je twee - voor mij twee of drie dagen - vertier zal tegenkomen.
20
Wat voor type vertier? Ach wel, dat is uiterst eenvoudig. Je legt aan. Je rent naar de dichtstbijzijnde fietsenboer en je huurt daar 'n fiets. Dan kun je over 'n eilandje rijden. Nou ja, 'n primitiever genoegen bestaat niet. Maar 't is wel leuk dat je daardoor 'n voortreffelijke actieradius hebt en 'n snelheid die precies past hè bij de grootte van zo'n eiland hè. Wat ik dan ook doe is 'n stukje fietsen als 't mooi weer. Zet je die in 'n duinpannetje en loop je naar zee toe en duik je de zee in en ga je weer terug als 't wat minder mooi weer is.
21
Dat heb ik vorig jaar voor 't eerst gedaan en dat vond ik toch ontzaggelijk leuk was 't volgende. Ik kwam 'n paardenverhuurbedrijf tegen en 't was toch lelijk weer. Toen dacht ik: Kom, ik heb nog nooit op 'n paard gezeten, maar paardrijden lijkt mij toch ook zeer attractief.
22
't Bleek dat je daar kon inschrijven voor tochtjes die voor ook beginnelingen werden georganiseerd. Nou, 'r is een of andere ouwe lul; Die werd d'r op 'n paard gezet en die werd natuurlijk omringd hè door allerlei meisjes tussen de twaalf en de vijftien jaar, die tegenwoordig zo weg zijn van de paardjes en die zonodig paardjes moesten borstelen.
23
Nou, onder die condities heb ik mijn eerste paardrijlessen gehad. Ik moet zeggen dat ik dat hartstikke leuk vond om op zo'n beest hè door de duinen en door de bossen op Vlieland 'n tochtje te maken. In ieder geval heeft mij dat 't volgende enthousiasme opgeleverd dat ik voornemens ben - 't is 'r helaas nog niet van gekomen - dat ik voornemens ben om tenminste twintig tot vijfentwintig paardrijlessen te nemen, zodat ik op 't strand ook kan galopperen met die dingen en dat je 's lekker met zo'n beest door 't water kan plensen. Nou dat is werkelijk, ik vond 't 'n hele welkome uitbreiding van 't vertier wat 'n waddeneiland je kan bieden.
24
Goed, als je dus op 't ene waddeneiland uitgekeken bent, dat ben ik in de praktijk na twee of drie dagen al hè, dan zet je koers naar het volgende. 't Is erg makkelijk gezegd om koers te zetten naar, want je moet 't wel even serieus voorbereiden. Ik moet de kaart bekijken. Ik moet de boeien uit 't hoofd leren. 't Kan namelijk zo zijn dat de weersomstandigheden dusdanig zijn, dat ik geen tijd heb om op de kaart te kijken. Aangezien ik in m'n eentje ben zou 't dus misgaan als ik die niet uit m'n hoofd ken.
25
Je moet ongeveer 'n schatting maken van de tijd die je nodig hebt om tot 'n wantij en dus ook over 'n wantij te komen. Nou, dat gaat bijvoorbeeld buitengewoon makkelijk als je vanaf Vlieland naar Terschelling gaat. 't Gaat ietsje moeilijker als je van Terschelling naar Ameland wil, maar dat lukt wel. 't Gaat altijd mis - ik mis tenminste altijd één wantij - als ik direct vanaf Ameland naar Schiermonnikoog toe wil. Hoe komt dat. Wel, achter Ameland is een wantij waar ik wel overheen kan en de techniek die je dan toepast is de volgende.
26
Je komt ongeveer twee uur voor hoogwater daar aan. Je laat je vastlopen. Moet 't dus niet te wild weer zijn. 't Water stijgt en hobbel je vanzelf over 't wantij heen hè. Maar dat kost je natuurlijk wel twee uur. Die twee uur die ben ik dan precies kwijt hè om in Schiermonnikoog te kunnen aanlopen.
27
Aanlopen in Schiermonnikoog is namelijk tamelijk bijzonder. Daar kun je alleen op de top van hoogwater komen. Als je met laagwater daar aankomt, dan staat 'r ongeveer water in de havenmonding tot op enkelhoogte. Nou, dat is dus onmogelijk. Als ik 'r doorvaar dan staat 'r ongeveer één meter vijftig water hè. Dus ik moet wel zorgen dat ik één meter vijftig tenminste heb. Want anders dan kom ik of voor Schier plat te liggen - dat is niet zo geslaagd met mijn scheepje - of ik kom überhaupt niet over de drempel bij de haven binnen.
28
Die tweede wantij, die heb ik slechts één keer in mijn leven precies weten te halen. Als dat dus mislukt wat moet je doen? Nou, je rekent uit of 't goed gaat of niet. Meestal gaat 't dus niet goed en dan moet ik uitwijken naar Lauwersoog. Dat is helemaal niet zo erg. Dat is ongeveer twee uur varen en dan ga ik in de buitenhaven liggen. Kan ik overnachten en dan kan ik 's ochtends met 't eerstvolgende - als de tijd tenminste gunstig is - opkomende tij binnendoor - eigenlijk ook weer door 'n geul - naar Schier gaan.
29
Schier heeft voor mij dezelfde attractie als Vlieland heeft. Waarom 't is 'r rustig? 't Is 'r autovrij. Autovrij betekent dat de inwoners zelf wel met 'n auto rijden, maar dat de bezoekers niet met 'n auto rijden. Op de fiets of te voet of te paard of wat ook.
30
Je komt daar 'n apart publiek tegen. Natuurlijk erg gericht op attracties die de natuur te bieden heeft. Maar de gehele sfeer die dat met zich meebrengt is toch wel buitengewoon leuk.
31
Voor Schier was er voor mij 't afgelopen jaar ook nog 'n aardigheidje aan de hand. Ik was in 'n stamboom tegengekomen dat 'n naamgenoot van mij zo'n honderd jaar geleden op 't kerkhof van Schier begraven moest zijn. Die meneer die is daar ooit arts geweest op Schiermonnikoog en die gaf op Terschelling in die tijd lessen op de zeevaartschool. Ik ben toen op 'n slechte dag naar 't gemeenteregister gegaan. Heb volledig inzicht gekregen in de administratie die met 't kerkhof gemoeid was. 't Plekje is teruggevonden. En - zo ja - op zijn grafsteen waren de initialen nog te herkennen, zodat ik nu ook weet dat - als ik op Schier aankom - er 'n stukje voorgeschiedenis van mij daar ook te vinden is.
32
Goed vanaf Schier, wat moet je dan verder? Nou ja, je kunt 'n stapje verder gaan. 't Is dan erg leuk om bij mooi weer naar Borkum toe te gaan. Kwa zeiltocht is dat heel attraktief. 't Beste wat je kan doen is daar buitenom gaan, maar je kunt ook binnendoor gaan. Binnendoor heeft wat aardigs omdat je dan in de buurt van Sint Pietersburen komt. Bij Pietersburen, daar weet iedereen, hebben we de zeehondencreche hè. En de zeehonden zijn daar zo gewend aan de mensen, dat als je daar vaart er regelmatig aan de linker - en de rechterkant van jou 'n kopje boven water komt om even te kijken of de schipper zich wel netjes gedraagt.
33
Als je daar aan 't roer zit - dat is verschrikkelijk leuk als je met laagwater daardoor vaart - dan hoef je niet eens op die kopjes te letten. Als je dan 'n beetje geluk hebt, dan zie je inderdaad zo'n clubje van vijf of acht zeehonden op 'n plaat zich daar koesteren in hopelijk 'n heerlijke zon. Dat geeft, vind ik, zo'n omgeving toch wel 'n bijzonder cachet. Je hebt in ieder geval 't gevoel van dat je in 'n stukje natuur bezig bent.
34
Ongerept kun je niet zeggen hè. Want je ziet altijd nog wel een of andere kokkelvisser tekeer gaan. Maar in ieder geval 'n natuurgebied wat zeer de moeite waard is.
35
Nou, iets wat voor mij vakantie op 't wad ook attraktief maakt is het ruiken van zout water. Dat brengt aparte vegetatie met zich mee, dat brengt ook aparte geuren met zich mee. Dat zijn dingen die je op 't IJsselmeer absoluut niet tegenkomt. Kenmerk daarvan is bijvoorbeeld: Op de eilanden is 't heel leuk dat als je in 't brakwatergebied loopt. Meestal is dat dus op de grens van de polders en de kwelders, heten dat geloof ik, aan de zuidkant van de eilanden, dat je daar die prachtige bosjes lamsoor tegenkomt. 'n Beschermd plantje, ik weet 't. 't Eerste wat ik dan ook doe is 'n snoeitangetje meenemen en 'n voortreffelijk bosje lamsoor eraf knippen en dat komt bij mij 't hele jaar door, vervolgens gedroogd, in de kajuit te hangen.
36
Dat is al jarenlang vaste prik, ondanks 't feit dat 't dan 'n mooie beschermde plant is. 't Blijkt overigens wel zo te zijn dat de lamsoor die ik dan tegenkom en de plekken waar ik 't knip, dat 't geen problemen oplevert om dat bosje eraf te knippen. Want ieder jaar vermeerdert de lamsoor zich op de plekken hè waar ik mijn bescheiden snoeiwerk heb verricht.
37
Die lamsoor, die kom ik helaas alleen niet tegen op Borkum. Borkum is 'n krankzinnig Duits badgasteneiland. Heeft helemaal 't karakter van 'n kurort. 't Is niet leuk - naar Hollandse maatstaven - om daar aan te komen. Althans met 'n zeilbootje. De gewone stranden zijn moeilijk te bereiken. Die zijn allemaal verhuurd aan echte badgastjes en mensen die, voor weet ik niet wat voor gezondheidsoverweging, daar 'n straal zon komen op te pikken.
38
Wat mij betreft hè zou je dus gewoon veel beter kunnen doorvaren. Waar naartoe? Nou op 't eiland Memmert en Juist kan ik niet aanleggen. Daar is 't net te ondiep voor mij. Dus ik moet doorgaan naar Norderney. Norderney, prachtig, ik kom de haven daar binnenvaren. Ik heb absoluut 't gevoel dat ik op dat ogenblik de allerarmste Nederlander ben die er maar aankomt. Want daar ligt 't grove geweld hè wat in de startblokken staat om via 't Kieler kanaal naar de Oostzee en naar Noorwegen te gaan.
39
Met 'n gewoon zeilbootje is dat dus buitengewoon humoristisch om daar binnen te komen. Daar voel je je in eerste aanleg 'n beetje overdonderd door de miljonairsschepen die daar heel normaal zijn en die daar bij bosjes langs de kades zijn afgemeerd. Leuker is 't daarentegen hè om nog weer 'n paar eilandjes verder te gaan. Vervolgens krijgen we namelijk Spiekeroog, Langeoog en Wangeroog. En die laatste drie eilandjes die hebben weer ongeveer hetzelfde karakter hè als onze Nederlandse waddeneilanden Vlieland en Schiermonnikoog dat hebben.
40
Ja, en dan is 't probleem dat je altijd terug moet zeilen. Is nooit zo ingewikkeld. Eigenlijk alleen moet je 'n zekere hoeveelheid tijd beschikbaar hebben. Want meestal is 't zo dat als de heenweg erg makkelijk verloopt dat de terugweg wat moeilijker verloopt omdat dat meestal dan gepaard gaat met 'n tegengestelde windrichting. Als je daar in je planning niet rekening mee houdt, dan ben je 'n geweldige domoor eigenlijk. Dan loopt inderdaad alles verschrikkelijk mis.
41
Nou, één ding kun je dus met zeilen niet hebben: Het gevoel van dat je inderdaad morgen absoluut thuis moet zijn. Als je aan de weergoden bent overgeleverd, dan moet er 'n zekere mate van vrijheid van benaderen in zitten en dan lukt alles wel. Kun je dat geduld niet opbrengen of heb je daar de tijd niet voor, dan moet je d'r gewoon maar niet aan beginnen.
42
Ik denk dat ik nou wel aardig tien minuten vol heb geluld.
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.