Governance sociale huisvesting in de EU VTW 24 juni 2014 Rudy de Jong.

Presentatie over: "Governance sociale huisvesting in de EU VTW 24 juni 2014 Rudy de Jong."— Transcript van de presentatie:

1 Governance sociale huisvesting in de EU VTW 24 juni 2014 Rudy de Jong

2 Grote diversiteit sociale verhuur

3 Grote diversiteit financiering

4  Niet alle landen kennen specifieke regelgeving voor sociale verhuurders (Duitsland, Tsjechië).  Vooral specifieke regelgeving in landen met professionele, zelfstandige non-profit organisaties (Nederland, Engeland, Oostenrijk, Frankrijk).  Subsidies en aandeelhouders- of mede-eigenaarschap sterke instrumenten om invloed uit te oefenen (meeste landen).  Algemene huurregelgeving en fiscale maatregelen kunnen effectieve instrumenten zijn om sturing te geven (Duitsland).  Gedragscodes en zelfregulering sterke instrumenten mits ze door publiek toezicht worden gesteund (Engeland, Duitsland). Grote diversiteit regelgeving

5  Hangt sterk af van rechtspersoon en eigendom.  Verschil one-tier (UK) – two-tier board.  Bestuur vaak benoemd onder invloed van leden, eigenaren, belanghebbenden, politiek.  RvT is vaak een afspiegeling van de betrokken belangen, is groter dan in Nederland en bestaat uit vrijwilligers.  Model waarin RvT eigen leden benoemt, komt weinig voor.  RvT in Nederland loopt voorop in professionalisering (geldt ook voor de VTW), en dus ook in debat over vergoeding en aansprakelijkheid. Grote diversiteit interne governance

6  Stichtingsvorm die in andere landen meestal voor liefdadigheidsinstellingen wordt gebruikt.  Weinig of geen bestuurlijke invloed van bewoners.  Weinig of geen bestuurlijke invloed van belanghebbenden.  Geen overheidsinvloed via subsidies.  Directe invloed van geldverschaffers “afgeschermd” door collectieve structuur financiering/ borging/ sanering.  Dominante positie op de huurmarkt, waardoor weinig of geen concurrentie. Nederland buitenbeentje externe disciplinering

7 De zwakke externe disciplinering door belanghebbenden in Nederland lijkt te worden gecompenseerd door:  Risicoreductie via verkleining werkterrein en doelgroep.  Zwaardere rol overheid via regelgeving en toezicht.  Hoge eisen en professionalisering intern toezicht. En maakt corporaties gevoelig voor korte termijn politieke interventies. Versterking van de externe disciplinering kan leiden tot een steun in de rug en een scherpere focus van het interne toezicht. Communicerende vaten

8 Bedankt voor de aandacht! Rudy de Jong rudydejong55@gmail.com Tel 06 558 74 926