Download de presentatie
1
Prehistorie, Grieken & Romeinen
Terug in de tijd Quiz Prehistorie, Grieken & Romeinen
2
Deze quiz bestaat uit 20 vragen
5 open vragen 5 meerkeuze vragen 5 waar of niet waar vragen 5 Engelse vragen We wensen jullie veel suc6!
3
De spelregels: Er zijn 4 groepen ( die worden zo bekend gemaakt)
Iedere groep krijgt 1 antwoordblad Overleggen mag met je eigen groep Iedere groep krijgt een Juf Card dat houdt in dat je 1 keer de hulp van de juf mag inschakelen. Er kan er maar 1 de winnaar zijn
4
De groepen: Groep 1: Anita, Arianka, Mees, Mika, Lennart
Groep 2: Janne, Jaimy, Thom, Daan, Jelmo Groep 3: Kyana, Dylano, Luc, Sander, Groep 4: Dajenka, Dennic, Julian, Jay
5
Zijn jullie er klaar voor?
Iedere groep krijgt een bedankje voor zijn deelname Maar……. Er kan maar 1 groep de winnaar zijn !
6
Wanneer werd een jongen een man?
Vraag 1 Wanneer werd een jongen een man?
7
Vraag 2 Wat gebeurde er met de overgebleven botten van dieren in de prehistorie
8
Vraag 3 Welke wedstrijden kenden de jagers?
9
Hoe heette de 2 grote reuzen?
Vraag 4 Hoe heette de 2 grote reuzen?
10
Waar maakte ze vroeger verf van ?
Vraag 5 Waar maakte ze vroeger verf van ?
11
Is het A of toch B of nee het is C
En nu…… De meer keuze vragen Is het A of toch B of nee het is C Weet je het zeker want het kan ook nog D zijn….
12
Wat is de goede volgorde? A steentijd-ijzertijd-bronstijd
Vraag 1: Wat is de goede volgorde? A steentijd-ijzertijd-bronstijd B steentijd-bronstijd-ijzertijd C bronstijd-steentijd-ijzertijd D bronstijd-ijzertijd-steentijd
13
Wie werd het snelste ziek? A de jagers B de boeren C geen
Vraag 2: Wie werd het snelste ziek? A de jagers B de boeren C geen
14
Waarvan werden de kleren uit de ijstijd gemaakt A: wol B: katoen
Vraag 3: Waarvan werden de kleren uit de ijstijd gemaakt A: wol B: katoen C dierenhuiden D: gras
15
A: Ontdekkers en hervormers B: Regenten en vorsten
Vraag 4: De tijd van was de tijd van…. A: Ontdekkers en hervormers B: Regenten en vorsten C: Pruiken en revoluties D: De gouden eeuw
16
Vraag 5: Hoeveel mensen leefde in een dorp bij de boeren? A: 25 B: 50
C: 75 D:100
17
Dat waren de meerkeuze vragen
Nu komen 5 stellingen en de vraag is Waar of niet waar?
18
Vraag 1: Jagers leven in kleinere groepen dan boeren Waar of niet waar
19
Vraag 2: Zondag is onze rustdag Waar of niet waar
20
De Grieken leerden de monniken lezen en schrijven
Vraag 3 De Grieken leerden de monniken lezen en schrijven Waar of nietwaar
21
Als de jagers moe waren gingen ze naar het klooster Waar of nietwaar
Vraag 4: Als de jagers moe waren gingen ze naar het klooster Waar of nietwaar
22
Archeologen zijn mensen die spullen zoeken in de grond van vroeger
Vraag 5: Archeologen zijn mensen die spullen zoeken in de grond van vroeger Waar of nietwaar
23
En nu de laatste 5 vragen van deze quiz
Do you speak english? De Engelse vragen
24
Vraag 1 Wapen is in het engels… A: waepon B: weapon C:weapons
D: waepons
25
Vraag 2: Graden is in het engels? A deegrees’ B deagres C degreese
D degrees
26
Vraag 3: A Ice Age B Yce Age C Age Ice D Ice Time
IJstijd is in het engels? A Ice Age B Yce Age C Age Ice D Ice Time
27
Vraag 4: Grot is in het engels? A: Ceve B: Kave C: Cave D: Keve
28
Vraag 5: Pijl is in het engels? A: Arrow B: Arow C Arroow D: Arows
29
The End Fenna, Karima, Noa, Kimani en Sabrina
Bedankt voor jullie aandacht! Deze Quiz werd gemaakt door: Fenna, Karima, Noa, Kimani en Sabrina
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.