Hoofdstuk 4 Paragraaf 1.

Presentatie over: "Hoofdstuk 4 Paragraaf 1."— Transcript van de presentatie:

1 Hoofdstuk 4 Paragraaf 1

2 Agressieve politiek van Hitler.
Overnemen van Rijnland. 1938 werd Oostenrijk toegevoegd aan Duitsland. Eiste Sudetenland op en bezette in maart heel Tsjechië. Om vrede te bewaren deden andere landen niets.

3 1939 tekenden Duitsland en Rusland een niet-aanvalsverdrag
1939 tekenden Duitsland en Rusland een niet-aanvalsverdrag. Ze beloofden elkaar niet aan te vallen en Polen samen te delen. Met het verdrag kon Hitler een tweefrontenoorlog voorkomen.

4 WOII 1939-1945 WOII begonnen met de opmars in Polen.
Volgens Hitler was de aanval een reactie op de aanval die de dag eerder was gebeurd. De nazi's hadden een groep misdadigers poolse uniformen gegeven en hen een Duits radiostation laten overvallen. De "poolse"(fake) soldaten werden geëxecuteerd. Dus de aanval op polen was een reactie op de geweldadige poolse actie tegen de vredelievende Duitsland. Toen Polen werd aangevallen verklaarden Engeland en Frankrijk de oorlog aan Duitsland. ( frankrijk en engeland wilden Hitler niet alweer zijn gangetje laten gaan zonder gestraft te worden.

5 Bondgenootschappen Geallieerden: Engeland, SU(1941) en de VS(1941)
Asmogendheden: Duitsland, Italië (Japan). Japan had een groeiende bevolking maar had te weinig grondstoffen voor de bevolking. Ze wilden grondgebied uitbreiden dus oorlog. Gevolg: Japan bombadeerde de Amerikaanse haven Pearl Harbour( 1941) De VS (1941) verklaarde de oorlog aan Japan en bondgenoten (dus de VS raakte ook betrokken aan de WOII)

6 Blitzkrieg (bliksemoorlog)
Met moderne wapens zoals tanks, vliegtuigen probeerden de Duitsers met snelheid Polen aan te vallen. Vele gebieden in korte tijd overgenomen. ( NL, Luxemburg, Frankrijk etc) Hitler probeerde ook Engeland te overvallen maar de Duitse luchtmacht werd verslaan door de Engelsen (1940).

7 1941 wordt de niet-aanvalsverdrag verbroken door Hitler en de SU wordt aangevallen. (Operatie barbarossa: aanval van de Duitsers op Rusland) Tussen aug 1942 en feb 1943 leden de Duitsers grote nederlagen bij Stalingrad. Geallieerden bombardeerden Duitse industriesteden. 6 juni 1944 D-Day: geallieerden landden aan de kust van Frankrijk. Hitler gedwongen tot een tweefrontenoorlog.

8 Het einde van de WOII Aan het einde werd er veel propaganda en censuur gedaan om men te laten geloven dat het goed ging met de oorlog in Duitsland. Maar de Russen waren in 1945 vlakbij Berlijn. Hitler pleegde zelfmoord. Azië: om snel een einde te maken aan de oorlog liet Roosevelt op 6 aug 1945 een atoombom op Hiroshima gooien en op 9 aug op Nagasaki. (Japan gaf zich dan op)

9 Paragraaf 3.1 joden in Europa
Jodenvervolging Paragraaf 3.1 joden in Europa

10 Joden in Europa Oost Europese joden probeerden hun eigen cultuur te houden. West Europese joden pasten zich helemaal aan de cultuur van anderen. Nadat de nazis West Europa overnamen (1940) namen ze maatregelen tegen de Joden (joden verloren hun baan, kinderen alleen naar joodse scholen, davidster dragen)

11 Holocaust; het vervolgen en vermoorden van Joden
Joden werden gebracht naar doorgangskampen en daarna per trein naar kampen om zwaar dwangarbeid te verrichten. Kinderen, zwangere vrouwen, ouderen, gehandicapten en zieken werden vergast in kampen zoals Auschwitz.

12 3.2 Jodenvervolging Joden moesten ondertekenen dat ze Joden waren, mochten niet naar cafe's, bioscopen, parken en moesten in aparte wijken gaan wonen. Doorgangskampen: verzamelen van Joden voordat ze naar vernietigingskampen worden doorgestuurd. Vernietigingskampen: vermoorden van Joden.

13 Veel Joden werden via NL weggevoerd.
Door de bevolkingsregister wisten de Duitsers precies waar de Joden woonden. Het was verboden om Joden te helpen onderduiken.

14 Vergeet niet de aantekeningen in jou schrift

15