Download de presentatie
1
Balans Schematische weergave
BELANGRIJKE KENMERKEN BALANS: Overzicht van bezittingen, schulden en eigen vermogen; Momentsopname; Totaal Debet-zijde = Totaal Credit-zijde; Bezittingen = Eigen vermogen +/+ Schulden; Eigen vermogen = Bezittingen -/- Schulden’ Mutatie Eigen vermogen (=winst) = EVt1 -/- EVt0
2
Gouden Boekhoudregel Veranderingen in Bezittingen en Schulden bepalen mutatie Eigen Vermogen Oftewel: Grootte en samenstelling van Eigen Vermogen is afhankelijk van bezittingen en schulden Registreren waarde bezittingen & schulden BOEKHOUDEN
3
Voorbeelden veranderingen
Handelsonderneming “Halva” heeft per 1 januari van een jaar de volgende beginbalans (bedragen in €): Tijdens de maand januari vinden er de volgende transacties plaats: Inkoop van goederen op rekening voor € 10; Verkoop van goederen op rekening voor € 20 met een inkoopprijs van € 15; Een debiteur heeft voor een bedrag van € 5 zijn factuur van de vorige maand contant voldaan; Een aflossing van het leverancierskrediet ten bedrage van € 10 voldaan via de bank.
4
1. Inkoop van goederen op rekening voor € 10
Debet Credit
5
Er gebeurt dus iets met de balanspost …
Debet Credit Voorraad goederen
6
De voorraad goederen neemt toe met…
Debet Credit Voorraad goederen + 10
7
Kopen op rekening betekent dat er ook iets gebeurt met…
Debet Credit Voorraad goederen + € 10 Crediteuren
8
De schuld aan leveranciers (crediteuren) neemt ook toe…
Debet Credit Voorraad goederen + € 10 Crediteuren
9
Merk op: debet- en creditzijde zijn in evenwicht!
Inkoop van goederen op rekening voor € 10 heeft dus deze veranderingen op de balans als gevolg: Debet Credit Voorraad goederen + € 10 Crediteuren Merk op: debet- en creditzijde zijn in evenwicht!
10
2. Verkoop van goederen op rekening voor € 20 met een inkoopprijs van € 15
Debet Credit
11
Er wordt verkocht dus gebeurt er iets met de balanspost …
Debet Credit Voorraad goederen
12
De voorraad goederen neemt neemt af…
Debet Credit Voorraad goederen - 15 Let op: voorraad goederen = inkoopwaarde!
13
Verkopen op rekening betekent dat er ook iets gebeurt met…
Debet Credit Voorraad goederen - € 15 Debiteuren
14
De schuld van afnemers (debiteuren) neemt toe…
Debet Credit Voorraad goederen - € 15 Debiteuren + € 20 Let op: klanten betalen verkoopprijs!
15
Er is bij de verkoop € 5 winst gemaakt.
De veranderingen kunnen niet compleet zijn omdat debet en credit niet in evenwicht zijn… Debet Credit Voorraad goederen - € 15 Debiteuren + € 20 Er is bij de verkoop € 5 winst gemaakt.
16
De winst wordt voorlopig gemuteerd als verandering van het …
Debet Credit Voorraad goederen - € 15 Eigen vermogen + € 5 Debiteuren + € 20 Let op: voorlopig! (tot resultatenrekening ook behandeld is…)
17
Merk op: debet- en creditzijde zijn in evenwicht!
Verkoop van goederen op rekening voor € 20 met een inkoopprijs van € 15 heeft dus deze veranderingen op de balans als gevolg: Debet Credit Voorraad goederen - € 15 (Eigen vermogen + € 5) Debiteuren + € 20 Merk op: debet- en creditzijde zijn in evenwicht!
18
3. Een debiteur heeft voor een bedrag van € 5 zijn factuur van de vorige maand contant voldaan;
Debet Credit
19
Er gebeurt dus iets met de balanspost …
Debet Credit Debiteuren
20
De debiteuren nemen af met…
Debet Credit Voorraad goederen - 5
21
Contant voldoen betekent dat er geld komt in de…
Debet Credit Debiteuren - € 5 Kas
22
De kas neemt dus toe met…
Debet Credit Debiteuren - € 5 Kas + € 5
23
Merk op: debet- en creditzijde zijn in evenwicht!
Een debiteur heeft voor een bedrag van € 5 zijn factuur van de vorige maand contant voldaan, heeft op de balans als gevolgen: Debet Credit Debiteuren - € 5 Kas + € 5 Merk op: debet- en creditzijde zijn in evenwicht!
24
4. Een aflossing van het leverancierskrediet ten bedrage van € 10 voldaan via de bank
Debet Credit
25
Er gebeurt dus iets met de balanspost …
Debet Credit Bank
26
De bank neemt af met… Debet Credit Bank - € 10
27
Leverancierskrediet aflossen betekent dat er ook iets gebeurt met…
Debet Credit Bank - € 10 Crediteuren
28
De schuld aan leveranciers (crediteuren) neemt af…
Debet Credit Bank - € 10 Crediteuren
29
Merk op: debet- en creditzijde zijn in evenwicht!
Een aflossing van het leverancierskrediet ten bedrage van € 10 voldaan via de bank heeft dus als gevolgen op de balans: Debet Credit Bank - € 10 Crediteuren Merk op: debet- en creditzijde zijn in evenwicht!
30
Verwerking financiële feiten (uitwerking voorbeelden)
Inkoop van goederen op rekening voor €10; Toename voorraad goederen € 10; Toename crediteuren €10; Verkoop van goederen op rekening voor € 20 met een inkoopprijs van €15; Toename debiteuren € 20; Afname voorraadgoederen € 15 Positief verschil van € 5 (winst); Een debiteur heeft voor een bedrag van € 5 zijn factuur van de vorige maand contant voldaan; Toename kas € 5; Afname debiteuren € 5; Betaling op een inkoopfactuur van vorige maand. Afname bank € 10; Afname crediteuren € 10.
31
Eindbalans (verdere uitwerking voorbeeld)
Eigen vermogen = Bezittingen -/- Schulden 155 -/- 60 = 95 Mutatie Eigen vermogen (=winst) = EVt1 -/- EVt0 95 -/- 90 = 5
32
Tips: financiële mutaties
Veranderingen op een balans mogen het evenwicht niet verstoren, dus werk per post en controleer of voor de veranderingen geldt: debet = credit Geef na de controle in de beginbalans de verandering alvast aan, want in de meeste opdrachten moet een eindbalans opgesteld worden…
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.