Download de presentatie
GepubliceerdRegina Vos Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
ZONNESTELSEL totaal deel een: het totaal deel twee: de planeten A. E
ZONNESTELSEL totaal deel een: het totaal deel twee: de planeten A.E. = Astronomische Eenheid (A.U.) = afstand Zon- Aarde = km. Lichtsnelheid: km. / seconde
2
Ontstaan uit een gaswolk, 4,56 miljard jaar geleden, bestaande uit gassen en vaste elementen,ooit ontstaan in voor die tijd geexplodeerde (grotere)sterren. T.g.v. invloeden buiten de wolk onstond druk en t.g.v. de zwaartekracht verdichtte de wolk tot een platte draaiende schijf. Met in het midden de grootste massa=Zon. De Zon: 99 % van het totale Zonnestelsel. Uit dezelfde wolk een of meer zonnestelsel ?
3
TOTALE ZONNESTELSEL: Middellijn 3 a 4 lichtjaren
TOTALE ZONNESTELSEL: Middellijn 3 a 4 lichtjaren. In werkelijkheid geen perfecte bol. Voornaamste onderdelen: -- de Zon --de Acht planeten met manen -- de Kuiper-gordel --de van Oortwolk N.B.dichts bijstaande ster op afstand van 4,25 L.J.
4
De banen van de vanaf Aarde waar te nemen planeten
De banen van de vanaf Aarde waar te nemen planeten. Op schaal de afstanden van de banen om de zon. Banen in ellipsvorm
5
vier Aardse en Vier Gasplaneten (+ Astroidegordel) Eclipticavlak = denkbeeldigvlak, waarin Zon en Planeten draaien. Hoe verder van de Zon: de baansnelheid neemt af.
6
De 8 planeten in onderlinge grote (niet de volgorde)
7
Meer dan 150 Manen om de planeten (excl
Meer dan 150 Manen om de planeten (excl. Mercurius en Venus) zeer verschillend in grote en samenstelling.
8
Ontdekt/ berekend door de Nederlander Jacob Kuiper, voor de 2e W
Ontdekt/ berekend door de Nederlander Jacob Kuiper, voor de 2e W.O geemigreerd naar USA Nagenoeg draaiend in het eclipticavlak. Honderd duizenden, miljoenen.
9
Het gehele Zonnestelsel, van Zon t. m
Het gehele Zonnestelsel, van Zon t.m. De Oortwolk Oortwolk: meer dan vier milarden vuile ijsballen. Draaiend als een wolk om Zon, planeten. Bron: van Kometen ontekker Prof van Oort(u.vU).
10
De Komeet Hyakutake, gefotograveerd in Japan, mrt. 1006
De Komeet Hyakutake, gefotograveerd in Japan, mrt , in nabijheid van de Poolster. “bewijs” dat de Aarde roteert.
11
De komeet Hale-Bob (1997) Wit: de stofstaart. Blauw: gasstaart
De komeet Hale-Bob (1997) Wit: de stofstaart. Blauw: gasstaart. Plaats zon in verlengde van stofstaart en kern
12
Het Zonnestelsel komt de kosmische straling “tegen”
Het Zonnestelsel komt de kosmische straling “tegen”. Magnetisch veld van Zon bepaalt de “grens’
13
ZONNESTELSEL DEEL TWEE : DE PLANETEN
A ) de Aardse / Terristische planeten B ) de Astroiden gordel C ) de Gasplaneten, waarvan twee IJsplaneten. ZONNESTELSEL DEEL TWEE : DE PLANETEN
14
De onderlinge grote van de vier Aardse planeten Vanaf links: Mercurius, Venus, Aarde Mars. Principe opbouw van de lagen: ijzerkern, mantel en korst bij alle vier een atmosfeer. Wel totaal verschillend.
15
MERCURIUS gem. afstand tot de zon: 0,38 AE
MERCURIUS gem. afstand tot de zon: 0,38 AE. Perihelium: 0,306 AE(46 milj.); Aphelium:0,387 AE (69,8 miljoen). Jaar: 88 Aardse dagen,. Snelheid: 47,9 km/sec. dag: uren. Temp.: min 167 gr.C. / plus 427 gr.C.
16
VENUS : vanuit de ruimte met dichte Atmosfeer
VENUS : vanuit de ruimte met dichte Atmosfeer. en dankzij radar de oppervlakte. Afstand: 0,72 AE. M = km. Temp. = 480 gr.C. Omlooptijd = 224 dagen. Dag = 5862 dagen, V = 35 km/sec.
17
VENUS doorsnede over de atmosfeer. Broeikasgassen ( 97 % CO2) Temp
VENUS doorsnede over de atmosfeer. Broeikasgassen ( 97 % CO2) Temp gr.C Luchtdruk = 92 bar(atm.),
18
Venus oppervlakte met niet meer werkende vulkanen etc
Venus oppervlakte met niet meer werkende vulkanen etc. Radarbeelden + bewerkt tot 3-D
19
De VENUS –EXPRES (ESA) INTERACTIE tussen zonnewind en atmosfeer
De VENUS –EXPRES (ESA) INTERACTIE tussen zonnewind en atmosfeer. (geen magnetisch veld)
20
AARDE Afstand : 1 AE; M= 12. 756 km; gem. Wereldtemp. = 15 gr
AARDE Afstand : 1 AE; M= km; gem.Wereldtemp..= 15 gr.C; V= 29 – 31 km/sec. Oppervlak: 70 % water; 30 % land. Met Atmosfeer, Geosfeer, Biosfeer, Hydrosfeer
21
AARDE Bij Klimaat mede bepalend: broeikasgassen Bij Klimaat mede bepalend: astronomische invloeden: baan om de Zon; obliqiteit; precessie.
22
OCEANEN ; verdelen warmte langzaam Melankovic : stelde vast de klimaat veranderingen t.g.v. astronomische invloeden. Laatste 2,6 miljoen jaar : 50 IJstijden
23
MAAN M= 3. 475 km. Jaar= 365 dagen. Daglengte = 708 uren
MAAN M= km. Jaar= 365 dagen. Daglengte = 708 uren.(29 dagen) Temp.= min 20gr.C. Achterkant Voorkant
24
MAANOPPERVLAK 1970 : MAANOPPERVLAK , ASTRONAUTEN + LANDER
25
Maantjes: Phobos en Deimos MARS M= 6. 800 km. Afstand= 1,52 AE
Maantjes: Phobos en Deimos MARS M= km. Afstand= 1,52 AE. Jaar= 687 dagen. Daglengte=24,6 uur. Temp: min 5 gr.C- min67 gr.C. V= 5 km/s. Atmosfeer: min 0,01 bar. Water ?
26
Plaats van de ASTROIDEN –GORDEL tussen Mars en Jupiter. miljoenen
27
ASTROIDENGORDEL tussen de banen van Mars en Jupiter CERES IDA =55 km.
28
JUPITER M=143,000km. ; 5AE. ; dag=9,9uur; jaar= 4
JUPITER M=143,000km.; 5AE.; dag=9,9uur; jaar= dagen; V= 13,1 km/sec.; T. = min 110 gr.C. Wolkenbanden Rode vlek; meer dan 400 jaar oud (ontekt door G.Galilei)
29
3 van de 4 zichtbare manen; EUROPA GANYMEDES -IO ,met vulkanen
30
Inwendige van JUPITER Kern: steen
31
SATURNUS M =120. 000 KM. A. E. = 10 Daglengte = 10,7 uur JAAR = 10
SATURNUS M = KM. A.E. = 10 Daglengte = 10,7 uur JAAR = dagen = 30 jaar V = 9,7 km/sec T = min gr.C
32
De Ringen SATURNUS Oppervlak
33
SATURNUS
34
Saturnus : meer dan 60 manen
Saturnus : meer dan 60 manen. Een daarvan TITAN met atmosfeer, rivieren met methaan , temp min gr.C.
35
URANUS (IJsplaneet) de draaiings as: 97,8 gr. T. o. v
URANUS (IJsplaneet) de draaiings as: 97,8 gr. T.o.v. baan om zon M = km. A.E. = 20 Dag = 17 uur Jaar = dagen( 98 jaar) V = 6,8 km/sec. T = min 190 gr.C ringen en 30 manen
36
NEPTUNUS met methaan met ringen
37
INWENDIGE VAN DE IJSPLANETEN : URANUS EN NEPTUNUS
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.