Download de presentatie
1
Proef- en de saldibalans
Het uiteindelijke doel is om de nieuwe balans op te stellen. Elke onderneming wil winst maken. Dan moet je een instrument hebben waarmee je de winst (of het verlies) kunt bepalen. Om de nieuwe balans te maken kun je gebruik maken van de proef- en saldibalans. Hoe gaat dat in zijn werk? Om de proefbalans samen te stellen tel je de bedragen van de debet- en creditzijde van elk afzonderlijke grootboekrekening op. Voorbeeld: Bank Datum Omschrijving Bedrag 31/12 VB € 14/1 Aflossing € 6.000 2/1 Debiteuren € Totaal debetzijde: € ; totaal creditzijde €
2
Debiteuren Datum Omschrijving Bedrag 31/12 VB € 2/1 Ontvangst € 6/1 Verkoop € 16/1 € 17/1 € 23/1 € 28/1 € Totaal debetzijde € ; totaal creditzijde € Maken opgave 5.1 Om de saldibalans op te stellen bepaal je het verschil tussen debet- en creditzijde van de proefbalans. Voorbeeld: Bank: € – € = € overschot aan de debetzijde. Debiteuren: € € = € overschot aan de debetzijde. Zo doe je dat voor elke grootboekrekening. Op deze manier ontstaat dan vanzelf de proef- en saldibalans. Voorbeeld:
3
De bedragen op grootboekrekeningen met een * zijn willekeurig gekozen.
Proefbalans Saldibalans Debet Credit Gebouwen * € € € Inventaris * € € 4.000 € Debiteuren € € € Voorraad * € € 6.700 € Bank € € 6.000 € Eigen vermogen * € Lening * € Crediteuren * € € € Opbrengst van de verkopen * € 8.600 € € Inkoopwaarde van de omzet * € € 3.700 € Privé * € 4.900 € 6.300 € 1.400 Korting * € 6.800 € 1.800 Loonkosten * € Algemene kosten * € Totaal € € De bedragen op grootboekrekeningen met een * zijn willekeurig gekozen. De proef- en de saldibalans zijn in evenwicht! Maken opgave 5.2
4
Het afsluiten van een grootboekrekening
Inmiddels weet je hoe je een grootboekrekening moet openen mbv de balans en moet bijwerken mbv journaalposten. Een grootboekrekening moet ook worden afgesloten. Daarbij maken we verschil tussen grootboekrekeningen die op de balans staan (bezit en schuld) en grootboekrekeningen die we rekenen onder hulprekeningen van het eigen vermogen. Grootboekrekeningen die op de balans staan open je van balans (VB) en sluit je met naar balans (NB). Het afsluitsaldo is gelijk aan het bedrag op de saldibalans van die grootboekrekening. Je noteert het afsluitsaldo aan die kant van de grootboekrekening zodat er evenwicht komt tussen debet- en creditzijde. Voor het afsluitsaldo zet je NB (naar balans) en de datum van afsluiten.
5
Grootboekrekeningen die we rekenen onder hulprekeningen van het eigen vermogen
sluit je af met naar verlies en winst (NVW). Hulprekeningen van het eigen vermogen bepalen tezamen of een bedrijf winst of verlies maakt. Het afsluitsaldo is gelijk aan het bedrag op de saldibalans van die grootboekrekening. Je noteert het afsluitsaldo aan die kant van de grootboekrekening zodat er evenwicht komt tussen debet- en creditzijde. Voor het afsluitsaldo zet je NVW (naar verlies en winst) en de datum van afsluiten. Er is echter 1 uitzondering: dat is de grootboekrekening Privé. Deze sluit je af met naar eigen vermogen (NEV) Het afsluitsaldo is gelijk aan het bedrag op de saldibalans van die grootboekrekening. Je noteert het afsluitsaldo aan die kant van de grootboekrekening zodat er evenwicht komt tussen debet- en creditzijde. Voor het afsluitsaldo zet je NEV (naar verlies en winst) en de datum van afsluiten. Waarom deze uitzondering? De winst (of verlies) is het resultaat van de onderneming. Als de eigenaar uit eigen beweging geld of goederen in of uit de onderneming stopt/haalt heeft dat niets te maken met een actie van de onderneming. Daarom mag een privé-activiteit ook niet de winst (of verlies) van de onderneming beïnvloeden.
6
Voorbeelden afsluiten grootboekrekeningen
Bank Datum Omschrijving Bedrag 31/12 VB € 14/1 Aflossing € 6.000 2/1 Debiteuren € 31/1 NB € Debiteuren Datum Omschrijving Bedrag 31/12 VB € 2/1 Ontvangst € 6/1 Verkoop € 16/1 € 17/1 € 23/1 € 28/1 € 31/1 NB € Lening Datum Omschrijving Bedrag 31/1 NB € 31/12 VB
7
Opbrengst van de verkopen Inkoopwaarde van de omzet
Datum Omschrijving Bedrag 8/1 Retour € 4.800 3/1 Verkoop € 14/1 € 3.800 11/1 € 1.800 31/1 NVW € 26/1 € Inkoopwaarde van de omzet Datum Omschrijving Bedrag 5/1 Verkoop € 31/1 NVW € 14/1 € 875 28/1 € Privé Datum Omschrijving Bedrag 15/1 Opname € 4.900 22/1 Storting € 6.300 31/1 NEV € 1.400 Maken opgaven 5.3 en 5.4
8
Verlies en winstrekening over januari
* De winst en verlies rekening De winst (of verlies) is het gevolg van ondernemingsactiviteiten. Privé-acties van de eigenaar mogen, zoals al eerder gemeld, geen invloed hebben op het resultaat van de onderneming. Alle hulprekeningen van het eigen vermogen (behalve dus Privé) bepalen de winst of het verlies van de onderneming. Hoe maak je een verlies en winst rekening? Verlies en winstrekening over januari Omschrijving Bedrag Inkoopwaarde van de omzet € Opbrengst van de verkopen € Loonkosten € Korting € 1.800 Algemene kosten € Nettoverlies (NEV) € €
9
De grootboekrekening Eigen vermogen.
Waarom is dit nu nettoverlies? De creditzijde geeft de opbrengsten weer; de debetzijde de kosten. Aangezien de kosten groter zijn dan de opbrengsten leidt dit tot verlies. Om de verlies en winst rekening in evenwicht te krijgen moet het afsluitsaldo (nettowinst of nettoverliessaldo) aan die zijde geplaatst worden dat er evenwicht optreedt. Maken opgaven 5.5 en 5.6 De grootboekrekening Eigen vermogen. De winst (of verlies), zoals af te leiden valt uit de verlies en winstrekening, is de beloning voor de eigenaar. Van invloed op de grootboekrekening eigen vermogen is ook de grootboekrekening Privé! Hoe sluit ik nu tenslotte de grootboekrekening eigen vermogen af? Het eigen vermogen moet terugkomen op de balans: dus afsluiten met NB!
10
Eigen vermogen Datum Omschrijving Bedrag 31/1 Nettoverlies € 31/12 VB € NB € Privé € 1.400 Tot slot: binnen M&O wordt veel gewerkt met de termen netto- en brutowinst. Wat is het verschil? Opbrengst van de verkopen Inkoopwaarde van de omzet (-/-) Brutowinst Alle kosten (-/-) Alle eventueel andere opbrengsten (+/+) Nettowinst Maken opgaven 5.8 en 5.9
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.