Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
GepubliceerdClara Verbeek Laatst gewijzigd meer dan 10 jaar geleden
1
www.seo.nl – b.tieben@seo.nl - +31 20 525 1644 Vraagfinanciering in het hoger onderwijs Werkconferentie flexibel hoger onderwijs voor werkenden Utrecht, 21 maart 2013 Bert Tieben
2
Vraagfinanciering in het hoger onderwijs Het belang van hoger onderwijs voor werkenden Waarom vraagfinanciering? Marktfalen als knelpunt voor het hoger onderwijs Vormen van vraagfinanciering Ervaringen met vraagfinanciering Effecten van vraagfinancering in het hoger onderwijs
3
Het belang van hoger onderwijs voor werkenden Lissabon (2000): EU wordt de meest dynamische kenniseconomie van de wereld Gemiddeld 3 procent BBP groei per jaar Investeren in R&D gemiddeld 3 procent BBP Focus op leven lang leren Hoger opgeleiden als concurrentiefactor EU doel voor 2020: 40 procent van de 30-34 jarigen heeft een opleiding op HO-niveau Nederlandse doelstelling: 46 procent van de 25-44 jarigen heeft een HO-opleiding
4
Het belang van hoger onderwijs voor werkenden Het belang van scholing Belang werknemer: Een extra jaar hoger onderwijs verhoogt het inkomen met 7 tot 9 procent Belang werkgever: Arbeidsprocessen vragen steeds meer kennisvaardigheden (aansluiting onderwijs- arbeidsmarkt) Belang maatschappij: positief effect van scholing op volksgezondheid en criminaliteit
5
Het belang van hoger onderwijs voor werkenden Positief: trend naar meer scholing (alle onderwijsniveaus)
6
Het belang van hoger onderwijs voor werkenden Maar… Negatief verband met leeftijd: ‘jong’ schoolt meer dan ‘oud’ Werkenden participeren meer in scholing dan niet- werkenden Positief verband met opleidingsniveau: scholing is vooral voor wie al ‘geschoold’ is Werknemers in grote bedrijven scholen meer dan werknemers in kleine bedrijven
7
Het belang van hoger onderwijs voor werkenden Stijging deelname hoger onderwijs vooral in de voltijdvariant Knelpunten deeltijd hoger onderwijs?
8
Het belang van hoger onderwijs voor werkenden Bij het niet-bekostigd onderwijs stijgt de deelname aan hoger onderwijs wel, voor in de niet-reguliere variant Aanbod beter afgestemd op de vraag?
9
Deelname post-initieel onderwijs Bijna 1,5 miljoen deelnemers aan post-initieel onderwijs (cijfers 2009) HBO grootste categorie Nadruk op kortdurend en niet-regulier onderwijs Niveau gevolgde opleiding HBOWOMBOVMBOAndersTotaal Regulier postinitieel152551292331390 Niet-regulier postinitieel42315235865871.085 Duur langer dan 1 jaar 10638891622271 Duur korter dan 1 jaar 3181142694965815 Totaal postinitieel575207487891181.475
10
Waarom vraagfinanciering? Vraagfinanciering is een vorm van vraagsturing ‘wie betaalt bepaalt’ Hoger onderwijs kent een hybride bekostigingsstructuur waar aanbod niet automatisch de vraag volgt Aanbod is gereguleerd accreditering, macrodoelmatigheid, enzovoort Onderwijs is een collectief goed wat financiering uit publieke middelen rechtvaardigt Maar geldt dit ook voor post-initieel onderwijs? Publieke belangen analyse wat is het marktfalen?
11
Faalt de markt? Post-initieel hoger onderwijs is een privaat goed Werknemer ontvangt hoger loon Werkgever stimuleert de arbeidsproductiviteit Financiële prikkels voor vraag en aanbod werken in de goede richting Waar zit dan het marktfalen? Post-initieel hoger onderwijs is geen collectief goed Uitsluitbaar geen collegegeld, geen onderwijs Rivaliserend aandacht van de docent is niet oneindig
12
Faalt de markt? Wel marktfalen met betrekking tot informatie Onzekerheid over de kwaliteit van het product scholing (aanbod is onvoldoende transparant) Kapitaalmarkt kan rendement op studielening slecht inschatten Baten van scholing zijn niet perfect toerekenbaar scholingscontract is imperfect Concurrrent ‘kaapt’ geschoolde werknemer Werknemer en werkgever ‘gijzelen’ elkaar: beiden willen de opbrengst van extra scholing naar zich toe trekken Marktmacht: ongelijke positie niet-bekostigd versus(vaak grootschalige) bekostige ho-instellingen via de financiering
13
Faalt de markt? Gevolg: de investering van werkgevers en werknemers in scholing is suboptimaal er kan een reden zijn voor regulering en stimulering door overheid en/of via collectieve arrangementen Denk aan: Regulering kwaliteit NVAO Leenfaciliteiten/fiscale regelingen Erkenningsysteem EVC Laat de HO-consument stemmen met de voeten of de portemonnee vraagfinanciering Afweging nodig: interventie mag niet zelf een nog grotere verstoring veroorzaken (en moet effectief zijn)
14
Vormen van vraagfinanciering Financiering volgt vraag via de instellingen Op basis van input- en outputcriteria Huidige stelsel publieke financiering hoger onderwijs is in deze vorm vraagvolgend Merk op dat dit alleen geldt voor de bekostigde instellingen Individuele leerrekening: sparen met bijdragen uit verschillende bronnen (meestal collectief) Voucher: een leerrecht met een specifieke waarde door de werknemer te besteden Kostendekkend collegegeld private markt
15
Ervaringen met vraagfinanciering Persoonsgebonden budgetten in de zorg (AWBZ, GZ) en de sociale zekerheid (inkoop WIA-werkvoorzieningen) Keuzevrijheid verhoogt de ervaren kwaliteit van de dienstverlening doordat deze beter kan worden afgestemd op de hulpbehoefte Zelf onderhandelen verlaagt de kosten van de dienstverlening Vraagarticulatie innovatie via vouchers Tegoedbon € 7500 voor MKB-bedrijf Versterkt interactie met aanbieders van kennis
16
Vraagfinanciering in het onderwijs Experimenten leerrekeningen voor werkenden en werkzoekenden 2500 mensen in 100 bedrijven, vooral MKB Bijdrage overheid € 454 Scholingsvouchers 1152 medewerkers installatiebranche krijgen voucher van € 680 1000 medewerkers uit 4 sectoren krijgen voucher van €1000 uit O&O-fonds (92% maximaal mbo) Zwitserland: willekeurige toewijzing vouchers met waarde 200, 750 of 1500 Zwitserse frank
17
Vraagfinanciering in het onderwijs Effecten Vouchers stimuleren vraag naar scholing Merk op: effect is niet-lineair (‘drempel’ tot deelname) Bedrag op vouchers (in Zw. Frank) Extra scholing in %- punt (tov controle) Relatieve toename scholing in % (tov controle) 2000,0 7504,814,2 15009,327,5
18
Vraagfinanciering in het onderwijs Effecten Vouchers stimuleren vraag naar scholing Sterker effect voor laaggeschoolde werknemers Hooggeschoold: ook zonder de voucher zou de opleiding zijn gevolgd Leerrekening stimuleert verantwoordelijkheidsgevoel Vaker zelf initiatief tot deelname aan scholing Gelijk speelveld aanbieders Meer concurrentie prikkel tot kostenbeheersing en innovatie
19
Vraagfinanciering in het hoger onderwijs SEO (2012): zet aanbodfinanciering om naar vraagfinanciering via een voucher Bezuiniging op deeltijd-hbo € 214 tot 321 miljoen Vouchers voor € 500, € 750 en € 1000 Reguliere/niet-reguliere opleidingen HBO en/of HBO+WO Voucher van € 1000 is budgetneutraal en trekt meer deelnemers naar het hoger onderwijs 9 tot 17 duizend extra deelnemers voor HBO variant 12 tot 24 duizend extra deelnemers voor HBO/WO variant Uitbreiding naar niet-reguliere opleidingen vraagt extra investering
20
Dank voor uw aandacht! Bert Tieben b.tieben@seo.nl
Verwante presentaties
© 2024 SlidePlayer.nl Inc.
All rights reserved.