De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Eenzaamheid Genetische invloeden en biologische maten Eeske van Roekel.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Eenzaamheid Genetische invloeden en biologische maten Eeske van Roekel."— Transcript van de presentatie:

1 Eenzaamheid Genetische invloeden en biologische maten Eeske van Roekel

2 Eenzaamheid staat gelijk
Stellingen Eenzaamheid staat gelijk aan veel alleen zijn Waar: zitten Niet waar: staan

3 Stellingen Eenzaamheid komt meer voor bij vrouwen Waar: staan
Niet waar: zitten

4 Stellingen Eenzaamheid is voor ongeveer 50% genetisch bepaald
(en dus 50% omgevingsfactoren) Waar: staan Niet waar: zitten

5 Stellingen De prevalentie van eenzaamheid is het hoogst onder ouderen
Waar: zitten Niet waar: staan

6 Sociale pijn activeert dezelfde hersengebieden als fysieke pijn
Stellingen Sociale pijn activeert dezelfde hersengebieden als fysieke pijn Waar: staan Niet waar: zitten

7 Eenzaamheid Wat is eenzaamheid?
Eenzaamheid is de onaangename ervaring die zich voordoet wanneer het bestaande sociale netwerk van een persoon ontoereikend is in kwantitatief of kwalitatief opzicht (Peplau & Perlman, 1982) Verschil met: alleen zijn sociale isolatie Komt voor bij alle leeftijden

8 Eenzaamheid Typen eenzaamheid: Emotionele eenzaamheid
Ontbreken van hechte, intieme relatie met andere persoon Sociale eenzaamheid Ontstaat door ontbreken van netwerk van sociale relaties

9 Prevalentie Kinderen: 10% is regelmatig eenzaam (basisschool leeftijd)
Adolescentie: >50% van adolescenten is regelmatig eenzaam, 10%-20% is chronisch eenzaam Ouderen: 31% is soms eenzaam, 5% vaak eenzaam, 2% altijd eenzaam

10 Prevalentie (eigen onderzoek)
Ontwikkeling van eenzaamheid Hoogste eenzaamheid in vroege adolescentie Daling van eenzaamheid gedurende de adolescentie Waarom piek in adolescentie?? Figuur 1. Staafdiagram van de gemiddelde eenzaamheid niveaus

11 Gevolgen van eenzaamheid
Fysieke problemen: Slaapproblemen Problemen met immuunsysteem Hart- en vaatziekten Mechanisme: = gerelateerd aan gebruik alcohol, drugs en roken = gerelateerd aan minder sporten, minder ontspanning, slechtere voeding

12 Eenzaamheid & internaliserende problematiek
Samenhang internaliserende problematiek: Hoge correlatie met depressie: Kenmerk van depressie? Voorspeller voor depressie? Gevolg van depressie? Gemeenschappelijke oorzaak met depressie? Belangrijk: eenzaamheid ≠ depressie Relatie met andere problematiek: (Sociale) angst Schizofrenie Oorzaak: slechte sociale vaardigheden, verlegenheid, negatieve attributiestijl

13 Voorspellers Omgeving Belangrijke gebeurtenissen: Sociale steun:
Overlijden belangrijke persoon in omgeving Verhuizen Overgang nieuwe school / nieuwe baan Op kamers gaan Ziekte Handicaps Sociale steun: Ouders Peers

14 Voorspellers Individu Psychologisch/persoonlijkheid Biologisch
Zelfvertrouwen Verlegenheid / extraversie Neuroticisme Sociale vaardigheden Biologisch Genen Hersenen Voobeelden sociale vaardigheden!!

15 Genen Evolutietheorie:
Vermogen van mens zich eenzaam te voelen is functioneel in de evolutie  erfelijk Schatting erfelijkheid in gedragsgenetische studies: 48-55% Genetische aanleg voor de behoefte om bij andere mensen te horen: need to belong

16 Werking genen

17 Werking genen Voorbeeld: Serotonine transporter gen (5-HTTLPR)
2 allelen: kort allel en lang allel Genotypes: kort-kort, kort-lang of lang-lang Dragen van tenminste 1 kort allel = risico Werking: Genetische aanleg voor de behoefte om bij andere mensen te horen: need to belong

18 Onderzoek genen (2) 5-HTTLPR genotype
Direct effect van 5-HTTLPR op ontwikkeling van eenzaamheid Dragers van korte allel blijven stabiel in eenzaamheid, terwijl adolescenten met het l-l genotype dalen in eenzaamheid This finding seems to suggest that carriers of the risk allele are unable to reduce their feelings of lonelienss and therefore diverge from the normative developmental trend during adolescence Figuur 1. De ontwikkeling van eenzaamheid voor de verschillende genotypes

19 Onderzoek genen (3) 5-HTTLPR genotype x steun
Bij adolescenten met een kort allel: hoge steun van moeder gerelateerd aan lagere eenzaamheid op baseline Figuur 3. Interactie tussen 5-HTTLPR genotype en steun van moeder

20 Werking genen Oxytocine Neuropeptide in hersenen Meer oxytocine 
Nasaal toedienen (neusspray, tijdelijke effecten) Genetische variant (A allel = risico = minder oxytocine) Meer oxytocine  Meer vertrouwen in anderen Vermindert angst Meer ‘verzorgend’ gedrag Betere hechting

21 gerelateerd aan eenzaamheid?
Hersenen Waarom zijn deze genen gerelateerd aan eenzaamheid? 5-HTTLPR is belangrijk in regulatie van negatieve emoties: Mensen met kort allel: hogere activatie in de amygdala na het zien van bedreigende stimuli (Heinz et al, 2004) Mensen met kort allel: verminderde koppeling tussen amygdala en perigenual anterior cingulate cortex (pACC) (Pezawas et al., 2005)

22 Onderzocht door middel van:
Hersenen Onderzocht door middel van:

23 Hersenen (2) Onderzoek sociale exclusie:
Deelnemer speelt cyberball met 2 virtuele spelers Na aantal beurten sociale exclusie (spel werkt niet) en openlijke sociale exclusie (niet mee mogen doen zonder uitleg) Hand deelnemer

24 Hersenen (3) Onderzoek sociale exclusie (Eisenberger et al., 2003):
Tijdens sociale exclusie: anterior cingulate cortex (ACC) actief Bij openlijke sociale exclusie: ook (rechter ventrale) prefrontale cortex (RVPFC) actief Zelfde gebieden als bij fysieke pijn: sociale pijn = fysieke pijn? Evolutietheorie!

25 Hersenen (4) Studie naar verschil verwerken sociale stimuli tussen eenzame en niet-eenzame mensen (Cacioppo et al, 2009) Voor plezierige stimuli: eenzame mensen worden minder beloond door sociale stimuli (lagere activatie ventraal striatum bij plaatjes van mensen) Bij onplezierige stimuli: bij eenzame mensen grotere activatie van visuele cortex bij plaatjes van mensen  meer aandacht voor ‘lijden’ van anderen Samengevat: eenzaamheid voor deel ‘veroorzaakt’ door wat mensen verwachten van en denken over andere mensen

26 Interventies Eenzaamheid niet in DSM, maar: relationele problemen verdienen klinische aandacht (veel problemen hangen samen met chronische eenzaamheid) Weinig onderzoek naar gedaan, type interventie afhankelijk van idee over oorzaak: Versterken sociale relaties / sociale steun (buddy projecten) Aanleren sociale vaardigheden Aanleren/aanpassen (depressogene) cognities / attributiestijl Meta-analyse: CGT enige dat effectief is Niet in DSM: moet op as IV wel meegenomen worden!

27 Bedankt voor jullie aandacht!
Veel mensen zijn eenzaam, geloof me daar is niets tegen, het mag, maar kom je ze tegen, zeg dan op z'n minst even: dag Toon Hermans


Download ppt "Eenzaamheid Genetische invloeden en biologische maten Eeske van Roekel."

Verwante presentaties


Ads door Google