Politieke voorkeur zegt meer over u dan u denkt Paul A.M. van Lange Vrije Universiteit Amsterdam Voor meer informatie: www.paulvanlange.comwww.paulvanlange.com.

Presentatie over: "Politieke voorkeur zegt meer over u dan u denkt Paul A.M. van Lange Vrije Universiteit Amsterdam Voor meer informatie: www.paulvanlange.comwww.paulvanlange.com."— Transcript van de presentatie:

1 Politieke voorkeur zegt meer over u dan u denkt Paul A.M. van Lange Vrije Universiteit Amsterdam Voor meer informatie: www.paulvanlange.comwww.paulvanlange.com

2 Groningen 1978

3 De generator (van een locale smid) kan in electriciteit voorzien … als elk huishouden zich aan de volgende regels houdt: 1.Max. temperatuur van 18 graden 2. Max. 1 lamp aan per huishouden 3. Geen televisie 4. Geen gebruik van warm water

4 Wat gebeurde er?

5 Sociaal dilemma Een van de belangrijkste taken voor partners, vrienden, organisaties, landen, europa, en de “wereld” is om sociale dilemma’s te managen. B.v. inzet voor gezamenlijke taak B.v. overschrijding visquota

6 Twee uitdagingen 1. Sociaal dilemma: Conflict tussen eigenbelang en gezamenlijk belang 2. Temporeel dilemma: Conflict tussen korte-termijn (vaak, direct) en lange- termijn belangen

7 Twee type oplossingen: 1. Structurele oplossingen. Maak cooperatief gedrag aantrekkelijker (subsidie) Maak egoistisch gedrag onaantrekkelijker (belasting) Ontneem keuzevrijheid (automatische lichtschakelaars) 2. Psychologische oplossingen haal gevolgen dichterbij laat goede resultaten zien schep duidelijkheid

8 Onzekerheid en “ruis” Ruis (of “noise”) verwijst naar onbedoelde fouten die interactie “uitkomsten” beinvloeden.

9 Gevolgen zijn minder goed dan bedoeld werd.

10 Gevolgen zijn zeker negatief: negatieve ruis

11 Politiek en persoonlijkheid 1. “Cognitieve motieven” (aversie tegen verandering) “need for structure” (niet overvallen worden door veranderingen op het laatste moment) “need for closure” (behoefte tot afronding, knopen doorhakken) “need for cognition” (behoefte om na te denken)

12 Politiek en persoonlijkheid 2. “Sociale motieven” (aversie tegen ongelijkheid) Zelf onderzoek over opgezet…

13 Diagnostische spelsituaties ____________________________________________ A B C Jij krijgt480540480 Ander krijgt 80280480 ____________________________________________ Noot.: “Ander” is hypothetisch. punten zijn waardevol voor beiden.

14 Sociale Motieven: (1) prosociale orientatie (50-60%) (2) individualistische orientatie (20-30%) (3) competitieve orientatie (10-15%)

15 Recente bevindingen Prosocialen waarderen gelijkheid in inspraak meer Prosocialen reageren ook neurologisch sterker op ongelijkheid Prosocialen willen ongelijkheid sterker opheffen door te doneren aan “goede” doelen

16 Waar komen deze verschillen vandaan?

17 Aantal broers en zussen

18 Aantal zussen (veel wel of geen)

19 Individualisen zijn vaak de oudste

20 Sociale motieven zijn ook gerelateerd aan verschillende leeftijdsgroepen.

21 Leeftijd (Van Lange, Otten, De Bruin, & Joireman, JPSP, 1997) Age Category

22 Percentages onder eerste-jaars studenten

23 2 onderzoeken Study 2: Italy (497 participants, 250 women, mean age 32 years) sociale motiven werden 1-4 weken gemeten voor de 2004 Europese verkiezingen; stemgedrag werd 1 week na de verkiezingen gemeten Study 3: Netherlands (1,472 participants, 751 women, mean age 46 years, sample representative of Dutch Adult population, TNS/NIPO) scoiale motieven gemeten in mei 2002, stemgedrag werd 8 maanden later gemeten na de algemene verkiezingen in january 2003. Van Lange, P. A. M., Bekkers, R., Chirumbolo, A., & Leone, L. (2012). Are conservatives less likely to be prosocial than liberals? From games to ideology, political preferences and voting. European Journal of Personality.

24 Percentages of svo across four categories (Study 2, Italy, 2004) Van Lange, P. A. M., Bekkers, R., Chirumbolo, A., & Leone, L. (2012, in press). Are conservatives less likely to be prosocial than liberals? From games to ideology, political preferences and voting. European Journal of Personality.

25 Percentages of svo across four categories (Study 3, Netherlands, 2002) Van Lange, P. A. M., Bekkers, R., Chirumbolo, A., & Leone, L. (2012, in press). Are conservatives less likely to be prosocial than liberals? From games to ideology, political preferences and voting. European Journal of Personality.

26 Voorlopige conclusies Vaak ligt de nadruk op kandidaten (charisma van leiders), interne organisatie van een partij (denk aan neergang Groenlinks), of de “framing” van een politieke agenda. Politieke voorkeur zegt ook iets over ons zelf -Weerstand tegen verandering -Weerstand tegen ongelijkheid

27 Intrigerende onderwerpen voor de toekomst Sociaal dilemma: conflict tussen eigenbelang en collectief belang. Is het dilemma niet complexer met 3 niveau’s? Belang van zelf Belang van groep (Nederland) Belang van collectief (Europa, wereld)

28 Sociale motieven zijn deels biologisch verankerd en deels komen tot uitdrukking in sociale interactie- ervaringen. De jonge jaren kunnen hierbij een belangrijke rol spelen Mijn “take-home message” is nog wat speculatief...

29 Mogelijk is onze politieke voorkeur al heel vroeg tot stand gekomen... Thank you!

30