Jakobus (1).

Presentatie over: "Jakobus (1)."— Transcript van de presentatie:

1 Jakobus (1)

2 Jakobus (1) WELKOM

3 Psalm 119: 1 Welzalig wie de rechte wegen gaan,
wie in de regels van Gods wijsheid treden. Zalig wie zijn getuigenis verstaan, van ganser harte zoeken naar zijn vrede. Geen onrecht en dwaling lokt hen aan. De weg der zondaars wordt door hen gemeden.

4 Psalm 119: 2 Gij hebt ons hart uw orde opgelegd,
opdat wij die met ijver onderhouden. Ach, ging ik toch de wegen van uw recht, dan stond ik niet beschaamd, als ik vertrouwde op wat Gij in uw liefde tot mij zegt, als ik de schoonheid van uw wet aanschouwde.

5 Jakobus (1) GEBED

6 Jakobus (1) Lezen Jakobus 1

7 Jakobus (1) Wie is de schrijver – Jakobus 1.1.2.
Wie zijn de lezers – twaalf stammen in de verstrooiing Probleem: geen plaats; geen namen; geen tijd (1.2.3). Vergelijk de brief aan de Romeinen: wel plaats, waarvan we veel weten; wel namen, van wie we uit andere boeken ook iets weten; wel tijd, omdat we weten wanneer Paulus het plan opvatte om naar Rome te gaan.

8 Jakobus (1) Wie is de schrijver? Wie zijn de lezers?
Wanneer is de brief geschreven? Hoe en waar kun je een antwoord vinden op deze vragen? Hoe belangrijk is een antwoord op deze vragen voor de gemeente van nu? (Denk hier even over na – en overleg)

9 Jakobus (1) Hoe en waar kun je een antwoord vinden op deze vragen?
Alleen in de brief zelf en enkele andere boeken in NT. Vooral in de inhoud van de brief. Welke onderwerpen? Rechtvaardigheid + Barmhartigheid Welke voorbeelden? Hoe belangrijk is een antwoord op deze vragen voor de gemeente van nu? De antwoorden zijn altijd voorlopig, want we hebben (nog) geen andere bronnen. De uitleg van sommige delen, is dus ook voorlopig, bijvoorbeeld over genezing.

10 Jakobus (1) Wie is de schrijver? : Wie zijn de lezers?
Waarschijnlijk: Jakobus, de halfbroer van Jezus. Wie zijn de lezers? Zeker: Joden die niet in Judea wonen = diaspora. Waarschijnlijk: Antiochië – noordoosthoek M.Z. Zeker: Grote Joodse gemeenschap, maar ook vroeg al christenen uit de heidenen. Voorbeelden uit: handel; scheepvaart; bos. Wanneer is de brief geschreven? Brief gaat niet over vervolging. Brief gaat ook niet over Joden/heidenen.

11 Jakobus (1) Opvallend: Jakobus schrijft niet: aan de gelovigen uit de twaalf stammen. Hij ziet de christelijke kerk uit de Joden als voortzetting van het volk Israël. Net als Paulus (Romeinen 4:11,12).

12 Jakobus (1) Enkele opmerkingen over de brief: De stijl (2.1):
Confronteren, scherp, gebiedend. Aansprekend: broeders (en zusters). Duidelijke voorbeelden uit dagelijkse leven (blz. 5). Het taalgebruik (2.1.1.): Goed gekozen woordgebruik / zinsopbouw Mooie opbouw / stijlfiguren, die sterk doen denken aan de Psalmen en aan Jesaja.

13 Jakobus (1)

14 Jakobus (1) Enkele opmerkingen over de brief:
De relatie tot het Nieuwe Testament en vooral de bergrede (Matteüs 5-7). Laten we kijken naar de parallellen : blz. 7). Van belang : wat is het doel van de Bergrede. Uitstapje : Matteüs 6: (Lezen) Zoek liever eerst het koninkrijk van God en zijn gerechtigheid, dan zullen al die andere dingen je erbij gegeven worden. (vers 33).

15 Jakobus (1) Enkele opmerkingen over de brief:
De relatie tot het Oude Testament. De wet. De gerechtigheid van het geloof. De verwijzingen naar personen uit het Oude Testament (blz. 8). De verwijzingen naar de mens als beeld van God / het kennen van God. Met Deuteronomium, Psalmen en Jesaja op de achtergrond.

16 Jakobus (1) Enkele opmerkingen over de brief: Het kennen van God:
De eenheid van de Vader en zijn Zoon. (blz. 9) Persoon en karakter van God. De wederkomst van Jezus

17 Jakobus (1) Belangrijke woorden:
Volmaaktheid = niet perfectie, maar een ongedeeld hart (Mat. 5:48) > doel van gelovige leven. Het beproefde geloof. De gelovige wijsheid. Verhoging – vernedering. Het oordeel. De dood. Kort overzicht van de brief (blz. 11).

18 Jakobus (1) Voor de volgende keer (1 juni) Lees de hele brief door.
Heb vooral aandacht voor Jakobus 1. Vanwege het thema (barmhartigheid): stel u zelf de vraag wat Jakobus 1 u leert over barmhartigheid en hoe u dit kunt vertalen naar de tegenwoordige tijd en de gemeente. Daarbij kunt de onderwerpen van betrekken. (vooral Jakobus 1:27). Lees de tekst van de reader door (blz. 1-11) van deze keer en blz voor de volgende keer.

19 Psalm 119: 4 Waarmee bewaart de jeugd haar bloem, haar eer,
hoe vindt de mens reeds vroeg de rechte paden? Hij houdt zijn leven onbesmet, wanneer hij zich door God en zijn gebod laat raden. Ik zoek U met mijn ganse hart, o HEER, leid mij niet af ter zijde en ten kwade.

20 Psalm 119: 3 U dank ik, HEER, in opgetogenheid.
Mijn hart verheugt zich over uw bevelen, U wil ik, die de allerhoogste zijt, in alles volgen, niets voor U verhelen. Verlaat mij niet, ik ben U toegewijd, verlaat mij niet, laat in uw gunst mij delen.

21 Jakobus (1) DANKGEBED