H4 Statistiek Beelddiagram

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Negatieve getallen Klas 1 | Hoofdstuk 4
Advertisements

Gelijkmatige toename en afname
Klas 2 Hoofdstuk 7 Moderne Wiskunde HAVO/VWO
Tabellen & diagrammen Centrummaten & Spreiding
Computerles Statistiek
vwo A/C Samenvatting Hoofdstuk 3
Staafdiagram Strookdiagram
Een manier om problemen aan te pakken
Statistiek HC1MBR Statistiek.
Staaf- en cirkeldiagram
Kan je zelf een geschikte schaalverdeling maken
Centrummaten gemiddelde
De grafiek van een lineair verband is ALTIJD een rechte lijn.
Centrummaten gemiddelde
AARDRIJKSKUNDE.
Verhoudingstabel Er is een voorraad laxeermiddel. Die oplossing bevat 15% natriumsulfaat. Dit betekent: 15 gram per 100 mL oplossing. Kinderen krijgen.
havo A Samenvatting Hoofdstuk 3
havo A Samenvatting Hoofdstuk 4
Basisstof 9: Variatie in lengte en gewicht
Statistiekbegrippen en hoe je ze berekent!!
Procenten 3 havo.
Begrippen hoofdstuk 3.
havo B Samenvatting Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 4: Statistiek
Vergelijkingen oplossen
Boxplot en steelbladdiagram
Centrummaten en Boxplot
Accountmanagement H3 Statistiek Junior accountmanager.
Toepassingen 5L week 4: ‘Mensen rondom ons’
Assenstelsel tekenen.
Gecijferdheid 2 (Meten 1 – ME144X) week 3
Rekenen & Tekenen sciencmc2.nl.
Test 1 Present.me uurloonberekening. Maandsalaris  Maandsalaris als je fulltime (voltijd) zou werken.
DKA4-model In 4 stappen naar het antwoord.. DKA4-model. Delen, keer antwoord op het 4 e getal. Teken een tabel De getallen die bij elkaar horen, onder.
Grafieken in de natuurkunde Ga verder Dia’s worden stap voor stap automatisch ingevuld Ga verder Pas als rechtsonder verschijnt, klik dan voor de volgende.
Les 6: Procenten combineren met gegevens uit grafieken en tabellen.
Vandaag: Restant les 3 Verhoudingen
Herhalen schaal Schaal is een verhouding.
Absolute aantallen en relatieve aantallen
Cirkeldiagram en sectoren
Deze les hfdst 1 verbanden gegevens verwerken
Les 8 meten en meetkunde in huis
Herhalen schaal Schaal is een verhouding.
Rekenbingo Negatieve getallen
Deze les Nabespreken toets Vervolg Verbanden
Portret in beeld THTEX.
Deze les Nabespreken toets
6.4 Gemiddelde, mediaan en modus Centrummaten
Deze les Even herhalen: hoofdrekensommen Grafieken aflezen waar moet je ook alweer op letten? Stapeldiagram sportdag bespreken Voorbeeldexamenvragen Uitleg.
Rekenen.
Excel Statistiek en Excel.
Rekenen Verbanden les 1: gegevens verwerken Verbanden les 2: gegeven in tabellen.
Rekenen Les 5: rekenen met grafieken, diagrammen en tabellen
Hoofdstuk 6 Rapportage en presentatie verkoopcijfers
Les 2: gegevens samenvatten
Kwantitatieve onderzoeksresultaten
Hoe maak je een grafiek? Tabellen & Diagrammen.
Negatieve getallen Klas 1 | Hoofdstuk 4
Zeeslag Bron: csunplugged.org / csunplugged.nl.
Kan je zelf een geschikte schaalverdeling maken
De grafiek van een lineair verband is ALTIJD een rechte lijn.
Les 5: rekenen met grafieken, diagrammen en tabellen
Kan je zelf een geschikte schaalverdeling maken
3 vmbo-KGT Samenvatting Hoofdstuk 10
Rekenen Les 5: rekenen met grafieken, diagrammen en tabellen
Afsluiting: Hoe zit jij in je kippenvel?
Rekenen Verbanden les 1: gegevens verwerken Verbanden les 2: gegeven in tabellen.
Bewegingen onderzoeken
Hoofdstuk 10 – les 4 Eenparig vertraagd.
Hoofdstuk 20 Grafieken en tabellen. Hoofdstuk 20 Grafieken en tabellen.
Transcript van de presentatie:

H4 Statistiek Beelddiagram Paragraaf 4.1 Beeld, staaf en lijn diagram (=grafiek) Beelddiagram De aantallen worden aangegeven door een afbeelding (figuurtjes/pictogrammen) Hoeveel posters zijn er op woensdag verkocht? Hoeveel posters zijn er totaal in week 36 verkocht?

Staafdiagram Paragraaf 4.1 Beeld, staaf en lijn diagram (=grafiek) Verticaal lees je de aantallen af per staaf Assen benoemen Hoeveel leerlingen hebben een onvold. gehaald? Hoeveel leerlingen zitten er in deze klas? Verticaal: cijfers langs het roosterlijntje zetten! Horizontaal: cijfers in het midden van het hokje zetten!

Lijndiagram Paragraaf 4.1 Beeld, staaf en lijn diagram (=grafiek) Assen benoemen Verticaal lees je de aantallen af per lijn. Punten moeten bij statistiek met rechte lijnen worden verbonden! Welke maand is de minste omzet gedraaid en hoeveel? Verticaal: cijfers langs het roosterlijntje zetten! Hoeveel omzet is er in juni meer gedraaid ten opzichte van de vorige maand? Horizontaal: cijfers/afkortingen langs de roosterlijnen zetten!

Paragraaf 4.2 Cirkeldiagram Een cirkeldiagram is verdeeld in sectoren. De sectoren worden vaak aangegeven in procenten/aantallen. Iedere sector heeft een hoek vanuit het middelpunt. sectoren Hoe bereken je van aantal naar procent? :25 Verhoudingstabel: x2 Aantal l.l. 25 1 2 Procent 100 4 8 :25 x2 Deel/totaal x 100% Voor Bussum: 2/25 x 100 = 8%

Paragraaf 4.2 Cirkeldiagram Hoe bereken je van een aantal naar een sectorhoek? a) 600 – (75 + 105 + 240 + 60) = 120 kinderen :600 x75 Dierentuin Aantal l.l. 600 1 75 b) Sectorhoek 360 0,6 45 Manier van het wiskunde boek :600 x75 Andere manier: Deel/totaal x 360˚ Voor de Dierentuin: 75/600 x 360 = 45˚ b) Voor het strand: 105/600 x 360 = 63˚ Voor het pretpark: 240/600 x 360 = 144˚ Voor het museum: 60/600 x 360 = 36˚ Anders: 120/600 x 360 = 72˚

Hoe teken je een cirkeldiagram? Dierentuin: 45˚ strand: 63˚ pretpark: 144˚ museum: 36˚ Anders: 72˚ Dierentuin: 45˚

Paragraaf 4.3 Turftabel en steel-bladdiagram Turfbladdiagram Turven is een ander woord voor streepjes zetten. Na vier streepjes zet je een dwarsstreep (=5). Soms is het handig om deze manier te gebruiken. Dit doe je om overzicht te krijgen van veel verschillende getallen die door elkaar staan. Loop een rijtje per getal af en streep door wat je gehad hebt. Wel met potlood!

Paragraaf 4.3 Turftabel en steel-bladdiagram Voorbeeld van de lengte in cm:  142 123  149 133 144  135 122 130 142  141   149 135 Het laatste cijfer van een getal komt in het blad en de rest in de steel. 12 3 2 13 3 5 5 14 2 9 4 2 1 9 Hoeveel kerstbomen zijn kleiner dan 135 cm? Wat is de lengte van de grootste kerstboom?

Paragraaf 4.4 Gemiddelde en modus Gemiddelde berekenen met een frequentietabel Bij een klein aantal waarnemingen kun je het gemiddelde berekenen door: Tel het aantal getallen Tel alle getallen bij elkaar op. Deel de uitkomst van stap 2 door het getal van stap 1. Gemiddelde = Totaal aantal getallen opgeteld : aantal getallen Voorbeeld: Jouw cijfers voor wiskunde waren  6  7  5  8  9  6 Gemiddelde op één decimaal: (6 + 7 + 5 + 8 + 9 + 6) : 6 ≈ 6,8

Paragraaf 4.4 Gemiddelde en modus Bij een groot aantal waarnemingen is het soms handig om het gemiddelde te berekenen met behulp van een frequentietabel. Frequentie is: hoe vaak komt het getal voor (=turven!) Uren t.v. Frequentie Klad Voorbeeld: 4 4 4 x 4 = 16 5 6 5 x 6 = 30 Controle 6 5 6 x 5 = 30 7 3 7 x 3 = 21 8 2 8 x 2 = 16 Tip: Streep met potlood het getal door wat je hebt gehad! Begin van links naar rechts. 9 x 5 = 45 9 5 + 25 158 Gemiddelde 158 : 25 =6,32

Paragraaf 4.4 Gemiddelde en modus De modus is het getal, wat dan het meeste voorkomt. Denk aan mode en spijkerbroeken.   Voorbeelden: 5  4  5  4 6 6  5  7  5    Modus = 5 De frequentie is 4! 5 5  3  3  4  6  4  3  5  7   Er komt geen getal het meeste voor, dus er is ook geen modus! Tip: Soms is het handig om alle getallen op volgorde te zetten! 4  4  5  5 5 5 6 6  7     

Paragraaf 4.5 Indeling in klassen Klassenindeling Voorbeeld: 27 29 32 24 30 25 29 35 33 25 26 De klasse is een groepje getallen. In dit voorbeeld: 20- 25; 25 – 30:…. zijn de getallen: 20, 21, 22, 23, en 24!! 20 - 25 Tijd in sec Frequentie De klassenbreedte is het aantal getallen. In dit voorbeeld: 5 20 - 25 2 25 - 30 6 De modale klasse is het groepje getallen (=klasse), wat dan het meeste voorkomt. In dit voorbeeld: 25 - 30 De frequentie is 6! 30 - 35 3 35 - 40 1

Week ...​ ........... : Proefwerk H4 REKENMACHINE, potlood, geo/liniaal en kompasroos mee! ​ GT Hoe leer je een proefwerk:​​ Nakijken/doornemen: 3, 4, 5, 8, 9, 15, 16, 20 t/m 22, 25 t/m 27 (antw. Staan in IL) Test jezelf doen en nakijken (antw. staan in je boek) of Oefenopdrachten uit je werkboek doen.​ KWL doorlezen en Filmpjes bekijken(IL)​ Oefenen via digitaal materiaal (IL)​