Ik zie, ik zie wat jij niet ziet………… en het is onzichtbaar

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Elektrische en magnetische velden
Advertisements

LICHT – ONZICHTBAAR LICHT
Spoedcursus Fotografie
Beeldaspecten.
tattoo tatto + + +veelgestelde vragen over tatoeages+ + +
Digitale Onderwaterfotografie
Periode 2: LICHT EN GELUID
Newton - VWO Golven Samenvatting.
Vermogen Veel vermogen Zelfde locomotief in model, weinig vermogen.
Gemaakt door Nils Baalmans
Licht mengen.
LICHT – SPECTRUM EN KLEUREN ZIEN
LICHT – ONZICHTBAAR LICHT
Elektrische en magnetische velden H16 Newton 5HAVO Na2
FOTODIGITAAL
Evenwijdige lichtbundel
Licht en schaduw Begrippen klas 1 t/m 3.
Gevaarlijke stoffen!! risico’s, vergiftiging, soorten, voorkomen, etikettering, gevarendiamant.
FLUO IN DE DISCO WAT IS LICHT ? LICHT = elektromagnetische golven
Lichtgolven Sint-Paulusinstituut.
Tekenen.
LED’s.
PIR sensor.
Halfgeleider.
Kleuren Kleuren.
Newton - VWO Ioniserende straling Samenvatting.
Deeltjestheorie en straling
Samenvatting H 8 Materie
Newton - HAVO Ioniserende straling Samenvatting.
Wat doet de dampkring met binnenkomende straling?
De Megapixel mythe Door Nico Van Damme. Een aantal parameters die de kwaliteit gaan bepalen Resolutie Korrel en ruis Dynamisch bereik Kleurkwaliteit Bewerkingen.
Basisstof 6: De werking van de ogen
De lens: Bekijk het vooral positief
Controle over de belichting
Duikboot Waarom brandt er ‘s nachts rood licht in een duikboot als er gevaar dreigt?
Natuurkunde overal 3 HV Licht
Update Tandheelkundige radiologie
Maandag 18 november Licht & witbalans Avond fotografie – blauwe uurtje
Licht Hoofdstuk 5 paragraaf 5.1 en 5.2
Waarom zijn groene planten en bomen zo belangrijk voor ons en de natuur?
N4H_05 samenvatting Newton 5 Straling en gezondheid Ioniserende straling | Havo 5.7 Samenvatting.
Samenvatting Conceptversie.
N4V_05 samenvatting Newton 5 Straling en gezondheid Ioniserende straling | Vwo 5.7 Samenvatting.
Natuurkunde Paragraaf 5.1 & 5.2 Gemaakt door: Martijn van den Berg
Daar is DE ZON! Daar is de zon eindelijk weer! De grijze winter is voorbij, bomen en bloemen groeien en bloeien, lammetjes dartelen in de wei.
Beeldbewerking.
Contrastonderzoek Positief vs Negatief contrast.
Straling van Sterren Hoofdstuk 3 Stevin deel 3.
Hoofdstuk 6 ‘Licht’ Paragraaf 6.1 antwoorden.
Trillingen Klik op de pijltjes van je toetsenbord om naar de volgende of vorige dia te gaan. Hallo allemaal, we gaan het hebben over: dubbelklik.
Thema 6 Regeling en waarneming Bouw en werking van het oog
Basis-workshop fotografie. Ken uw camera Belangrijke zaken Scherpe foto’s Compositie Hoe verder.
Wat is licht? deeltje, want licht gaat in een rechte lijn (Newton) golf (Huygens), want er komen dingen voor die ook je ook bij watergolven ziet (buiging.
Beoordelen kwaliteit röntgenfoto
Hoofdstuk 2 Licht en kleur.
Paragraaf 2 – Van infrarood tot ultraviolet
§13.2 Het foto-elektrisch effect
Hoofdstuk 2 Golven.
Stralingsbescherming deskundigheidsniveau 5
Welkom bij workshop Stilleven fotografie
H8 Licht Nova Licht en kleur.
LICHT – SPECTRUM EN KLEUREN ZIEN
Toezichthouder Stralingsbescherming tandheelkunde - basis
Verpleegtechnische vaardigheden
LICHT – SPECTRUM EN KLEUREN ZIEN
Hoofdstuk 8 Water Wat gaan we doen vandaag? Opening
Hoofdstuk 8 Water Wat gaan we doen vandaag? Opening
Leren programmeren met Scratch
Transcript van de presentatie:

Ik zie, ik zie wat jij niet ziet………… en het is onzichtbaar Röntgenologie Ik zie, ik zie wat jij niet ziet………… en het is onzichtbaar

Wat is röntgenstraling?

Straling Straling is er altijd en overal  vanuit de ruimte, de zon, de mobiele telefoon, medische diagnostische apparatuur, een gloeilamp, etc Slechts een klein deel is schadelijk! Röntgenstraling behoort tot dit kleine deel!!! Elektromagnetische golven  stroom “energiepakketjes” (fotonen/quanten) die zich in een golfbeweging voortbewegen

Straling Zichtbaar licht dankt zijn zichtbaarheid aan reflectie. Andere soorten straling spoor je op met hulpmiddelen. Violet Blauw Groen Geel Oranje Rood KOPPELING

Straling Hoe hoger de frequentie (dus hoe kleiner de golflengte)  des te groter de energieinhoud  hardere straling Welke straling bevat meer energie: infrarood straling of röntgenstraling?

Eigenschappen van röntgenstraling

1. Doordringbaarheid Absorptie Passage Verstrooiing  strooistraling!!!

1. Doordringbaarheid Afhankelijk van: Object: Meegevoerde energie Dikte Dichtheid Atoomnummer Meegevoerde energie (energetische waarde)

2. Werking op fotografische plaat Röntgenstralen belichten film (samen met fluorescerende lichtstralen die ontstaan .... komt hierna aan bod) Hoe meer stralen de film bereiken des te zwarter wordt dat stukje film (ook zichtbaar licht heeft dit effect  cassette goed dicht laten!!!)

3. Luminescentie Sommige stoffen lichten op bij bestralen met röntgenstralen. Licht dat ontstaat heeft grotere fotografische werking dan röntgenstralen zelf. Versterkingsscherm

4. Biologisch effect Afhankelijk van: Carcinogeen Mutageen Teratogeen Aard van de straling Diersoort Organen Bescherming Carcinogeen Mutageen Teratogeen = kankerverwekkend = chromosoom- / gen-beschadigend = veroorzaakt misvormingen bij een ongeboren vrucht

4. Biologisch effect Straling die zijn energie overdraagt aan het weefsel kan dit weefsel beschadigen (ionisatie) Effect bij röntgenstraling is aanwezig: Groeibelemmering Epitheelverwoestend Ontstekingverwekkend Genenbeschadigend Met name sneldelend weefsel en weefsel met een hoog stofwisselingsniveau gevoelig

4. Biologisch effect Bescherming Beschadigingen kunnen zich opstapelen (cumulatie) om uiteindelijk toch tot uiting te komen Hiervoor is een bepaalde drempelwaarde nodig, geldt niet voor tumorvorming Tumorvorming heeft een lange latentieperiode.

De röntgenapparatuur

Ontstaan van de straling de röntgenbuis = thermoschakelaar = olie = glazen omhulling = kathode = anode = loden omhulsel diafragma en lichtvizier = buisvenster

Bediening d.m.v. knoppen Kilovolt (kV) – knop Milli-ampère (mA) – knop Verandert het spanningsverschil tussen kathode en anode kV hoger instellen  meer en hardere stralen Milli-ampère (mA) – knop Verandert de stroomsterkte in de kathode-draad mA hoger instellen  meer stralen Seconden (s) – knop langere belichtingstijd  meer stralen (mAs-knop: combinatie van vorige 2 knoppen)

Hulpmiddelen Cassette Versterkingsscherm in de cassette (zet röntgenstralen om in zichtbaar licht) Strooistralenrooster (geeft streping op de film, behalve bij Bucky-rooster)

Stralingdoorlaatbare voorkant Versterkingsscherm Röntgenfilm Opvulmateriaal (drukt film vast) Loden achterkant Deksel Klem doorsnede van een gevulde cassette met 2 versterkingsschermen.

Strooistralenroosters Gebruiken als het lichaamsdeel > 15 cm Dus alles dikker dan een kattenbuik Welke roosters zijn er?: Loodfolie Strooistralenroosters Wel / niet gefocusseerd Bucky-rooster

Bescherming tegen röntgenstraling

Bescherming tegen straling Directe straling  nooit met de handen in de primaire bundel!!! Strooistraling  Minimaliseren hoeveelheid straling: Goed focussen en diafragmeren Gebruik versterkingsschermen Persoonlijke bescherming: Loden schort, handschoenen, schildklierbescherming

Bescherming tegen straling Hulpmiddelen: Cassettehouder, touwtje Afstand houden Deskundigheid (zo min mogelijk mislukte foto’s) Zo min mogelijk mensen in de ruimte

Kwadratenwet

Veiligheidsmaatregelen Eisen aan de röntgenapparatuur: Maximale capaciteit < 100 kV anders vergunning nodig Jaarlijkse controle functioneren en lekstraling Eisen aan de ruimte: Afsluitbare ruimte + evt rode lamp Wanden en deuren voorzien van lood Kan de buis kantelen  zwaardere eisen Gebruikte rood/gele stickers:

Wettelijke aspecten Kernenergiewet Besluit stralenbescherming Iedereen aangifte, > 100 kV vergunning nodig Deskundigheid: Wie zijn er deskundig? Dosislimieten: Hoeveel mag je als paraveterinair “binnen krijgen”? Wat doe je als je zwanger bent? Persoonlijke controlemiddelen: TLD-meters Instructie / veiligheidsmaatregelen Jaarlijkse controle röntgenapparatuur

Een röntgenfoto maken

Een röntgenfoto maken Röntgen- en ontwikkelapparaat aanzetten Cassette klaar leggen: Juiste afmeting Film erin Links/rechts aangeven In of op de tafel? Instellen lichtvizier Instellen kV- en mAs-waarde Beschermingsmiddelen aantrekken Patiënt positioneren

Regels voor het maken van een röntgenfoto Neem voldoende veiligheidsmaatregelen Zorg voor een zo rustig mogelijk dier De zieke zijde van het dier zo dicht mogelijk op de filmcassette (waarom?) De zieke zijde steeds het dichtst bij de film om zo min mogelijk vertekening te krijgen. (hoezo zo min mogelijk vertekening?) Diafragmeer (waarom?) Diafragmeer zo veel mogelijk, dus maak een zo klein mogelijke opname  minder strooistralen.

Regels voor het maken van een röntgenfoto Centreer op de verwachte afwijking (waarom?) Centreer de röntgenbundel op dat deel waar je de afwijking verwacht. Bij het bekijken van een röntgenfoto verwachten we de afwijking in het midden en niet aan de rand. (wat is het nadeel van het beoordelen van structuren aan de rand van de opname?) Altijd 2 opnamen maken (waarom?) Er worden standaard 2 opnamen gemaakt in loodrecht op elkaar staande richtingen om een 3-dimensionaal beeld te krijgen en om geen afwijkingen te missen. Houd een constante buis-filmafstand (bijv. 1 meter), zodat gebaseerd op deze afstand een lijstje met belichtingswaarden opgesteld kan worden.

Ontwikkelen van röntgenopnamen Donkere kamer (doka) Chemische reaktie: elektron van Br af en naar Ag Constante temperatuur (18-24 °C) Constante ontwikkeltijd (afhankelijk van temp) Film op en neer halen Ontwikkelaar voor gebruik roeren Ontwikkelaar na gebruik afdekken Tussenspoelen: Ontwikkelaar is alkalisch: spoelen voor neutralisatie en stoppen ontwikkeling (stopbad) Op en neer bewegen gedurende 1 minuut

Ontwikkelen van röntgenopnamen Donkere kamer (doka) Fixeren: In eerste instantie ongeveer 3 minuten totdat de niet belichte plaatsen doorzichtig zijn. Spoelen en nat bekijken Nafixeren Ongeveer 15 minuten Naspoelen Gedurende een half uur in stromend water Drogen

handmatig ontwikkelen van röntgenfoto’s

Identificatie Naam eigenaar Naam dier en diersoort Object Opnamedatum Opnamerichting Instellingen (mAs en kV) Waarom printen? Hoe? (x-rite of printbriefje met afgeschermd hoekje)

Röntgenbeeld

De kwaliteit van een röntgenfoto beoordelen

Het beoordelen van een röntgenfoto Positie Belichting Contrast Scherpte Centrering en diafragmering Artefacten: ontwikkelfouten, vertekening

Hoe beoordelen we of een foto goed gelukt is? De positie van het dier: ligt het dier goed recht? De belichting: is de foto niet te wit (= onderbelichting) of te zwart (= overbelichting)? Het contrast: vertoont de foto veel grijstinten (contrastarm), of vallen eigenlijk alleen de kleuren zwart en wit op (harde of contrastrijke foto)? De scherpte: Is de foto niet bewogen door bijv. een beweging van het dier of door de ademhaling? De centrering en diafragmering: staat het gewenste (te onderzoeken) deel van het dier op de foto en is het mooi gecentreerd (in het midden)? Staat er niet teveel of te weinig op de foto? Artefacten: is er bijvoorbeeld sprake van ontwikkelfouten?

Belichting Foto te wit  = onderbelicht  te weinig stralen  kV 15% omhoog of mAs verdubbelen Foto te zwart  = overbelicht  te veel straling  kV 15% omlaag of mAs halveren

Contrast regelen: 15% regel 15% kV toename = 2 x mAs = dezelfde extra zwarting 15%-regel: Verlaging van de kV met 15% geeft in combinatie met een verdubbeling van de mAs-waarde eenzelfde foto wat zwarting betreft, maar met een mooier contrast Dit geldt met name voor foto’s van botten

Wat is hier aan de hand?

Vingers met ontwikkelvloeistof

Vuil in cassette

Vouw in film

Vuile vacht