Geschiedenis van het Christendom Keuzemodule Hogeschool Rotterdam
Onze verhouding tot het verleden Onze verhouding tot de overledenen: Animisme Rooms-katholiek vs. Protestants Verlichting
Onze verhouding tot het verleden Is het verleden nog relevant? (is gedenken beter dan vergeten?) o Idealisme o Gegenwartszivilisation (hedonisme, cumulatie-gedachte)
Het “nut” van geschiedenis Nut? Leren van het verleden Het heden begrijpen Kritisch kunnen omgaan met historische argumentaties Valkuilen Verlamming Relativisme Blokkade
Relativisme / universalisme Kerkgeschiedenis als apologie of kritiek Kun je wel een oordeel vellen over een andere tijd? (of cultuur) o Ja, want wij weten meer dan de tijdgenoten o Elke tijd kent zichzelf het beste (“Jede epoche ist unmittelbar zu Gott” o Een oordeel achteraf is het oordeel van de overwinnaar
Objectiviteit Subjectieve elementen spelen altijd mee: De bronnen zijn al selectief: wat wordt vastgelegd, wat wordt overgeleverd, wat wordt gebruikt De historicus selecteert, interpreteert, legt verbanden; eigen vraagstelling en vooroordeel speelt een rol Visie op historie als zodanig
Totaalvisies Cyclisch of lineair Optimistisch of pessimistisch Meebepaald door godsbeeld: o Dualisme o Providentia o Deïsme
Periodisering Gangbaar: o Oudheid geboorte Jezus tot ondergang West-romeinse Rijk o Middeleeuwen (ondergang West-Rom. Rijk tot Reformatie) o Nieuwe Tijd Reformatie tot Verlichting o Nieuwste Tijd Theologische indelingen: Montanus; Joachim van Fiore Einde-tijdbewegingen
Periodisering volgens E. Rosenstock-Huessy Kerk MartelarenVroege kerk, vervolgingen Kerkvaders, monnikenChristelijke keizer ZendelingenKerstening Germanen Apostolische keizerKarel de Grote Christelijke wereld Avondland (God)Eén geestelijk hoofd Europa (wereld)Revoluties, nationale staten Planeet