Bevolking, land en voedsel Chris Kesteloot Division of Geography and Tourism Department of Earth and Environmental Sciences KU Leuven

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Structurele effecten in het Heckscher-Ohlinmodel
Advertisements

Hoofdstuk 5: Arbeidsmarkt in de EU
Demografische veranderingen op het platteland
Hoofdstuk 1 Genoeg voor iedereen?
Hoofdstuk 4 Azië en globalisering (voortdurend proces van wereldwijde economische, politieke en culturele integratie)
Aardrijkskunde Thema 1 water.
§1.2 – Euroboeren in de kou.
Traditionele akkerbouw in Zwart-Afrika
In de vaart der volkeren
Een groeiende economie is niet noodzakelijk een betere economie
Hoofdstuk 1 Genoeg voor iedereen?
Op welke manier veranderden de landbouw en het landschap op de Nederlandse zandgronden en hoe komt dat?
Productiemiddelen H8 B129 – B131 Stan & Boudewijn.
Voedselzekerheid en Voedselproductie
Voorbereiding H14 Klas 4G.
Jullie hebben lef... .
FOD VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU 1 Inleiding herziening richtlijn brandstofkwaliteit 98/70/EG CCIM- stakeholderoverleg.
P 1.2 Ethiopië, een paradijs boven de evenaar
Indonesië.
Par. 4.3 Handel, investeringen en migratie.
Hoofdstuk 1 Patronen op de wereldkaart: bevolking Paragraaf 9 t/m 11
Hoofdstuk 3 Gebieden: Indonesië Paragraaf 1 t/m 6
Hoofdstuk 3 Gebieden: Indonesië Paragraaf 7 t/m 12
Indonesië : het grootste eilandenrijk ter wereld
Terra Tweede Fase vwo © Wolters-Noordhoff bv Make poverty history In 2000 zijn millenniumdoelen vastgesteld, bijvoorbeeld: in 2015 moeten armoede.
HOOFDSTUK 6 ECOSYSTEMEN
Goede tijden, slechte tijden
Hoofdstuk 2 Verbanden tussen patronen Paragraaf 6 t/m 9
2.2: Meer kennis, meer voedsel
2.1bevolkingsgroei in modellen
Hoofdstuk 4 Aardrijkskunde, economie en maatschappij
Naar een eerlijke voedsel- voorziening duurzame kleinschalige landbouw en fair trade als deel van de oplossing Oxfam-Magasins du monde, Oxfam Solidariteit.
2 vmbo-T/havo 4 steden, §2 en 3
Hoofdstuk 6 Energie, milieu en ruimte in Brazilië.
Verschillende agrarische regio’s
Landbouwlandschappen in Europa op kaart
Paragraaf 1.4 Leven van de landbouw.
5.2 Kun je meer produceren? De productiecapaciteit is de hoeveelheid producten die een bedrijf kan produceren . Dit wordt bepaald door het aantal werknemers.
D. Doorlopers: Het dagelijkse leven in het ancien regime
2 vmbo-T/havo 5 draagkracht, §2 en 3
Antwoorden mobieltje- uit lagelonenlanden dus goedkoper.
J. de Lange ECONOMIE HOE KUN JE DAT NOU MAKEN?. Marktaandeel Ex-BTW en In-BTW Arbeidsproductiviteit Belangrijk PROGRAMMA:
Wat betekent bodem voor de landbouw en landbouw voor de bodem?
De economische kringloop
3 havo 3 Draagkracht : tussen hoop en vrees § 7-9
1 Thema 3 Mens en milieu B1 en B2.
Boer Burger Coöperaties en Ketenverkorting Boer Burger Coöperaties in voedsel, energie en land zijn geweldige innovatie plaatsen voor de groei van biologische.
Aardrijkskunde Aardrijkskunde powerpoint van Tess en Ashley Thema 1.
1. globalisering. 1 Weg uit Nederland a Daar zijn de lonen lager. Daar is de productie dus goedkoper. Tot 1989 bestond het IJzeren Gordijn nog. De uitwisseling.
Congo: rijk land maar arme bevolking Congo: rijk land, arme bevolking.
Hoofdstuk 4 Ontwikkeling van het internationale concurrentievermogen.
Dpt. Forest and Water Management Forest & Nature Lab Bepalen van optimale technieken en strategieën voor de oogst van houtige biomassa Jeroen Osselaere,
De ecologische voetafdruk. Footprint components Fossil Fuel Built-up Waste Food Fibres absorption.
Hoofdstuk 6 Productie.
AARDRIJKSKUNDE HOOFDSTUK 1 WATER
Instructie hoofdstuk 8 Internationale ontwikkelingen.
D E INVLOED VAN DE INTERNATIONALE HANDEL OP HET BBP.
De mens en zijn milieu ZW4 Hoofdstuk 4. §1 De mens en het milieu Milieu: de omgeving waarin een organisme leeft Mens en milieu: de mens en zijn omgeving.
Instructie hoofdstuk 8 Internationale ontwikkelingen
3.1 PRODUCTIE.
Voedsel verbouwen Thema 2 – blok 2.
International Economics Tenth Edition
Welkom havo 3..
De circulaire economie van kunststof: van grondstoffen tot afval
Welkom Havo 5..
Aardrijkskunde voor de 2e fase VWO 5 en VWO 6. Samenvatting
4.2 Ecologische voetafdruk van de geglobaliseerde landbouw
MNO’s = TNO’s = transnationale ondernemingen Productiebedrijven
Buitenland - economie leerjaar 3
constante kosten, variabele kosten en marginale kosten
Transcript van de presentatie:

Bevolking, land en voedsel Chris Kesteloot Division of Geography and Tourism Department of Earth and Environmental Sciences KU Leuven

Bevolking, land en voedsel BevolkingLandVoedsel Bevolking bewerkt land en produceert voedsel om zichzelf in stand te houden Alleen platteland

Sommigen te oud of te jong om te werken  Actieve bevolking = +/- vaste verhouding in totale bevolking Bevolking Zo simpel is het niet …

Bevolking Hoewel … Japanse bevolking Niet zo vaste verhouding in totale bevolking (demografische transitie)

Bevolking Hoewel … Arbeidsduur kan/moet variëren naargelang van ruimte en historische periode

Land Humus en mineralen aanbrengen om vruchtbaarheid te behouden/verbeteren tijd en ruimte voor rotatie –Braaklegging => herstel biomassa=> humus en mineralen =>tijd en ruimte voor rotatie ruimte voor meststof en energie voor aanvoer –Aanvoer van humus en mineralen van elders => veeteelt of zwaar vervoer => ruimte voor meststof en energie voor aanvoer Landbouw => uitputting van de grond Stikstof N, Fosfor P, Zwavel S + andere mineralen weg met de oogst Zo simpel is het niet …

Land Drieslagstelsel: elke slag braak om de drie jaren Vee brengt mest uit gemene gronden naar braakliggende akkers  Niet heel het land produceert voedsel

Land Hoewel … Industriële meststoffen verbreken de lokale band tussen vruchtbaarheid en mestproductie Dankzij goedkoop transport

Zo simpel is het niet … Voedsel Vee moet ook gevoed worden Werktuigen, kleding, energie, huishoud- gerief komen ook van het land

Hoewel … Goedkoop transport = loskoppeling productie en gebruik van landbouwproducten

In het begin houden we het simpel Bevolking, land en voedsel: drie verhoudingen Bevolking P Land L Voedsel Q Bevolkingsdichtheid= rendement/arbeidsproductiviteit (inw/km²) Rendement = arbeidsproductiviteit*bevolkingsdichtheid (ton/ha) Arbeidsproductiviteit = rendement/bevolkingsdichtheid (ton/inw) Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Drie fundamentele relaties Een bevolking (aantal P) moet land bewerken (oppervlakte L) om bestaansmiddelen te produceren (gewicht Q) en zichzelf in leven te houden

Bevolkingsgroei Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Welke oplossingen indien bevolking groeit en Q niet meer voldoende is om P te voeden? Bevolking P Land L Voedsel Q

Bevolkingsgroei hongersnood conflicten epidemieën kloosters, begijnhoven abortus, kindermoord emigratie uitbreiding (kolonisatie) hogere rendementen (nieuwe technieken/ verstedelijking) Demografische oplossingen Geografische oplossingen

Bevolkingsgroei hongersnood conflicten epidemieën kloosters, begijnhoven abortus, kindermoord emigratie Demografische oplossingen “Natuurlijke” oplossingenBevolkingscontrole

Bevolkingsgroei Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Welke oplossingen indien bevolking groeit en Q niet meer voldoende is om P te voeden? Demografische oplossingen Bevolking P Land L Voedsel Q Geen verandering

Bevolkingsgroei uitbreiding (kolonisatie) hogere rendementen (nieuwe technieken/ verstedelijking) Geografische oplossingen Territoriale oplossingen Technologische oplossingen

Bevolkingsgroei Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Geen verandering Welke oplossingen indien bevolking groeit en Q niet meer voldoende is om P te voeden? Territoriale oplossingen Bevolking P Land L Voedsel Q

Hoewel … Moeilijkheid om nieuw territorium in gebruik te nemen (andere natuur => andere technieken) =>ecologisch gevaar toendra woestijn bergen tropisch regenwoud Begrenzing door klimatische en reliëfelementen => Begrenzing van de bestaanswijze

Hoewel … Er bestaan geen leegstaande bruikbare territoria => conflicten en overheersing of verjaging oorspronkelijke gebruikers (militaire technologie)

Hoewel … Moeilijkheid om groter territorium bij elkaar te houden (toenemende grenslengte; toenemende interne heterogeniteit) => belang van leger en administratie => gevaar onevenwicht tussen landbouwers en niet- producenten

Bevolkingsgroei Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Gelijk Hoger Hoger Welke oplossingen indien bevolking groeit en Q niet meer voldoende is om P te voeden? Technologische oplossingen gericht op landrendement Bevolking P Land L Voedsel Q

Hoewel … Gevaar van te grote druk op het fysische milieu (ecologische rampen)

Bevolkingsgroei Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Hoger Gelijk Gelijk? Welke oplossingen indien bevolking groeit en Q niet meer voldoende is om P te voeden? Technologische verbeteringen Geen oplossing gericht op arbeidsproductiviteit = Geen oplossing Bevolkingsdichtheid= rendement/arbeidsproductiviteit Bevolking P Land L Voedsel Q Inactie ve bevol king

Bevolkingsgroei Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Hoger Gelijk Gelijk? Voedsel Q Welke oplossingen indien bevolking groeit en Q niet meer voldoende is om P te voeden? Geen oplossing Technologische verbeteringen gericht op arbeidsproductiviteit = Geen oplossing Bevolking P Land L Inactie ve bevol king Geen oplossing Stijging arbeidsproductiviteit = Geen oplossing

Minder bevolking is nodig om Q te produceren Deel bevolking vrijgesteld van Q te produceren Wat zal deze bevolking doen? Drie antwoorden (er zijn nog andere mogelijkheden…) Stijging arbeidsproductiviteit Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Hoger Gelijk Gelijk Bevolking P Land L Voedsel Q Inact ie ve bevo l king

1° bijkomend land bewerken => toename L en Q alleen als er meer land beschikbaar is Q+ kan: - geëxporteerd worden - bevolkingsgroei voeden => meer expansie Stijging arbeidsproductiviteit Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Hoger Gelijk Lager Bevolking P Land L Voedsel Q acti eve bev ol king Motor van ruimtelijke expansie export Q+

2° niet-landbouwactiviteiten uitoefenen als er geen bijkomend land beschikbaar is => stedelijk product Qu Qu kan geëxporteerd worden => de stedelijke P moet de rurale P verplichten om voor haar te produceren Stijging arbeidsproductiviteit Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Hoger Gelijk Gelijk… Bevol- king P Land L Voedsel Q Sta dsb evol king Motor van verstedelijking export Qu

Stijging arbeidsproductiviteit Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Hoger Gelijk Gelijk… Bevol- king P Land L Voedsel Q Sta dsb evol king Motor van verstedelijking Qu Arbeidsbesparende productiemiddelen 2° niet-landbouwactiviteiten uitoefenen als er geen bijkomend land beschikbaar is => stedelijk product Qu Qu kan geruild worden voor voedsel => Bron van verdere stijging van Q/P

Stijging arbeidsproductiviteit Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Gelijk Hoger Hoger Bevolking P Land L Voedsel Q actie ve bevo l king 3° land meer intensief bewerken als er geen bijkomend land beschikbaar is en teelt gevoelig voor meer arbeidsinput Q+ kan : - geëxporteerd worden - bevolkingsgroei voeden export Q+

Stijging arbeidsproductiviteit Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Gelijk Hoger Hoger Bevolking P Land L Voedsel Q actie ve bevo l king 3° land meer intensief bewerken bevolkingsspiraal Indien geen export: bevolkingsspiraal: Stijgende rendementen => stijgende bevolking => stijgende rendementen = >Hogere bevolkingsdichtheid Motor van bevolkingsgroei Q+

Stijging arbeidsproductiviteit Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Gelijk Hoger Hoger Bevolking P Land L Voedsel Q actie ve bevo l king 3° land meer intensief bewerken Indien geen bijkomend land beschikbaar en teelt gevoelig voor meer arbeidsinput - het geval van rijst Q+ kan bevolkingsgroei voeden => bevolkingsspiraal Max. bevolkingsdichtheid in tarwebouw : 250 inw./km² Max. bevolkingsdichtheid in rijstbouw : 750 inw./km² Motor van bevolkingsgroei Q+

Kenmerken van de rijst Hoge voedingscapaciteit/ha -Rijpingsproces sterk verkort: 100 – 150 dagen => Dubbele en zelfs driedubbele oogsten mogelijk

Kenmerken van de rijst Aanpassingsvermogen aan verschillende milieus: -Meer dan variëteiten (collectie bij het International Rice Research Institute, Philippines) -Oryza indica (lange korrel): hoge t° en water nodig => subtropisch -Oryza japonica (korte korrel): lichtgevoelig=> hogere breedte

Gevoeligheid voor intensieve bewerking Land voorbereiding – Vlakke bodem = gelijke groei uniforme rijping

Gevoeligheid voor intensieve bewerking Reguleren van optimaal waterpeil

Gevoeligheid voor intensieve bewerking Wieden (rode rijst)

Gevoeligheid voor intensieve bewerking Zaadselectie

Gevoeligheid voor intensieve bewerking Overplanting kiemplantjes (nieuwe selectie)

Gevoeligheid voor intensieve bewerking Handmatige oogst (nieuwe selectie)

Agro-industrie vs agro-ecologie Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Bevolking P Land L Voedsel Q Arbeidsproductiviteit stijgt wegens concurrentie op de markt

Winnen op de markt = voordelige vraag/aanbod verhouding door productiviteitsverbeteringen: meer produceren dan zijn concurrenten in dezelfde tijd – Aanbod stijgt – Prijzen dalen – Inkomen concurrenten dalen – Inkomen productievere producent stijgt want hij verkoopt meer producten

40 broden = 40 uren = 40 € => 1€/brood producent Aproducent Bproducent Cproducent D 10€ 45 broden = 40 uren = 40 € => 0,889€/brood 13,33€8,89€ -1,11€ inkomen producenten: +3,33€ Gelijke productiviteit Productiviteitsverbetering producent A

producent A gebruikt nieuwe technologie om productiviteit te verhogen => Innovaties en productiviteitsverbeteringen hangen samen Andere producenten verplicht om zelfde (of betere) technologie aan te wenden om verlies te beletten => Constante druk op stijging productiviteit = constante druk op innovatie 60 brood = 40 uren = 40 € => 0,667€/brood 10€ inkomen producenten: Prijsverlagend effect van productiviteitsverhoging

Agro-industrie vs agro-ecologie Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Bevolking P Land L Voedsel Q Arbeidsproductiviteit stijgt wegens concurrentie op de markt  graan per landbouwer per jaar: Einde 19 e eeuw: 5 ton op 10 ha Vandaag: 1000 ton op 150 ha  agro-industrie Voedsel bevat minder arbeidstijd => lagere waarde => lagere prijs

Proletarisering en voeding Tweede feodaliteit

Stijging arbeidsproductiviteit Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Hoger Gelijk Gelijk… Bevol- king P Land L Voedsel Q Sta dsb evol king Motor van verstedelijking Qu Arbeidsbesparende productiemiddelen: machines, agrochemie, onderwijs, gezondheidszorg, etc… 2° niet-landbouwactiviteiten uitoefenen als er geen bijkomend land beschikbaar is => stedelijk product Qu Qu kan geruild worden voor voedsel => Bron van verdere stijging van Q/P

Stijging arbeidsproductiviteit ? Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Laag Gelijk Gelijk… Bevol- king P Land L Voedsel Q Sta dsb evol king Motor van verstedelijking Qu import In de globale economie: stijging arbeidsproductiviteit in ontwikkelde landen => voedsel in snel groeiende steden komt van globale markten => stedelijke bevolking groeit wegens armoede

Agro-industrie vs agro-ecologie Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Bevolking P Land L Voedsel Q Groei landrendement dankzij meer arbeid: Gemengde teelten (stikstoffixerende planten/bomen; ziektewerende planten) Wieden Bodem- en waterconservatietechnieken… => agro- ecologie Voedsel bevat meer arbeidstijd => meer waarde => hogere prijs

Agro-ecologie Côtes du Rhone Begin April Conventionele wijnbouw zelfde regio, zelfde periode Gras verbrand door herbicide

Stijging arbeidsproductiviteit Arbeidspro ductiviteit Landrende ment Bevolkings dichtheid Q/PQ/LP/L Gelijk Hoger Hoger Bevolking P Land L Voedsel Q actie ve bevo l king 3° land meer intensief bewerken Groei landrendement dankzij meer arbeid: Q+ kan : - gebruikt worden tegen honger op het platteland - geëxporteerd worden (om honger in de steden te bestrijden) Motor van voedselsoevereiniteit Q+

Bevolking, land en voedsel BevolkingLandVoedsel Klimaatsverandering ? L vermindert Q/L vermeerdert in sommige regio’s Q/L vermindert in de meest bevolkte gebieden…

Bevolking, land en voedsel BevolkingLandVoedsel Enz. Andere ideeën om dit in de klas toe te passen ?