Docent: Rileen Noordermeer
Koran 10:94 In Koran (3:110 o.a.) “De mensen van het boek ” d.w.z. Christenen/Joden “ Maar als jij in twijfel verkeert over wat Wij naar jou hebben neergezonden vraag dan aan hen die het boek *al van voor jouw tijd lezen.” *De Bijbel
Mesopotamische motieven in het paradijsverhaal Boom van bijzondere waarde of met bijzondere kracht (v.b. boom uit Etana-verhaal waarin een slang huist!) Het opdoen van kennis door het eten van planten of vruchten ( v.b. verhaal van Enki en Nin-hursag) Rib-verhaal ( v.b. God Enki wordt ziek aan ribben) Sumerisch “ti” = rib/leven
Het paradijs Gan-’eden = Hebreeuws voor vruchtbare tuin Belangrijkste tuinen: koninklijke parken van de Babylonische en Assyrische koningen Ook koningstuin in oude Jeruzalem Functies tuinen: 1.Tempels en altaren 2.Erotische associaties 3.Graftombes Symbolische betekenis tuin: v.b. Jordaanvlakte = tuin des Heren
De aartsvaders/profeten In Bijbel: Genesis Noach Abram/Abraham Lot Isaak( 2 e zoon van Abraham en Sara) Jakob Jozef In Koran Noeh : soera 71 Ibrahiem: soera 14 Loet Isma’iel( 1 e zoon van Ibrahim en Hajar) Yacoeb Joesoef: soera 12
Zam-zam Hagar werd met Ismaël weggestuurd door Sara. Hagar loopt in de woestijn heen en weer om water te vinden. Dan zorgt God voor een bron. Hoe vaak loopt Hagar heen en weer? Waar precies?
Huiswerk Lezen uit “Koran en Bijbel” blz 78 t/m 91 hs 9 Mozes/Moesa