Het vak Frans in 4 en 5 havo Un choix pour l’avenir
Wanneer kies je Frans? * Cultuur en Maatschappij / Economie en Maatschappij. * Leerlingen met het profiel C&M hebben verplicht een tweede moderne vreemde taal. Zij maken hierbij de keuze tussen Duits en Frans. * Leerlingen met het profiel E&M kunnen Frans als profielkeuzevak kiezen. * In 5 HAVO:centraal eindexamen (CE) leesvaardigheid.
Frans en het Europees referentiekader In de lessen Frans doen de leerlingen ervaring op met het lezen van (literaire) teksten, het schrijven van o.a. brieven, het luisteren / bekijken van radio en / of televisie en het voeren van gesprekken. Hierbij wordt gewerkt volgens het Europees referentiekader, waarin voor de verschillende vaardigheden is vastgelegd wat een leerling moet kunnen om die vaardigheid op het juiste niveau te beheersen. De leerlingen beginnen daarbij in 4 HAVO voor alle vaardigheden op A1/2-niveau en dit wordt opgebouwd tot B1-niveau in 5 HAVO. Europees referentiekader - Basisgebruiker: A1 + A2 - Zelfstandig gebruiker: B1 + B2 - Vaardig gebruiker: C1 + C2
Werkwijze bij Frans Taalportfolio en methode “grandes lignes” Leerlingen houden hun vorderingen voor elke vaardigheid bij in een Taalportfolio, waarin ze vastleggen wat ze voor die vaardigheid gedaan hebben en wat ze al kunnen. Het taalportfolio heeft betrekking op alle vaardigheden, literatuur en Frankrijkkunde. Dit taalportfolio is accumulatief, wat inhoudt dat ze de vaardigheden die ze in 4 HAVO hebben verworven in 5 HAVO ook nog moeten beheersen. De vaardigheden worden getraind met de methode “Grandes lignes” en met verschillend aanvullend materiaal. Toetsing In zowel 4 als 5 HAVO worden in de lessen (diagnostische) toetsen, afgenomen om te bepalen of de leerlingen in staat zijn om deel te nemen aan de eindtoetsen. Daarnaast sluiten deze leerlingen elke periode af met een eindtoets of een praktische opdracht voor het vak Frans. Deze praktische opdrachten en eindtoetsen hebben betrekking op spreekvaardigheid, luistervaardigheid, schrijfvaardigheid, leesvaardigheid, literatuur en Frankrijkkunde.
Het Schoolexamen (SE) en het Centraal Examen Frans(CE) Het schoolexamen Frans bestaat uit de volgende onderdelen: schrijfvaardigheid, waarbij de leerlingen in staat moeten zijn om in de gekozen taal te corresponderen, mede met behulp van moderne telecommunicatiemiddelen; leesvaardigheid, dit onderdeel bestaat vooral uit tekstverklaring, waarbij leerlingen a.h.v. teksten open- en gesloten vragen moeten beantwoorden. kijk- en luistervaardigheid, waarbij leerlingen gesloten vragen moeten kunnen beantwoorden naar aanleiding van bekeken en beluisterde fragmenten. spreekvaardigheid, hierbij moeten leerlingen zich aan de hand van reële communicatieve situaties in de betreffende taal verstaanbaar kunnen maken. literatuur; de leerlingen hebben hiervoor een leesdossier samengesteld waarin zij ervaringen met en beschouwingen over literatuur hebben verwerkt. Het CE bestaat uit het onderdeel leesvaardigheid (tekstverklaring). Leerlingen krijgen schriftelijke teksten waarover zij vragen en opdrachten moeten maken. Het CE word afgenomen in een landelijke zitting van 2½ uur. Leerlingen met het profiel C&M kunnen voor hun profielwerkstuk hun keuze op het vak Frans laten vallen. Net als bij de vakken Nederlands en Engels kunnen zij kiezen voor de zelfstandige bestudering van een taalkundig of literair onderwerp.
Een keuze voor de toekomst Un choix pour l’avenir Een keuze voor de toekomst Frans en Engels spreken betekent een troef om werk te vinden in een van de vele Franse en Franstalige multinationals in verschillende sectoren (distributie, auto-industrie, luxe,toerisme, aeronautica…). Als vijfde economische grootmacht is Frankrijk aantrekkelijk voor ondernemers, onderzoekers en de beste buitenlandse studenten. Frans is zowel werktaal als officiële taal bij de VN, de Europese Unie, de UNESCO, de NAVO, bij het Internationaal Olympisch Comité, het Internationale Rode Kruis… en bij verschillende internationale juridische instanties. Kennis van het Frans is zeker onmisbaar voor mensen die een loopbaan ambiëren in een internationale organisatie.