Politieke partijen en stromingen tot 1940

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
H3 Democratie in de 20e eeuw
Advertisements

Gelijkheid voor iedereen
Nederland Les 7: De Gouden Eeuw; Bestuurlijke en culturele aspecten
4.2 Deels ontzuiling, maar ook nieuwe verzuiling
Do’s and Don’ts presentaties
4.3 Politieke stromingen.
NL na 1945: Sober en spaarzaam
Kiesrecht Schoolstrijd/ Pacificatie Verzuiling
Politieke organisaties in de 19de en 20ste eeuw
de tijd van burgers en stoommachines
Politiek en staatsinrichting in Nederland en Europa.
Het socialisme Paragraaf 7..
Liberalen, socialisten confessionelen
Paragraaf 5.4 De strijd om de school.
De staatsinrichting van Nederland.
Uitleg bij 82-89, historische vaardigheden
Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland
Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland
Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland
Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland
Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland
Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland
Geschiedenis van de democratische rechtsstaat in Nederland
de tijd van burgers en stoommachines
V AN H UNEBED TOT HEDEN Kiesrecht en Interbellum – les 11.
de tijd van burgers en stoommachines
Land van duizend meningen : WO II; met recht een maatschappelijk breukvlak V AN H UNEBED TOT HEDEN – les 12.
Ontstaan en ontwikkeling van een politieke stroming
19de eeuw (5.1) Vanaf 1870 beheersen 3 kwesties de Nederlandse politiek -kiesrechtstrijd -sociale kwestie -schoolstrijd Rond die 3 kwesties vindt in Nederland.
Het interbellum.
Nederland in de 20ste eeuw
Paragraaf 2: Socialistische ideeën
Historisch overzicht Nederland
Verzuiling en ontzuiling in Nederland
§1 Nederland verzuilt.
H2 Politieke stromingen
De staatsinrichting van Nederland.
Module 4 Een natie van immigranten tijdbalk2 I have a dream 1.Van Europese kolonie tot de VS 2.Land van belofte 3.Gelijke rechten voor iedereen?
Paragraaf 1.2 Bestuur en cultuur.
Paragraaf 3: kerk en school
de tijd van burgers en stoommachines
Staatsinrichting, Paragraaf 2
Vrijheid en democratie Democratisering in Nederland
Wat moet je weten aan het einde van de les?
Par 8 Opkomst van politieke partijen in de 19e eeuw
Op weg naar een eerlijker bestuur
Nederland verzuild en verzorgd Par 1
-Scheiding der machten -Gekozen parlement -Verlichte ideeën
Koning Willem II Zoon van de krachtdadige Willem I Was in 1848 bang zijn koningschap te verliezen Werd in één nacht liberaal Stemde in met de liberale.
De twintigte eeuw 1900 – 1919.
Politieke stromingen De liberalen
Politieke stromingen De confessionelen
30De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap 36De opkomst van de politiek-maatschappelijke.
§2: politieke stromingen en partijen:
Waarom stemde de Nederlanders, voor WOII, niet op de NSB
H3 Democratie in de 20 e eeuw Hoe hebben de rechtsstaat en parlementaire democratie zich ontwikkeld tussen 1920 en 1980?
Hoofdstuk 5: Burgers en Stoommachines
Staatsinrichting van Nederland (deel 1)
…..LET OP…………. Deze powerpoint gaat over de “Politieke Stromingen”.
Tijd van burgers en stoommachines 1800 – 1900
Burgers en stoommachines 4.3 Politieke stromingen
de tijd van burgers en stoommachines
Burgers en stoommachines 4.3 Politieke stromingen - Ismen
Paragraaf 10.3 ‘Naar de verzuilde samenleving’
Welke koning ondertekende de grondwetswijziging van Thorbecke?
1.4 SOCIALISTEN EN FEMINISTEN
Politieke stromingen 2.1 t/m 2.3.
Welke koning ondertekende de grondwetswijziging van Thorbecke?
§3.4 Politieke stromingen
Ter voorbereiding op de toets van as. woensdag.
Transcript van de presentatie:

Politieke partijen en stromingen tot 1940 Van Hunebed tot heden Abraham Kuyper Domela nieuwenhuis Pieter Oud Politieke partijen en stromingen tot 1940 – les 3

De drie belangrijkste ismen en kwesties § 5, p 181-185 De drie belangrijkste ismen en kwesties Liberalisme Confessionalisme Socialisme Schoolstrijd Sociale Kwestie Kiesrechtkwestie Probeer voor jezelf verbanden te zien tussen de ismen en de kwesties. Dit geeft je inzicht in het ontstaan van politieke partijen én hun aanhang.

Confessionelen Centraal uitgangspunt Partijen Alle gezag komt van God ARP (1879) Eerste politieke partij O.l.v. Abraham Kuijper Nadruk op gehoorzaamheid aan het overheidsgezag CHU (1898) kwam voort uit de ARP Naast de Bijbel moest ook de geschiedenis van het land sturing geven / inhoud geven aan de politiek Voor meer macht aan de vorst(-in) RKSP (1926) Paus als politiek leider Anti-socialistisch; wel voor bescherming der zwakkeren (zogenaamde solidariteitsbeginsel) Voor het subsidiariteitsbeginsel: wat door een lager (overheid-) orgaan/-instantie kan worden uitgevoerd, dient ook daar te gebeuren

Liberalen Centraal uitgangspunt Partijen Vrijheid; d.w.z. zo weinig als mogelijk overheidsbemoeienis. Maar gedurende de 19e en 20e eeuw wordt dit bijgesteld door De Sociale Kwestie De Crisis van 1929 Partijen Op 24 januari 1948 werd in Amsterdam de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD) opgericht. Het heeft lang geduurd voordat de liberalen die van huis uit individualistisch zijn, zich wisten te verenigen in een landelijke partijorganisatie. Er hadden sinds 1885 met de oprichting van Liberale Unie heel wat afsplitsingen en naamsveranderingen plaatsgevonden. De VVD zou uiteindelijk ontstaan door een fusie van de Partij van de Vrijheid (PvdV) en het comité-Oud. Het Comité-Oud bestond uit ontevreden leden van de Vrijzinnig-democratische Bond, die samen met de SDAP in 1946 opging in de Partij van de Arbeid. Pieter Oud (de voorzitter van Comité-Oud) was echter van mening dat de PvdA teveel een sociaaldemocratische koers op wilde en stapte samen met een aantal leden in 1947 uit de PvdA. [Bron: Wikipedia]

Socialisten Centraal uitgangspunt Partijen Vorming van een socialistische staat, hetgeen later wordt afgezwakt doordat in de 20e eeuw de verschillen tussen arm en rijk steeds kleiner werden bleek sterke overheidsbemoeienis niet altijd goed was voor de burger en samenleving Partijen SDB(1882-1900) O.l.v. Domela Nieuwenhuis Radicaliseerden, waardoor een deel van de leden zich afsplitst > ontstaan SDAP SDAP (1894) Kwam voort uit de SDB Democratische grondslag i.t.t. de SDB van dat moment In de Jaren Dertig een koerswijziging waardoor men niet meer naar een socialistische staat streeft PvdA (1945) Kwam voort uit de SDAP Gematigde socialisten

De Verzuiling Ontstond doordat achtergestelde groepen zich gingen organiseren. Elke zuil kende sterke eigen waarden, waar men zich aan diende te houden. Sterk geloof in de leiders. Mensen behorende bij de ene zuil hadden vaak een negatief beeld van de mensen in de andere zuilen. Echter, de top van zuilen werkten weldegelijk samen. Een politieke must, doordat het land alleen maar door een coalitieregering kon worden bestuurd Voor liberaal Kan je ook neutraal lezen

Verzuiling