5.1 Imperatief
kader p imperatief presens merk op: imperatief meervoud = indicatief mv. luv-einluvesqaiejpivstasq ai didovn ai enk lu:-eluv-ouejpivsta-sodivdou mv. luv-e-teluv-e-sqeejpivsta- sqe divdote
imperatief presens van de contracte werkwoorden: poie-e poivei ind. pres.: poiei: tima-e tivma ind. pres.: tima:/
imperatief presens = algemeen geldend gebod vb. jAei qeravpeue tou;V qeouvV. Eer altijd de goden.
2. imperatief aorist merk op: imperatief luvsate indicatief ejluvsate lu:sailuvsasqai enklu:-s-onlu:-s-ai mv.luv-s-a-teluv-s-a-sqe
2. imperatief aorist (asigm.) merk op: zoals presens van luvein labei:npuqevsqa i enklab-epuvq-ou mv.lavb-e-tepuvq-e- sqe
imperatief aorist = welomschreven, precies gebod vb. :W ajvndreV jAqhnai:oi, ajkouvsate dhv. Atheners, luister nu toch eens.
imperatief de ontkenning is mhv.
De wijzen van een werkwoord 1. wijs ~ soort zin wijze van spreken vb. gebiedend spreken imperatief
2. persoonlijke wijzen: indicatief imperatief (conjunctief) (optatief) als persoonsvorm, met persoonsuitgangen
3. “naamwoordelijke” wijzen: infinitief participium geen persoonsuitgang
3. “naamwoordelijke” wijzen: a) infinitief: kan gebruikt worden als substantief vb. to; levgein : het spreken
3. “naamwoordelijke” wijzen: b) participium: kan gebruikt worden als adjectief vb. to; plh:qoV tw:n macomevnwn oJplivtwn de menigte van de strijdende hoplieten
Oefenen maar ! a 1. Su; dev, wj: fivltate, ajvkousovn mou. En jij, m'n beste, luister eens naar mij.
a 2. Mh; ajvkoue tw:n polemivwn. Luister niet naar de vijanden.
a 3. jIdev, wj: eJtai:re, ti; oJra/:V~ Kijk, vriend, wat zie je?
a 4. Klei:son th;n quvran, wj: fivle mou. Sluit de deur, mijn vriend.
a 5. Eijsavgage tou:ton to;n ajvndra. Breng die man naar binnen.
a 6. Oijvkade ejvlqete, wj: eJtai:roi. Ga naar huis, vrienden.
a 7. Pau:sai bow:n, wj: pai:. Hou op met roepen, jongen/kind.
a 8. Luvsasqe tou;V iJvppouV. Maak jullie paarden los. Mag "de paarden" ook? Neen! Het medium wijst op "voor zich", indirect reflexief, OK?
b 1. Mhvpote ejxapata:te tou;V fivlouV. Bedrieg je vrienden nooit.
b 2. Speuvsate eijV th;n ajgoravn. Haast jullie naar de markt!
b 3. jAei; ta; devonta pra:tte, wj: pai:. Doe altijd je plicht, jongen.
b 4. Labe; tovn klevptonta. Grijp de dief!
b 5. Mhdevna ajdivkei. Behandel niemand onrechtvaardig.
b 6. Katavstreyon tou:to to; iJerovn. Vernietig die tempel.
b 7. Peivqou tw:/ patriv kai; th//: mhtriv. Gehoorzaam aan je vader en moeder.
b 8. j:W Kuvrie, ejlevhson ejmev. Heer, heb medelijden met mij.
Klik op de knop als je de theorie van de imperatief nog eens wil bekijken...