H3 geschiedenis een zee van tijd Vroeg moderne tijd 1500-1800 De nieuwe wereld H3 geschiedenis een zee van tijd Vroeg moderne tijd 1500-1800
Cortes en de azteken Cortés azteken Montezuma Tenochtitlan Quetzalcoatl Azteken: het machtigste indianenvolk. Hun keizer/koning was Montezuma. Toen de Spanjaarden kwamen dachten ze dat hun god Quetzalcoatl terug was gekomen. Tenochtitlan is de hoofstad van de azteken. Er was daar veel rijkdom en goud. Veel azteken stierven door de Spaanse wapens en door een pokkenepidemie. Hernando Cortés kwam in 1519 met 500 soldaten in Mexico aan. Het goud van de azteken maakte de Spanjaarden hebberig. Ze veroverden grote delen van het azteekse rijk en doodden veel azteken. De Spanjaarden hadden: paarden, kanonnen en geweren.
Soldaten en landbouwers mensenoffers agrarische samenleving chinampa Chinampa’s (drijvende eilanden) hierop verbouwden ze mais. Dit deden ze ook op kaal gebrande grond. Tenochtitlan: hoofdstad van de azteken. Er woonden wel 100.000 mensen. En er stonden veel tempels. De azteken voerden water naar de stad via aquaducten. Er liepen 3 dammen naar het vaste land. Tempelpiramide om mensenoffers te maken.
Filmpje van een stad net als tenochtitlan Schooltv: Teotihuacan - Waar de goden wonen http://www.schooltv.nl/video/teotihuacan-waar-de-goden-wonen/#q=Teohiuacan%20-%20waar%20goden%20wonen%20
Trom om boodschappen door te geven. De azteken waren landbouwers en krijgers. Als ze op oorlogspad gingen, veroverden ze niet allen producten maar ook gevangenen voor mensenoffers. Volwassen mannen moesten vechten. Ze maakten veel lawaai. Hun wapens waren van steen of hout. Ze waren het machtigste volk van Mexico. Andere stammen moesten belasting betalen en ze maakten veel krijgsgevangenen.
De azteekse goden goden tempelpiramiden Huitzilopochtli Tlaloc Quetzecoatl De azteken geloofden in veel goden. De azteken brachten hun goden offers. De azteken geloofden dat de zon was ontstaan toen een god in het vuur was gesprongen. En toen als zon opgestegen. De zon kon alleen met bloed bewegen. De aarde kon alleen blijven leven als de zon bloed van mensenoffers kreeg. Ze hadden een andere kalender: Een eeuw had 52 jaar. Een jaar duurde 18 maanden. Een maand duurde 20 dagen (waarvan 5 overbleven). Tempel voor goden waar mensenoffers werden gebracht.
Zonnetempel
Tlaloc: God van regen en vruchtbaarheid. Hoogste god voor boeren. Kreeg het hoogste offer, kinderen. Herkennen aan: neus en snor. Quetzalcoatl: God van de wind en vlinders. De azteken dachten dat hij landbouw en handwerk had uitgevonden. Huitzilopochtli: God van zon en oorlog. Hoogste god voor soldaten, werd dagelijks gevoed met bloed.
Pizarro en de inca’s Cuzco inca Atahualpa Huascar Pizarro El dorado Machu Picchu De Spanjaard Pizarro was op zoek naar El dorado. Hij wilde zo snel mogelijk rijk worden. Toen hij kwam was de incakoning net overleden. Zijn twee zoons: Atahualpa en Huascar vochten om de macht. Atuhualpa won, maar verloor van de Spanjaarden. El dorado; het goudland. Het land van de inca’s. Dit land heet nu Peru. Het rijk was verdeeld in provincies die werden bestuurd door edelen. Er lagen goede wegen. Als de inca’s gebieden hadden veroverd werden de zonen naar Cuzco (hoofdstad) gebracht. Hier werden ze opnieuw opgevoed. De bewoners betaalden belasting in de vorm van werk of diensten. Of de armsten: luizen.
Atahualpa won de macht van zijn broer Atahualpa won de macht van zijn broer. Maar hij was niet sterk genoeg voor de Spanjaarden. In 1532 namen die hem gevangen. Atahualpa gaf de Spanjaarden in ruil voor zijn vrijheid een kamer vol goud en zilver. De Spanjaarden lieten hem niet vrij, maar vermoordden hem.
Handwerk van de inca’s nijverheid handwerkslieden Inca’s waren goede handwerkslieden. Ze hadden een bloeiende nijverheid. Met eenvoudige gereedschappen maakten ze prachtige dingen. Zo werd een steen door de inca’s als hamer gebruikt. Voorwerpen maakten ze van hout, been, metaal, leer, klei en touw. Kleiding maakten ze van katoen en wol. Verf maakten ze van sappen van wortels, stengels en bladeren. Net als de Egyptenaren maakten ze mummies van hun gestorven leiders. De azteken en inca’s konden niet schrijven. Ze tekenden hun boodschappen. Ze kenden wel een cijfersysteem.