Biologische agentia bij waterschappen Algemene inleiding Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Afbakening van de Toolboxmeeting Definities (toolbox, onderwerp) . . . . . Doel / doelgroep . . . . . . . . . Afbakening . . . . . . . . . . . Tijdsduur en frequentie . . . . . . Benodigde middelen . . . . . . . Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Uniforme opbouw Taken en functies Herkenning nut en noodzaak Risico’& (praktische) maatregelen Relatie met eigen praktijk Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 voor informatie: kam@wsrl.nl
Onderverdeling 4 toolboxen Werken in het groen Werken met oppervlakte water Werken met afvalwater Werken met kadavers & zieke dieren Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Werken met kadavers & zieke dieren TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Biologische Agentia Werken met kadavers & zieke dieren Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 voor informatie: kam@wsrl.nl
Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Taken en functies Situatie Voorbeeld functies (niet limitatief) Risico Handelingen met kadavers en/of ziekte dieren Muskusratten bestrijders Onderhoudsmonteurs Buitendienstmedewerkers o.a.: botulisme ziekte van Weil Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 voor informatie: kam@wsrl.nl
Herkenning nut en noodzaak Werken met kadavers & zieke dieren Risico’s: (zieke) dieren/ kadavers zijn mogelijke besmettingsbron Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Belangrijkste maatregelen bij werken met kadavers 1. Ontwerp van kunstwerk (voorkom te water raken van dieren) 2. Criteria opstellen ruimen van dieren / kadavers 3. Persoonlijke beschermingsmiddelen - Hygiëne (handen wassen) - handschoenen (wegwerpoverall adembescherming) - gebruik wegwerpverpakkingen - vuil/schoon gedeelte auto bij transport kadavers - gekoelde opslagvoorziening kadavers Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Maatregelen - werken met kadavers PBM’s voorkomen contact met kadavers / ziekte dieren Oplossingen Beperk de risico’s bij handelingen met zieke dieren of kadavers door: gebruik van hulpmiddelen (bijv. schepnet, plukhaak en maaibalk) om het contact te beperken; gebruik van handschoenen bij mogelijk contact; draag wegwerpoveralls bij verdenking van ziekte bij grote dieren en het ruimen van grote aantallen vis- en schelpdieren; adembescherming (met koolfilter) als besmetting via de lucht kan plaatsvinden; het gebruik van wegwerpverpakkingen (bij voorkeur); het vervoer van zieke dieren en kadavers in voertuigen waarbij er een schoon en vuil gedeelte is dat fysiek is gescheiden; de opslag van kadavers in speciale koelcontainers. Beperk contact Opslag Transport Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Instructie over risico’s bij het werken met kadavers TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Instructie over risico’s bij het werken met kadavers Ziekte van Weil Veroorzaker: urine van geïnfecteerde knaagdieren Symptomen: . . . . Maatregelen . . . . Inleiding De ziekte van Weil is een leptospirose die wordt veroorzaakt door de bacterie Leptospira interrogans icterohaemorrhagia. De besmetting wordt op mensen overgebracht via de urine van geïnfecteerde knaagdieren, rundvee en varkens, huisdieren en wilde dieren. Typerend is dat de ziekte in de zomer en de herfst optreedt in streken met een gematigd klimaat. Oorzaak Bij de ziekte van Weil wordt de infectie met de verantwoordelijke bacterie door knaagdieren, met name ratten, op de mens overgebracht. Besmetting vindt plaats door rechtstreeks contact met de urine, het bloed en de weefsels van geïnfecteerde dieren of door blootstelling aan een omgeving (water) die door de urine van geïnfecteerde dieren is besmet. De ziekte van Weil komt dan ook het meest voor bij mensen die buitenshuis of met dieren werken. Tot deze risicogroep behoren onder meer boeren, slagers, dierenartsen en watersporters. Van deze laatste groep lopen zwemmers het grootste gevaar. Traag stromend of stilstaand water is in dat opzicht gevaarlijker dan bijvoorbeeld een snelstromende rivier. De bacterie dringt het lichaam binnen door een snee, een (schaaf)wond en via het slijmvlies van de mond, de keel en de ogen. Mensen kunnen de infectie dus ook oplopen door besmet voedsel of water door te slikken. Slechts een enkele keer raken mensen geïnfecteerd door het inademen van besmette waterdamp, zoals afkomstig van watervallen of door sproeiwerkzaamheden. Rechtstreekse besmetting van mens op mens komt heel zelden voor bij leptospirose, maar kan plaatsvinden via de lichaamsvochten van een geïnfecteerd persoon (bloed, urine of ontlasting) of tijdens geslachtsgemeenschap. De ziekte van Weil kan door een zwangere vrouw op haar ongeboren kind worden overgedragen. Als de bacteriën eenmaal het lichaam zijn binnengedrongen, verspreiden ze zich via de bloedstroom en brengen schade toe aan de wanden van de kleine bloedvaten. De verschillende complicaties waarmee de ziekte van Weil gepaard kan gaan, zijn het gevolg van die vaatwandbeschadiging. Verschijnselen De eerste verschijnselen van de ziekte van Weil openbaren zich meestal één tot twee weken na de besmetting. Het zijn dezelfde symptomen als bij de lichtere vormen van leptospirose; gewoonlijk lijken ze op die van griep, met koorts, rillingen, moeheid, misselijkheid, braken en spierpijn. Het is kenmerkend dat het daarbij vooral gaat om de kuit-, buik- en rugspieren. Na een paar dagen volgt hevige hoofdpijn. Binnen vier tot negen dagen ontwikkelen zich de verschijnselen die karakteristiek zijn voor de ziekte van Weil. De geelzucht die in dit stadium opkomt, is dikwijls zo ernstig dat de huid er oranje uitziet. De lever kan vergroot raken, hetgeen met pijn gepaard gaat. Bij sommige patiënten zet ook de milt op. In de tweede week kan nierinsufficiëntie optreden, met als kenmerk dat patiënten weinig of geen urine lozen. Schade aan de bloedvaten veroorzaakt behalve neusbloedingen ook bloedingen in de huid. Een enkele keer kunnen bloedingen optreden in het spijsverteringskanaal en de ruimte tussen de vliezen rond de hersenen. De bloedingen in de huid kunnen variëren van rode vlekjes tot grote. Dikwijls worden ook de longen aangetast met als bijbehorende verschijnselen hoesten, kortademigheid, pijn op de borst en het opgeven van bloed. Diagnose De diagnose van de ziekte van Weil kan worden gesteld op grond van de klachten, een lichamelijk onderzoek en verschillende tests, zoals een microscopisch onderzoek om de ziekteverwekkende bacterie te isoleren, en het kweken van bloed- en urinemonsters. Verder kunnen serologische tests de stoffen opsporen die het afweersysteem heeft aangemaakt tegen de infectie (antilichamen). Het duurt echter lang voordat de uitkomst van de meeste van deze onderzoeken beschikbaar is. Het kan nodig zijn aan de hand van andere onderzoeken (bloed- en urinetests, alsmede thoraxfoto’s) na te gaan hoe de ziekte van Weil zich verder ontwikkelt in de lever, de nieren en de longen. Behandeling Om levensbedreigende complicaties te voorkomen, is het uitermate belangrijk de diagnose van de ziekte van Weil in een vroeg stadium te stellen en onmiddellijk met de behandeling te beginnen met antibiotica. Als gevolg van nierinsufficiëntie kan dialyse nodig zijn. Door de vele bloedingen kan de patiënt transfusie van bloed of bloedplaatjes nodig hebben. Complicaties De ziekte van Weil kan een groot aantal complicaties met zich meebrengen, waaronder afbraak van spierweefsel en bloedcellen, ontsteking van het hart, hartfalen en ernstige ademhalingsmoeilijkheden. Ook meningitis (ontsteking van de hersen- en ruggenmergsvliezen) kan optreden. Bij de ziekte van Weil leidt insufficiëntie van verschillende organen dikwijls tot de dood. Bij een zwangere vrouw kan leptospirose een miskraam veroorzaken. Prognose Als tijdig met de behandeling wordt begonnen treedt meestal volledig herstel op. Bij oudere mensen en in het geval dat verschillende organen (nieren, lever en longen) slecht functioneren, zijn de vooruitzichten dikwijls minder gunstig. Bij degenen die van de ziekte van Weil zijn hersteld, functioneren de aangetaste organen doorgaans weer goed. Preventie De beste manier om zich tegen de ziekte van Weil te beschermen is geen besmet water te drinken en uit de buurt van geïnfecteerde dieren te blijven. Het is bijzonder belangrijk ervoor te zorgen dat er geen knaagdierpopulaties in de buurt voorkomen en zich kunnen vermenigvuldigen; andere dieren moeten worden ingeënt. Mensen die in contact komen met besmet water, moeten beschermende kleding en schoeisel dragen. Sneetjes en wondjes moeten waterdicht worden verbonden. Een goede voorzorgsmaatregel is ook de handen wassen na het aanraken van dieren en het hanteren van besmette kledingstukken of andere voorwerpen. Na beoefening van elke soort watersport is het raadzaam een douche te nemen. Voor mensen bestaat er geen vaccin tegen de ziekte van Weil. Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 Bron: gezond VGZ voor informatie: kam@wsrl.nl
Instructie over risico’s bij het werken met kadavers TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Instructie over risico’s bij het werken met kadavers Ziekte botulisme Veroorzaker: gifstof bacterie (in oppervlakte water) Symptomen: . . . . Maatregelen . . . . Inleiding De ziekte van Weil is een leptospirose die wordt veroorzaakt door de bacterie Leptospira interrogans icterohaemorrhagia. De besmetting wordt op mensen overgebracht via de urine van geïnfecteerde knaagdieren, rundvee en varkens, huisdieren en wilde dieren. Typerend is dat de ziekte in de zomer en de herfst optreedt in streken met een gematigd klimaat. Oorzaak Bij de ziekte van Weil wordt de infectie met de verantwoordelijke bacterie door knaagdieren, met name ratten, op de mens overgebracht. Besmetting vindt plaats door rechtstreeks contact met de urine, het bloed en de weefsels van geïnfecteerde dieren of door blootstelling aan een omgeving (water) die door de urine van geïnfecteerde dieren is besmet. De ziekte van Weil komt dan ook het meest voor bij mensen die buitenshuis of met dieren werken. Tot deze risicogroep behoren onder meer boeren, slagers, dierenartsen en watersporters. Van deze laatste groep lopen zwemmers het grootste gevaar. Traag stromend of stilstaand water is in dat opzicht gevaarlijker dan bijvoorbeeld een snelstromende rivier. De bacterie dringt het lichaam binnen door een snee, een (schaaf)wond en via het slijmvlies van de mond, de keel en de ogen. Mensen kunnen de infectie dus ook oplopen door besmet voedsel of water door te slikken. Slechts een enkele keer raken mensen geïnfecteerd door het inademen van besmette waterdamp, zoals afkomstig van watervallen of door sproeiwerkzaamheden. Rechtstreekse besmetting van mens op mens komt heel zelden voor bij leptospirose, maar kan plaatsvinden via de lichaamsvochten van een geïnfecteerd persoon (bloed, urine of ontlasting) of tijdens geslachtsgemeenschap. De ziekte van Weil kan door een zwangere vrouw op haar ongeboren kind worden overgedragen. Als de bacteriën eenmaal het lichaam zijn binnengedrongen, verspreiden ze zich via de bloedstroom en brengen schade toe aan de wanden van de kleine bloedvaten. De verschillende complicaties waarmee de ziekte van Weil gepaard kan gaan, zijn het gevolg van die vaatwandbeschadiging. Verschijnselen De eerste verschijnselen van de ziekte van Weil openbaren zich meestal één tot twee weken na de besmetting. Het zijn dezelfde symptomen als bij de lichtere vormen van leptospirose; gewoonlijk lijken ze op die van griep, met koorts, rillingen, moeheid, misselijkheid, braken en spierpijn. Het is kenmerkend dat het daarbij vooral gaat om de kuit-, buik- en rugspieren. Na een paar dagen volgt hevige hoofdpijn. Binnen vier tot negen dagen ontwikkelen zich de verschijnselen die karakteristiek zijn voor de ziekte van Weil. De geelzucht die in dit stadium opkomt, is dikwijls zo ernstig dat de huid er oranje uitziet. De lever kan vergroot raken, hetgeen met pijn gepaard gaat. Bij sommige patiënten zet ook de milt op. In de tweede week kan nierinsufficiëntie optreden, met als kenmerk dat patiënten weinig of geen urine lozen. Schade aan de bloedvaten veroorzaakt behalve neusbloedingen ook bloedingen in de huid. Een enkele keer kunnen bloedingen optreden in het spijsverteringskanaal en de ruimte tussen de vliezen rond de hersenen. De bloedingen in de huid kunnen variëren van rode vlekjes tot grote. Dikwijls worden ook de longen aangetast met als bijbehorende verschijnselen hoesten, kortademigheid, pijn op de borst en het opgeven van bloed. Diagnose De diagnose van de ziekte van Weil kan worden gesteld op grond van de klachten, een lichamelijk onderzoek en verschillende tests, zoals een microscopisch onderzoek om de ziekteverwekkende bacterie te isoleren, en het kweken van bloed- en urinemonsters. Verder kunnen serologische tests de stoffen opsporen die het afweersysteem heeft aangemaakt tegen de infectie (antilichamen). Het duurt echter lang voordat de uitkomst van de meeste van deze onderzoeken beschikbaar is. Het kan nodig zijn aan de hand van andere onderzoeken (bloed- en urinetests, alsmede thoraxfoto’s) na te gaan hoe de ziekte van Weil zich verder ontwikkelt in de lever, de nieren en de longen. Behandeling Om levensbedreigende complicaties te voorkomen, is het uitermate belangrijk de diagnose van de ziekte van Weil in een vroeg stadium te stellen en onmiddellijk met de behandeling te beginnen met antibiotica. Als gevolg van nierinsufficiëntie kan dialyse nodig zijn. Door de vele bloedingen kan de patiënt transfusie van bloed of bloedplaatjes nodig hebben. Complicaties De ziekte van Weil kan een groot aantal complicaties met zich meebrengen, waaronder afbraak van spierweefsel en bloedcellen, ontsteking van het hart, hartfalen en ernstige ademhalingsmoeilijkheden. Ook meningitis (ontsteking van de hersen- en ruggenmergsvliezen) kan optreden. Bij de ziekte van Weil leidt insufficiëntie van verschillende organen dikwijls tot de dood. Bij een zwangere vrouw kan leptospirose een miskraam veroorzaken. Prognose Als tijdig met de behandeling wordt begonnen treedt meestal volledig herstel op. Bij oudere mensen en in het geval dat verschillende organen (nieren, lever en longen) slecht functioneren, zijn de vooruitzichten dikwijls minder gunstig. Bij degenen die van de ziekte van Weil zijn hersteld, functioneren de aangetaste organen doorgaans weer goed. Preventie De beste manier om zich tegen de ziekte van Weil te beschermen is geen besmet water te drinken en uit de buurt van geïnfecteerde dieren te blijven. Het is bijzonder belangrijk ervoor te zorgen dat er geen knaagdierpopulaties in de buurt voorkomen en zich kunnen vermenigvuldigen; andere dieren moeten worden ingeënt. Mensen die in contact komen met besmet water, moeten beschermende kleding en schoeisel dragen. Sneetjes en wondjes moeten waterdicht worden verbonden. Een goede voorzorgsmaatregel is ook de handen wassen na het aanraken van dieren en het hanteren van besmette kledingstukken of andere voorwerpen. Na beoefening van elke soort watersport is het raadzaam een douche te nemen. Voor mensen bestaat er geen vaccin tegen de ziekte van Weil. Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 Bron: gezond VGZ voor informatie: kam@wsrl.nl
Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 Relatie met praktijk Hoe ziet ons protocol ruimen van kadavers er uit? Wat zijn de criteria om kadavers te ruimen? Vraag aan een van de aanwezigen hoe hij omgaat met in kadaver in het water? Aandachtspunten: Wanneer ruimt het waterschap een kadaver? Zijn hierover afspraken? Is dit bekend en toegankelijk? Hoe wordt kadaver geruimd? Welke PBM’s zijn beschikbaar? Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 Samenvatting Belangrijkste risico's Besmetting (ziekte van Weil, botulisme, enz.) Herkennen Diversen lichamelijke klachten. Belangrijkste maatregelen Voorkom direct contact met kadavers/zieke dieren (PBM’s) Beperk duur opslag kadavers Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 Verdiepende info • Arbocatalogus waterschappen deel: biologische agentia RIVM (ziekte van Weil) Gezond VGZ Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Vragen? Petra / Tom beantwoorden vragen. Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 voor informatie: kam@wsrl.nl
Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 Definities Definitie biologische agentia: “micro-organisme, celculturen en menselijke endoparasieten, al dan niet genetische gemodificeerd, die infecties, allergie of toxiciteit kunnen veroorzaken” Voorbeelden: - Ziek van Lyme: werken in het groen Tularemie : werken met kadavers / zieke dieren Ziekte van Weil : werken in/met oppervlakte water. Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Doel van deze instructie Herkennen van situaties en informatie geven over de belangrijkste risico's en maatregelen. Koppeling maken met werkzaamheden uit de praktijk. Herhalen van grootste risico’s en belangrijkste maatregelen Doelgroep Alle medewerkers van waterschappen die tijdens hun werkzaamheden risico lopen in aanraking te komen met biologische agentia. Medewerkers die al eerder ‘instructie biologische agentia’ gehad hebben Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 Doelgroepen Indicatieve lijst taken en functies volgens arbocatalogus waterschappen: Situatie Voorbeeld functies Risico Werken in groen Medewerkers groen, onderhouds-medewerkers, toezichthouders, muskusrattenbestrijders o.a. ziekte van lyme Kadavers of zieke dieren Muskusrattenbestrijders, buiten-dienstmedewerkers, onderhouds-monteurs o.a. botulisme, q-koorts Oppervlakte water Onderhoudsmedewerkers, inspecteurs, landmeters Blootstelling blauwalg Weil Botulisme Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Afbakening, tijdsduur en frequentie De toolbox is niet bedoeld om medewerkers bewust te maken over het risico biologische agentia en te informeren over maatregelen die het waterschap hier tegen genomen heeft. Tijdsduur 20 á 30 minuten Frequentie De werkgroep adviseert om jaarlijks een toolboxmeeting te houden (geen wettelijke verplichting) Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 Benodigde middelen Computer/laptop Beamer Projectiescherm Hand-outs van de toolbox Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1
Instructie over risico’s bij het werken met kadavers TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Instructie over risico’s bij het werken met kadavers Ziekte van Weil Veroorzaker: urine van geïnfecteerde knaagdieren Besmetting: Direct contact met (dode) gastheer (urine / weefsel / bloed) Via schaaf- snijwonden, slijmvliezen mond/keel/ogen Inademen besmette fijne vochtdeeltjes (omgeving van kadavers) Urine van (dode) gastheer in water, modder of op planten Inleiding De ziekte van Weil is een leptospirose die wordt veroorzaakt door de bacterie Leptospira interrogans icterohaemorrhagia. De besmetting wordt op mensen overgebracht via de urine van geïnfecteerde knaagdieren, rundvee en varkens, huisdieren en wilde dieren. Typerend is dat de ziekte in de zomer en de herfst optreedt in streken met een gematigd klimaat. Oorzaak Bij de ziekte van Weil wordt de infectie met de verantwoordelijke bacterie door knaagdieren, met name ratten, op de mens overgebracht. Besmetting vindt plaats door rechtstreeks contact met de urine, het bloed en de weefsels van geïnfecteerde dieren of door blootstelling aan een omgeving (water) die door de urine van geïnfecteerde dieren is besmet. De ziekte van Weil komt dan ook het meest voor bij mensen die buitenshuis of met dieren werken. Tot deze risicogroep behoren onder meer boeren, slagers, dierenartsen en watersporters. Van deze laatste groep lopen zwemmers het grootste gevaar. Traag stromend of stilstaand water is in dat opzicht gevaarlijker dan bijvoorbeeld een snelstromende rivier. De bacterie dringt het lichaam binnen door een snee, een (schaaf)wond en via het slijmvlies van de mond, de keel en de ogen. Mensen kunnen de infectie dus ook oplopen door besmet voedsel of water door te slikken. Slechts een enkele keer raken mensen geïnfecteerd door het inademen van besmette waterdamp, zoals afkomstig van watervallen of door sproeiwerkzaamheden. Rechtstreekse besmetting van mens op mens komt heel zelden voor bij leptospirose, maar kan plaatsvinden via de lichaamsvochten van een geïnfecteerd persoon (bloed, urine of ontlasting) of tijdens geslachtsgemeenschap. De ziekte van Weil kan door een zwangere vrouw op haar ongeboren kind worden overgedragen. Als de bacteriën eenmaal het lichaam zijn binnengedrongen, verspreiden ze zich via de bloedstroom en brengen schade toe aan de wanden van de kleine bloedvaten. De verschillende complicaties waarmee de ziekte van Weil gepaard kan gaan, zijn het gevolg van die vaatwandbeschadiging. Verschijnselen De eerste verschijnselen van de ziekte van Weil openbaren zich meestal één tot twee weken na de besmetting. Het zijn dezelfde symptomen als bij de lichtere vormen van leptospirose; gewoonlijk lijken ze op die van griep, met koorts, rillingen, moeheid, misselijkheid, braken en spierpijn. Het is kenmerkend dat het daarbij vooral gaat om de kuit-, buik- en rugspieren. Na een paar dagen volgt hevige hoofdpijn. Binnen vier tot negen dagen ontwikkelen zich de verschijnselen die karakteristiek zijn voor de ziekte van Weil. De geelzucht die in dit stadium opkomt, is dikwijls zo ernstig dat de huid er oranje uitziet. De lever kan vergroot raken, hetgeen met pijn gepaard gaat. Bij sommige patiënten zet ook de milt op. In de tweede week kan nierinsufficiëntie optreden, met als kenmerk dat patiënten weinig of geen urine lozen. Schade aan de bloedvaten veroorzaakt behalve neusbloedingen ook bloedingen in de huid. Een enkele keer kunnen bloedingen optreden in het spijsverteringskanaal en de ruimte tussen de vliezen rond de hersenen. De bloedingen in de huid kunnen variëren van rode vlekjes tot grote. Dikwijls worden ook de longen aangetast met als bijbehorende verschijnselen hoesten, kortademigheid, pijn op de borst en het opgeven van bloed. Diagnose De diagnose van de ziekte van Weil kan worden gesteld op grond van de klachten, een lichamelijk onderzoek en verschillende tests, zoals een microscopisch onderzoek om de ziekteverwekkende bacterie te isoleren, en het kweken van bloed- en urinemonsters. Verder kunnen serologische tests de stoffen opsporen die het afweersysteem heeft aangemaakt tegen de infectie (antilichamen). Het duurt echter lang voordat de uitkomst van de meeste van deze onderzoeken beschikbaar is. Het kan nodig zijn aan de hand van andere onderzoeken (bloed- en urinetests, alsmede thoraxfoto’s) na te gaan hoe de ziekte van Weil zich verder ontwikkelt in de lever, de nieren en de longen. Behandeling Om levensbedreigende complicaties te voorkomen, is het uitermate belangrijk de diagnose van de ziekte van Weil in een vroeg stadium te stellen en onmiddellijk met de behandeling te beginnen met antibiotica. Als gevolg van nierinsufficiëntie kan dialyse nodig zijn. Door de vele bloedingen kan de patiënt transfusie van bloed of bloedplaatjes nodig hebben. Complicaties De ziekte van Weil kan een groot aantal complicaties met zich meebrengen, waaronder afbraak van spierweefsel en bloedcellen, ontsteking van het hart, hartfalen en ernstige ademhalingsmoeilijkheden. Ook meningitis (ontsteking van de hersen- en ruggenmergsvliezen) kan optreden. Bij de ziekte van Weil leidt insufficiëntie van verschillende organen dikwijls tot de dood. Bij een zwangere vrouw kan leptospirose een miskraam veroorzaken. Prognose Als tijdig met de behandeling wordt begonnen treedt meestal volledig herstel op. Bij oudere mensen en in het geval dat verschillende organen (nieren, lever en longen) slecht functioneren, zijn de vooruitzichten dikwijls minder gunstig. Bij degenen die van de ziekte van Weil zijn hersteld, functioneren de aangetaste organen doorgaans weer goed. Preventie De beste manier om zich tegen de ziekte van Weil te beschermen is geen besmet water te drinken en uit de buurt van geïnfecteerde dieren te blijven. Het is bijzonder belangrijk ervoor te zorgen dat er geen knaagdierpopulaties in de buurt voorkomen en zich kunnen vermenigvuldigen; andere dieren moeten worden ingeënt. Mensen die in contact komen met besmet water, moeten beschermende kleding en schoeisel dragen. Sneetjes en wondjes moeten waterdicht worden verbonden. Een goede voorzorgsmaatregel is ook de handen wassen na het aanraken van dieren en het hanteren van besmette kledingstukken of andere voorwerpen. Na beoefening van elke soort watersport is het raadzaam een douche te nemen. Voor mensen bestaat er geen vaccin tegen de ziekte van Weil. Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 Bron: gezond VGZ voor informatie: kam@wsrl.nl
Instructie over risico’s bij het werken met kadavers TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Instructie over risico’s bij het werken met kadavers Ziekte van Weil Symptomen: Ziekte treedt op in zomer/herfst Optreden verschijnselen meestal één tot twee weken na besmetting Griep verschijnselen met koorts, rillingen, moeheid, misselijkheid, braken en spierpijn Spierpijn in kuit-, buik- en rugspieren, na een paar dagen volgt hevige hoofdpijn Dag 4 tot 9: geelzucht zo ernstig dat de huid er oranje uitziet Weinig of niet urineren Schade aan de bloedvaten (neusbloedingen ook bloedingen in de huid) Ziekte van Weil kan door een zwangere vrouw overgedragen worden op ongeboren kinderen Inleiding De ziekte van Weil is een leptospirose die wordt veroorzaakt door de bacterie Leptospira interrogans icterohaemorrhagia. De besmetting wordt op mensen overgebracht via de urine van geïnfecteerde knaagdieren, rundvee en varkens, huisdieren en wilde dieren. Typerend is dat de ziekte in de zomer en de herfst optreedt in streken met een gematigd klimaat. Oorzaak Bij de ziekte van Weil wordt de infectie met de verantwoordelijke bacterie door knaagdieren, met name ratten, op de mens overgebracht. Besmetting vindt plaats door rechtstreeks contact met de urine, het bloed en de weefsels van geïnfecteerde dieren of door blootstelling aan een omgeving (water) die door de urine van geïnfecteerde dieren is besmet. De ziekte van Weil komt dan ook het meest voor bij mensen die buitenshuis of met dieren werken. Tot deze risicogroep behoren onder meer boeren, slagers, dierenartsen en watersporters. Van deze laatste groep lopen zwemmers het grootste gevaar. Traag stromend of stilstaand water is in dat opzicht gevaarlijker dan bijvoorbeeld een snelstromende rivier. De bacterie dringt het lichaam binnen door een snee, een (schaaf)wond en via het slijmvlies van de mond, de keel en de ogen. Mensen kunnen de infectie dus ook oplopen door besmet voedsel of water door te slikken. Slechts een enkele keer raken mensen geïnfecteerd door het inademen van besmette waterdamp, zoals afkomstig van watervallen of door sproeiwerkzaamheden. Rechtstreekse besmetting van mens op mens komt heel zelden voor bij leptospirose, maar kan plaatsvinden via de lichaamsvochten van een geïnfecteerd persoon (bloed, urine of ontlasting) of tijdens geslachtsgemeenschap. De ziekte van Weil kan door een zwangere vrouw op haar ongeboren kind worden overgedragen. Als de bacteriën eenmaal het lichaam zijn binnengedrongen, verspreiden ze zich via de bloedstroom en brengen schade toe aan de wanden van de kleine bloedvaten. De verschillende complicaties waarmee de ziekte van Weil gepaard kan gaan, zijn het gevolg van die vaatwandbeschadiging. Verschijnselen De eerste verschijnselen van de ziekte van Weil openbaren zich meestal één tot twee weken na de besmetting. Het zijn dezelfde symptomen als bij de lichtere vormen van leptospirose; gewoonlijk lijken ze op die van griep, met koorts, rillingen, moeheid, misselijkheid, braken en spierpijn. Het is kenmerkend dat het daarbij vooral gaat om de kuit-, buik- en rugspieren. Na een paar dagen volgt hevige hoofdpijn. Binnen vier tot negen dagen ontwikkelen zich de verschijnselen die karakteristiek zijn voor de ziekte van Weil. De geelzucht die in dit stadium opkomt, is dikwijls zo ernstig dat de huid er oranje uitziet. De lever kan vergroot raken, hetgeen met pijn gepaard gaat. Bij sommige patiënten zet ook de milt op. In de tweede week kan nierinsufficiëntie optreden, met als kenmerk dat patiënten weinig of geen urine lozen. Schade aan de bloedvaten veroorzaakt behalve neusbloedingen ook bloedingen in de huid. Een enkele keer kunnen bloedingen optreden in het spijsverteringskanaal en de ruimte tussen de vliezen rond de hersenen. De bloedingen in de huid kunnen variëren van rode vlekjes tot grote. Dikwijls worden ook de longen aangetast met als bijbehorende verschijnselen hoesten, kortademigheid, pijn op de borst en het opgeven van bloed. Diagnose De diagnose van de ziekte van Weil kan worden gesteld op grond van de klachten, een lichamelijk onderzoek en verschillende tests, zoals een microscopisch onderzoek om de ziekteverwekkende bacterie te isoleren, en het kweken van bloed- en urinemonsters. Verder kunnen serologische tests de stoffen opsporen die het afweersysteem heeft aangemaakt tegen de infectie (antilichamen). Het duurt echter lang voordat de uitkomst van de meeste van deze onderzoeken beschikbaar is. Het kan nodig zijn aan de hand van andere onderzoeken (bloed- en urinetests, alsmede thoraxfoto’s) na te gaan hoe de ziekte van Weil zich verder ontwikkelt in de lever, de nieren en de longen. Behandeling Om levensbedreigende complicaties te voorkomen, is het uitermate belangrijk de diagnose van de ziekte van Weil in een vroeg stadium te stellen en onmiddellijk met de behandeling te beginnen met antibiotica. Als gevolg van nierinsufficiëntie kan dialyse nodig zijn. Door de vele bloedingen kan de patiënt transfusie van bloed of bloedplaatjes nodig hebben. Complicaties De ziekte van Weil kan een groot aantal complicaties met zich meebrengen, waaronder afbraak van spierweefsel en bloedcellen, ontsteking van het hart, hartfalen en ernstige ademhalingsmoeilijkheden. Ook meningitis (ontsteking van de hersen- en ruggenmergsvliezen) kan optreden. Bij de ziekte van Weil leidt insufficiëntie van verschillende organen dikwijls tot de dood. Bij een zwangere vrouw kan leptospirose een miskraam veroorzaken. Prognose Als tijdig met de behandeling wordt begonnen treedt meestal volledig herstel op. Bij oudere mensen en in het geval dat verschillende organen (nieren, lever en longen) slecht functioneren, zijn de vooruitzichten dikwijls minder gunstig. Bij degenen die van de ziekte van Weil zijn hersteld, functioneren de aangetaste organen doorgaans weer goed. Preventie De beste manier om zich tegen de ziekte van Weil te beschermen is geen besmet water te drinken en uit de buurt van geïnfecteerde dieren te blijven. Het is bijzonder belangrijk ervoor te zorgen dat er geen knaagdierpopulaties in de buurt voorkomen en zich kunnen vermenigvuldigen; andere dieren moeten worden ingeënt. Mensen die in contact komen met besmet water, moeten beschermende kleding en schoeisel dragen. Sneetjes en wondjes moeten waterdicht worden verbonden. Een goede voorzorgsmaatregel is ook de handen wassen na het aanraken van dieren en het hanteren van besmette kledingstukken of andere voorwerpen. Na beoefening van elke soort watersport is het raadzaam een douche te nemen. Voor mensen bestaat er geen vaccin tegen de ziekte van Weil. Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 Bron: gezond VGZ voor informatie: kam@wsrl.nl
Instructie over risico’s bij het werken met kadavers TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Instructie over risico’s bij het werken met kadavers Ziekte van Weil Veroorzaker: besmette bacterie op kadavers Maatregelen Draag rubberen laarzen en handschoenen; Handen wassen na het aanraken van dieren; Handen wassen na hanteren van besmette kledingstukken/voorwerpen. Hanteer gevangen (muskus)ratten altijd met handschoenen Geen vaccinatie mogelijkheid tegen ziekte van Weil Verschijnselen Doorgaans treden de klachten van tularemie binnen drie tot vijf dagen na besmetting aan de dag. Als de infectie te wijten is aan een tekenbeet verschijnt er een zweer op de plek van de beet. Is de infectie het gevolg van het met de handen aanraken van een geïnfecteerd dier, dan ontstaat de zweer meestal op een hand en met name bij een nagel. Ook kunnen de lymfeklieren in de buurt van de zweer ontstoken raken en opzwellen. Voordat de zweren zich ontwikkelen, treden normaal gesproken andere verschijnselen op zoals koorts, hoofdpijn, rillingen, spier- en gewrichtspijn. Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 voor informatie: kam@wsrl.nl
Instructie over risico’s bij het werken met kadavers TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Instructie over risico’s bij het werken met kadavers Ziekte: botulisme Veroorzaker: gifstof bacterie (in oppervlakte water) Oorzaak: bacteriën die een gifstof uitscheiden. Infectie via de mond of wondje op huid (zeldzaam) Risico: ondiep en stilstaand water (warme zuurstofloze omgeving) Botulisme Botulisme is een voedselvergiftiging, die wordt veroorzaakt door bacteriën die een gifstof uitscheiden. Infectie kan behalve via de mond, snavel of bek in zeer zeldzame gevallen ook via een wondje op de huid gebeuren. Vooral vogels zijn vaak het slachtoffer. Ondiep, stilstaand water extra risico De bacterie is erg algemeen, en te vinden in grond en waterbodems, maar ook in gezonde vogels, vissen en andere dieren. Ze zijn meestal aanwezig in de vorm van sporen, maar dan zijn ze niet actief. Om actief te worden hebben de bacteriën voedsel nodig en een warme, zuurstofloze omgeving. Rottende planten in het water of dieren in staat van ontbinding, in combinatie met hoge temperaturen, zijn ideale woonplaatsen. Ondiep en stilstaand water vormt hierbij in het bijzonder een risico, omdat het water in de zomer erg warm kan worden. Vogels en vissen kunnen ziek worden als ze kadaverdeeltjes eten, of maden die op besmette beesten zitten. In het geval ze hieraan doodgaan vormen ze zelf een besmettingshaard. Verschillende typen botulisme Er zijn verschillende typen bacteriën die elk hun eigen gifstof maken, met elk een andere werking. Deze typen worden aangeduid met de letters A t/m G. Mensen zijn gevoelig voor de typen A, B en E, en soms ook voor F. De meest voorkomende gifsoort is echter C. Dit type is niet gevaarlijk voor mensen, maar kan wel grote sterfte veroorzaken onder watervogels en vissen. Echter, bij een uitbraak van type C botulisme, met veel dierlijke slachtoffers die lang blijven liggen, bestaat de kans dat er voor de mens schadelijke typen ontstaan. Botulisme bij dieren Het botulismegif blokkeert het contact tussen zenuwen en spieren. Bij watervogels gaat botulisme daarom altijd gepaard met duidelijke verlammingsverschijnselen aan kop en vleugels. Zieke vogels die zich op het water bevinden, verdrinken omdat ze hun hoofd niet meer uit het water kunnen tillen. Bij vogels op het droge, raken na een poosje de ademhalingsspieren verlamd waardoor deze vogels uiteindelijk stikken. Reeds gestorven vogels worden vaak aangetroffen met gestrekte poten en een slappe, enigszins verdraaide nek. Botulisme bij mensen In Nederland is botulisme bij mensen al heel lang niet meer voorgekomen. Toch kunt u uit voorzorg beter niet zwemmen, surfen of spelen in water waarin dode dieren zijn gevonden; dit kan immers wijzen op botulisme. Ook is het raadzaam om huisdieren uit de buurt te houden van dode dieren en het water waarin ze gevonden zijn. Waarschuw het waterschap Als u dode dieren ziet, verwijder ze dan nooit zelf. Waarschuw het waterschap via T 076 564 10 00. Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 voor informatie: kam@wsrl.nl
Instructie over risico’s bij het werken met kadavers TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Instructie over risico’s bij het werken met kadavers Ziekte: botulisme Symptomen bij Watervogels: Verlammingsverschijnselen aan kop en vleugels. Tevens kunnen de vogels diep in het water liggen met hangende vleugels. Aan botulisme gestorven dieren worden meestal aangetroffen met gestrekte poten en slappe enigszins gedraaide kop en nek. Symptomen bij Mens: Ongeveer 12 tot 36 uur na infectie: Misselijkheid, overgeven, buikklachten; Moeheid; Duizeligheid; Droge mond; Moeite met slikken; Dubbel of wazig zien; Slecht verdragen van licht; Moeite met spreken; Slappe arm- en beenspieren. Botulisme Botulisme is een voedselvergiftiging, die wordt veroorzaakt door bacteriën die een gifstof uitscheiden. Infectie kan behalve via de mond, snavel of bek in zeer zeldzame gevallen ook via een wondje op de huid gebeuren. Vooral vogels zijn vaak het slachtoffer. Ondiep, stilstaand water extra risico De bacterie is erg algemeen, en te vinden in grond en waterbodems, maar ook in gezonde vogels, vissen en andere dieren. Ze zijn meestal aanwezig in de vorm van sporen, maar dan zijn ze niet actief. Om actief te worden hebben de bacteriën voedsel nodig en een warme, zuurstofloze omgeving. Rottende planten in het water of dieren in staat van ontbinding, in combinatie met hoge temperaturen, zijn ideale woonplaatsen. Ondiep en stilstaand water vormt hierbij in het bijzonder een risico, omdat het water in de zomer erg warm kan worden. Vogels en vissen kunnen ziek worden als ze kadaverdeeltjes eten, of maden die op besmette beesten zitten. In het geval ze hieraan doodgaan vormen ze zelf een besmettingshaard. Verschillende typen botulisme Er zijn verschillende typen bacteriën die elk hun eigen gifstof maken, met elk een andere werking. Deze typen worden aangeduid met de letters A t/m G. Mensen zijn gevoelig voor de typen A, B en E, en soms ook voor F. De meest voorkomende gifsoort is echter C. Dit type is niet gevaarlijk voor mensen, maar kan wel grote sterfte veroorzaken onder watervogels en vissen. Echter, bij een uitbraak van type C botulisme, met veel dierlijke slachtoffers die lang blijven liggen, bestaat de kans dat er voor de mens schadelijke typen ontstaan. Botulisme bij dieren Het botulismegif blokkeert het contact tussen zenuwen en spieren. Bij watervogels gaat botulisme daarom altijd gepaard met duidelijke verlammingsverschijnselen aan kop en vleugels. Zieke vogels die zich op het water bevinden, verdrinken omdat ze hun hoofd niet meer uit het water kunnen tillen. Bij vogels op het droge, raken na een poosje de ademhalingsspieren verlamd waardoor deze vogels uiteindelijk stikken. Reeds gestorven vogels worden vaak aangetroffen met gestrekte poten en een slappe, enigszins verdraaide nek. Botulisme bij mensen In Nederland is botulisme bij mensen al heel lang niet meer voorgekomen. Toch kunt u uit voorzorg beter niet zwemmen, surfen of spelen in water waarin dode dieren zijn gevonden; dit kan immers wijzen op botulisme. Ook is het raadzaam om huisdieren uit de buurt te houden van dode dieren en het water waarin ze gevonden zijn. Waarschuw het waterschap Als u dode dieren ziet, verwijder ze dan nooit zelf. Waarschuw het waterschap via T 076 564 10 00. Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 voor informatie: kam@wsrl.nl
Instructie over risico’s bij het werken met kadavers TB-ORG-028 Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.0 vastgesteld op 17-1-2013 Instructie over risico’s bij het werken met kadavers Ziekte: botulisme Maatregelen Voorkom contact met zieke of dode dieren Handschoenen (persoonlijke beschermingsmiddelen) Communicatie medewerkers informeren bij constatering botulisme Verschijnselen Doorgaans treden de klachten van tularemie binnen drie tot vijf dagen na besmetting aan de dag. Als de infectie te wijten is aan een tekenbeet verschijnt er een zweer op de plek van de beet. Is de infectie het gevolg van het met de handen aanraken van een geïnfecteerd dier, dan ontstaat de zweer meestal op een hand en met name bij een nagel. Ook kunnen de lymfeklieren in de buurt van de zweer ontstoken raken en opzwellen. Voordat de zweren zich ontwikkelen, treden normaal gesproken andere verschijnselen op zoals koorts, hoofdpijn, rillingen, spier- en gewrichtspijn. Biologische agentia_werken met kadavers & zieke dieren 2013 v1.1 voor informatie: kam@wsrl.nl