Hangjongeren in Limburg: Wie zijn ze? Wat doen ze? En vooral, wat drijft hen? Een kwantitatieve studie naar het (anti)sociaal karakter van rondhangen als vrijetijdsbesteding
Welke soort jongeren houdt zich bezig met “rondhangen”? Leidt rondhangen tot antisociaal gedrag?
Welke hangjongeren houden zich bezig met rondhangen? Er wordt gekeken naar: Sociale achtergrond Culturele achtergrond Economische achtergrond Beschouwen hangjongeren hun gedrag zelf als problematisch?
Vrijetijdsbestedingen - Participatie in een georganiseerd aanbod - Participatie in een commercieel of open aanbod - Vrijetijdsbesteding in private sfeer - Vrijetijdsbesteding op openbare plaatsen of “rondhangen”
Onderzoek uitgevoerd op: In het kader van “Maatschappelijke kwetsbaarheid” Naast onderzoek op bovenvermelde niveaus werd er ook gekeken naar -waarden -houdingen -individueel niveau -contextueel niveau (buurtkenmerken,…) Expressief individualisme Burgerschapswaarden Deprivatie Anomie Labelling
Onderzoekspopulatie Jongeren van de 2 de en 3 de graad in het middelbaar onderwijs in Belgisch Limburg Op basis van een steekproefselectie Met behulp van een gerichte vragenlijst
Beschrijving van de “hangjongere” Socio-demografische kenmerken Gezinskenmerken Schoolgerelateerde kenmerken Peergroupkenmerken Buurtkenmerken Waarden en attitudes Vrijetijdskenmerken
Verklaringsmodel voor rondhangen als vrijetijdsbesteding vanuit 4 clustervariabelen Demografische kenmerken (geslacht, leeftijd, nationaliteit, etnische achtergrond…) Normatief en affectief gezinsklimaat, opleidingsniveau en buurtkenmerken Smaakvoorkeuren (muziek,…) en Peergroupkenmerken (ASO – TSO – BSO) Waarden en attitudes => De stelling werd getoetst op basis van een hypothetisch padmodel
Hangjongere = Probleemjongere? Toetsing van het antisociaal gedrag van hangjongeren aan de hand van 5 clustervariabelen Demografische kenmerken Gezinskenmerken Invloed van de algemene muzieksmaak Waarden en attitudes 5 de stap = Meting van de “Verklaringskracht” van bovenvermelde variabelen => Toetsing van de stelling op basis van een hypothetisch padmodel