Autheur: Peter Zijsling Methodisch werken Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. Eén kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is? A 25% B 33% C 50% D 66% E 100% Maak een beredeneerde keuze en schrijf deze op een papiertje.
Autheur: Peter Zijsling Heb je gekozen? Klik voor het goede antwoord. A 25% B 33% C 50% D 66% E 100% De meesten zullen antwoord C (50%) gekozen hebben. Het juiste antwoord D (66%) gaat tegen onze intuïtie en logica in.
Autheur: Peter Zijsling Hoe kan dit? Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. Eén kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is? In schema zijn de volgende 4 combinaties mogelijk: Oudste kind zoon dochter Jongste kind
Autheur: Peter Zijsling Hoe kan dit? Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. Eén kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is? De combinatie van 2 dochters is niet mogelijk: (er is verteld dat: “één een jongen is”) Oudste kind zoon dochter Jongste kind
Autheur: Peter Zijsling Hoe kan dit? Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. Eén kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is? We strepen de benoemde zoon: (in de overgebleven mogelijkheden) Oudste kind zoon dochter Jongste kind
Autheur: Peter Zijsling Hoe kan dit? Als hulpverlener kom je in een gezin. Bij de kennismaking vertellen de ouders dat zij twee kinderen hebben. Eén kind is een jongen. Hoe groot is de kans dat het andere kind een dochter is? Dus 66 procent kans op een dochter! Oudste kind zoon dochter Jongste kind